Buitenlandse Zaken publiceert rapport over subsidie-advies door Mariko Peters

Het advies dat Mariko Peters in 2005 uitbracht aan het Prins Claus Fonds is niet beïnvloed door haar privégevoelens voor de aanvrager van de subsidie. Wel had zij eerder, conform de Gedragscode van het ministerie van Buitenlandse Zaken, uit eigen beweging aan de ambassadeur openheid moeten geven over haar privé-relatie met de aanvrager van de subsidie. Dit blijkt uit het onderzoek van het ministerie naar Peters' functioneren en privé-relatie in de tijd dat zij bij de Nederlandse ambassade in Kaboel werkte.

Het ministerie besloot tot het onderzoek na een verhaal in HP/De Tijd dat Peters in verband bracht met belangenverstrengeling. Peters is formeel nog verbonden aan het ministerie, maar heeft als Kamerlid een vorm van buitengewoon verlof.

BZ lichtte volgens de gebruikelijke procedures de dossiers op de post en op het departement en sprak met betrokkenen, onder wie Peters zelf en de toenmalige ambassadeur in Kaboel.
Peters werkte vanaf zomer 2004 twee jaar aan de ambassade en ontmoette dat jaar haar huidige partner. April 2005 bracht zij advies uit aan het Prins Claus Fonds over een subsidieaanvraag van haar huidige partner, voor een cultureel project.

Het rapport stelt dat zich in die begintijd een moment had moeten voordoen waarbij Peters de ambassadeur in kennis had gesteld van deze relatie, omdat die tot de schijn van belangenverstrengeling had kunnen leiden. Uit haar - positieve - advies aan het Prins Claus Fonds blijkt echter geen oneigenlijke beïnvloeding. Aard, omvang en inhoud van het advies duiden op een gebruikelijke professionaliteit bij de afwikkeling. Peters adviseerde bovendien dat het uiteindelijk toe te kennen bedrag lager kon dan in de aanvraag stond.

Uit  het rapport blijkt dat verder in 2005 geen contracten zijn aangegaan tussen de ambassade en de organisatie waarvoor de huidige partner van Peters werkte.