Bestuurdersconferentie ‘Een witte ramp. Als dat maar goed gaat’

Videoboodschap door minister Opstelten tgv GHOR bestuurdersconferentie ‘Een witte ramp. Als dat maar goed gaat’ Haarlem, 2 november 2011. 

Dames en heren,

Het spijt me dat ik uw conferentie niet kan bijwonen. Ik had me verheugd bij u te kunnen zijn en met u van gedachten te kunnen wisselen. Maar wanneer de Kamer roept, heeft de minister maar te verschijnen.

Bij een ramp of crisis zijn altijd meerdere disciplines en organisaties betrokken. In alle gevallen komen de touwtjes bij u als bestuurder terecht. U zult worden aangesproken op uw daden of het uitblijven daarvan.

De vraag of u op een ramp bent voorbereid, slaat dus op u terug. De gewetensvraag die iedere bestuurder zich regelmatig moet stellen, is: ben ik voorbereid?

Het antwoord op die vraag zit niet alleen in de vele draaiboeken of plannen die zijn geschreven. Het antwoord zit in oefening. Iedereen, van hoog tot laag, moet oefenen. Het huidige kabinet vindt oefenen van groot belang. Met het kabinet hebben we daarom dit jaar al een aantal keren geoefend. Dat verwacht ik ook van u.

Bij een oefening moeten de omvang en voorbereiding in balans zijn met de opbrengst. Oefeningen kunnen heel groot zijn. En ze zijn voor het testen van het systeem van de crisisbeheersing van groot belang. De recente oefening Indian Summer is daarvan een mooi voorbeeld. Maar de huidige moderne technologie biedt ons ook de mogelijkheid om met serious-gaming technologie veel van de werkelijkheid na te bootsen. Dan kunt u oefenen op het moment wanneer het u uitkomt. Oefenen moet, maar hoe is een nieuwe vraag.

Recent zijn de Wet veiligheidsregio’s en de Wet publieke gezondheid gewijzigd. Die wijzigingen houden in dat bij een gemeentegrensoverschrijdende ramp de voorzitter van de veiligheidsregio doorzettingsmacht heeft. Deze doorzettingsmacht is uniek binnen ons staatsbestel. De autonomie van de gemeente staat immers hoog in ons vaandel. Polderen moet en is goed, maar soms kan dat niet. Bij een ramp moet iemand de knoop kunnen doorhakken en het liefst zo snel mogelijk.

Uit de evaluatie van een aantal crises blijkt dat het voor een juiste afwikkeling van groot belang is dat veiligheidsregio’s goed zijn aangesloten op nationale partners en vice versa. Ik acht het van cruciaal belang dat de aansluiting tussen de regio’s en het rijk wordt versterkt. Indien interregionaal onvoldoende wordt afgestemd of het een incident met nationale of internationale impact betreft, zal ik de regie gaan voeren. Bij het realiseren van deze verbeteringen reken ik op uw medewerking.

Volgend jaar wil ik onderzoeken of het mogelijk is om kwaliteitseisen te gaan stellen aan de GHOR. Ik geloof niet in regels die niet worden gedragen door de samenleving. De regels ten aanzien van de brandweer zijn er ook gekomen in samenwerking met de branche. Dat wil ik ook met de GHOR. Ik nodig u hierbij uit om samen met mij te gaan werken aan een set van kwaliteitseisen.

Ten slotte, dames en heren, wil ik u complimenteren. De GHOR is relatief jong. Twaalf jaar. De leeftijd dat een kind de basisschool verlaat en het pad naar volwassenheid inslaat. Die volwassenheid heeft u als GHOR al lang bereikt. U bent dus een snelle leerling.

Dames en heren, ik dank u voor uw aandacht en niet vergeten: oefenen!