Korte inleiding van Rutte bij de Nieuwspoortlezing 2013

Minister-president Rutte heeft op 23 april een korte inleiding uitgesproken bij de Nieuwspoortlezing 2013 door Herman Van Rompuy.

Beste Herman, beste Annemarie, excellenties, dames en heren,

Ik wil deze korte introductie van de hoofdspreker graag beginnen met een citaat uit onverdachte bron:

'Als u hem' - dat ben jij dus Herman - 'voor een evenement uitnodigt, zeg dan ook dat hij de zaal kan toespreken. Dan komt hij bijna altijd. Een publiek dat aan zijn lippen hangt. Het applaus achteraf. Dat maakt op slag zijn hele dag goed.

En toch is hij een man van weinig woorden. Geen babbelaar. De woorden komen weliswaar vanzelf, maar nooit zomaar.'

Herman, jij hebt het citaat vast herkend. Het is een passage uit een blog van je zoon Peter, gepubliceerd vlak nadat je aantrad als voorzitter van Europese raad op 1 december 2009. De titel was 'Handleiding bij Haiku Herman' - een zeer informatief en lezenswaardig portret van een insider. En voor wat betreft je redenaarskunst: ook een belofte voor deze bijeenkomst.

Ik weet zeker dat iedereen hier uitkijkt naar je verhaal. Want de gave van het woord, die heb je. Ook Nederland heeft daar in de afgelopen jaren kennis mee kunnen maken, onder andere in drie uitvoerige interviews in Buitenhof. In die gesprekken was je - als altijd - bedachtzaam, eloquent en toch ook heel eerlijk en duidelijk. Charmant, maar zonder meel in de mond - dat is echt een talent. En ik weet niet of het een typisch Belgisch talent is. Maar het is in ieder geval wel méér een Belgische dan een Nederlandse karaktereigenschap, vrees ik.

Zelf denk ik nog steeds met bewondering terug aan je toespraak bij de uitreiking van de Nobelprijs aan de Europese Unie. Je hield daar een verhaal dat me echt raakte. Omdat het een persoonlijk verhaal was. Maar ook omdat je de wordingsgeschiedenis van Europa -  een geschiedenis die in jouw woorden getekend is door 'de littekens van speren en zwaarden, kanonnen en geweren, loopgraven en tanks' - verbond met de opgave waar we nu voor staan. Die opgave is om te zorgen voor welvaart, werkgelegenheid en welzijn. Voor groei en ontwikkelingskansen voor de inwoners van Europa.

De Europese Unie, zei jij in Oslo, moet zijn belofte gestand doen en een fundament blijven leggen onder de toekomst van mensen. Dat doel is ook mijn doel en het doel van de Nederlandse regering. En het is ook wat ons als Europese lidstaten bindt. Het besef dat samenwerking in Europa ons verder brengt dan een 'Alleingang' van individuele landen. Geen verstandig mens kan daar vóór zijn.

Maar… Eerlijk is eerlijk: het is relatief gemakkelijk om in algemene en verheven termen over Europa en Europese samenwerking te spreken. Veel moeilijker is het om daar in de dagelijkse praktijk concreet vorm en inhoud aan te geven. De realiteit is nu eenmaal weerbarstig en dus is de Europese Unie zoals we die nu kennen het resultaat van heel veel kleine en een paar grotere stappen. Een Echternachse processie soms. Met alle politieke discussies, nachtelijke onderhandelingen en ingewikkelde besluitvormingsprocessen die daarbij horen. Dat is niet altijd heel fraai om naar te kijken, maar een andere manier is er niet. Het compromis hoort nu eenmaal bij Europa.

En dat geldt zeker voor de fase waarin we nu zitten met de euro. Een fase die jij zelf onlangs op de Nederlandse televisie typeerde als een 'oefening in overleven'. Ik ben daar optimistisch over. We hebben de laatste drie jaar grote stappen gezet om onze munt en de financiële sector in Europa te stabiliseren. Stap voor stap slagen we daar ook in. En stap voor stap kunnen we ook weer met andere belangrijke onderwerpen aan de slag: de interne markt, innovatie, groei en banen. Want dat is - je zegt het zelf ook vaak - waar Europese samenwerking om moet draaien. Problemen oplossen en barrières wegnemen om kansen te creëren.

De laatste drie jaar heb jij in dat lastige en ingewikkelde veld een hoofdrol, als voorzitter van de Europese Raad. Drie jaar waarin je hebt laten zien dat je de kunst van het compromissen bereiken als geen ander beheerst. Ik waardeer het persoonlijk enorm in je - en ik herken het ook - dat jij er altijd met een oplossing uit wilt komen. De Wall Street Journal vermoedde bij jouw benoeming dat deze manier van werken te maken heeft met je ervaring als eerste minister van België. En ik citeer:

'Van Rompuy is er in geslaagd om een land met zes parlementen en een bureaucratie met in totaal meer dan vijftig ministers bij elkaar te houden. Als je weet hoe je België moet regeren, kun je zeker de EU leiden.'

Einde citaat.

En ik begrijp deze redenering van de Wall Street Journal volkomen. Tegelijkertijd weet ik uit eigen ervaring dat jouw talent voor resultaat ook te maken heeft met je enorme talent om op de vierkante centimeter steeds de juiste formuleringen te vinden. Woorden waarop mensen zich kunnen verenigen. Maar dat kan ook eigenlijk niet anders voor een meester van de haiku.

Beste Herman,
Volgens je zoon zei je ooit ironisch over jezelf: 'Ik werk niet hard. Ik heb talent.' Dat eerste klopt natuurlijk niet. Maar dat laatste wel, en daar gaan we nu van genieten. Ik geef je heel graag het woord.

Dank u wel.