Ruim baan voor honderden extra medische studenten

Er komen vele honderden extra opleidingsplaatsen voor artsen, medisch specialisten, verpleegkundig specialisten en physician assistants. 

De ministerraad heeft daarmee ingestemd op voorstel van minister Schippers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en staatssecretaris Zijlstra van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW). Daarmee wordt invulling gegeven aan de afspraak uit het Regeerakkoord om via meer opleidingsplaatsen de toenemende vraag naar zorg op te vangen.

Voldoende en gekwalificeerd personeel is nodig om aan de toenemende en veranderende zorgvraag, onder andere veroorzaakt door de vergrijzing, te voldoen. In het Regeerakkoord is afgesproken dat er in 2025 tegemoet gekomen moet worden aan de vraag naar 25 procent meer artsen. De vandaag gepresenteerde maatregelen betekenen voor de onderwijs- en zorginstellingen dat het aantal bekostigde opleidingsplaatsen stijgt met ruim 800 plaatsen. De initiële opleidingen geneeskunde laten komend studiejaar al 200 studenten extra toe. Deze studenten komen uit de zij-instroom (bijvoorbeeld studenten biomedische wetenschappen). Hun rendement is hoger dan dat van reguliere studenten, 95 procent versus 81 procent. Bij de medische vervolgopleidingen (specialisten) komen er dit jaar ten minste 300 opleidingsplaatsen bij.  

De verplichte loting voor de opleiding geneeskunde wordt afgeschaft en vervangen door een decentrale selectie, waarbij geen landelijke beperking vanuit de overheid meer geldt. Hiermee wordt de kans groter dat zeer gemotiveerde en geschikte studenten de gekozen opleiding kunnen volgen. De overheid bekostigt een minimum aantal studenten geneeskunde van 3050 plaatsen. Het staat instellingen vrij om meer studenten geneeskunde aan te nemen.

De hbo-master-opleidingen voor verpleegkundig specialisten en physician assistants (dit zijn nieuwe beroepsbeoefenaren die binnen het eigen deskundigheidsgebied routinematige taken van artsen overnemen) worden de komende twee jaar structureel uitgebreid met 300 plaatsen, van 400 naar 700 per jaar. Hiermee wordt invulling gegeven aan het voornemen om tot meer ‘taakherschikking’ over te gaan. Door deze effectievere en efficiëntere inzet van zorgpersoneel wordt niet alleen de kwaliteit van de zorgverlening verhoogd, ook het carrièreperspectief van zorgpersoneel wordt vergroot. Taakherschikking in de zorg is een prioriteit in het kabinetsbeleid.