Vreemdelingenbewaring verbeterd, maar nog teveel strafkarakter

De wijze waarop de vreemdelingenbewaring ten uitvoer wordt gelegd, is in de afgelopen jaren verbeterd. De huidige inrichtingen hebben een ruimer regime, de medische zorg is verbeterd en de aandacht voor veiligheid is toegenomen. Ook zijn de detentieboten niet langer in gebruik en is de manier waarop het personeel de ingesloten vreemdelingen bejegen respectvol. Wel ontbreekt een zinvolle dagbesteding met als gevolg ledigheid en verveling. Ook worden vreemdelingen in beginsel standaard ingesloten op een meerspersoonscel, terwijl dat in het gevangeniswezen slechts in een minderheid van de gevallen gebeurt. Ten slotte schieten sommige veiligheidsmaatregelen te ver door. Dit zijn de voornaamste conclusies van een onderzoek door de Inspectie voor de Sanctietoepassing (Ist) van het ministerie van Veiligheid en Justitie naar drie locaties voor vreemdelingenbewaring.

De Ist heeft afgelopen jaar drie locaties voor vreemdelingenbewaring onderzocht. Het gaat om detentiecentrum Zeist en de locaties Zaandam en Oude Meer van het detentiecentrum Noord-Holland. In het vandaag verschenen rapport concludeert de ISt dat er veel verbeteringen zijn geconstateerd ten opzichte van eerdere onderzoeken. Niettemin signaleert de Inspectie een aantal belangrijke aandachtspunten.

Enkele jaren geleden gebeurde de vreemdelingenbewaring nog in tijdelijke, vaak zeer gebrekkige voorzieningen, zoals detentieboten. Op die voorzieningen is door verschillende organisaties, waaronder het European Committee for the Prevention of Torture and Inhuman or Degrading Treatment or Punishment (CPT) forse kritiek geleverd. Zij pleitten ervoor om het bestuursrechtelijke karakter van de vreemdelingenbewaring ten opzichte van de strafrechtelijke detentie te profileren.

De regering heeft dit uitgangspunt onderschreven en heeft daartoe in 2009 een heroriëntatie aangekondigd op de vreemdelingenbewaring. Sommige resultaten daarvan waren tijdens de inspectiebezoeken al zichtbaar. Dat neemt niet weg dat de vreemdelingenbewaring zich volgens de Inspectie in een aantal opzichten nog onvoldoende onderscheid van strafrechtelijke detentie. Zij acht verdere verbeteringen dan ook noodzakelijk.

Een aantal van deze verbeteringen zal zijn beslag krijgen in het kader van de eerder genoemde heroriëntatie. Ook zullen de nieuwe centra voor vreemdelingenbewaring in Rotterdam en Schiphol-West, evenals het verbouwde detentiecentrum in Alphen aan den Rijn in nu nog ontbrekende faciliteiten moeten gaan voorzien. Door middel van nieuwe doorlichtingen en vervolgonderzoeken zal de ISt de ontwikkelingen in de komende jaren nauwlettend blijven volgen.

Inspectie Sanctietoepassing

De Inspectie voor de Sanctietoepassing houdt toezicht op de reclasseringsorganisaties en op alle landelijke diensten en inrichtingen die onder de Dienst Justitiële Inrichtingen vallen. De inspectie onderzoekt of de taken van deze verschillende organisaties effectief en met voldoende kwaliteit worden uitgevoerd. Bovendien houdt de inspectie toezicht op de naleving van wet- en regelgeving.

De inspectie is onafhankelijk, maar organisatorisch een onderdeel van het ministerie van Veiligheid en Justitie. Bevindingen van de inspectie worden gerapporteerd aan de minister van Veiligheid en Justitie.

Het rapport is beschikbaar op de website van de inspectie: www.inspectiesanctietoepassing.nl.