Afscheid van Coen Teulings

Speech Minister Kamp bij het afscheid van Coen Teulings als directeur van het Centraal Plan Bureau, Theater Diligentia, Den Haag, 25 april 2013.

Koninklijke Hoogheid, dames en heren,

U heeft vanmiddag veel gehoord over de bijzondere constructie van de Europese Monetaire Unie en de toekomst ervan. Ik kon daar niet bij zijn, want ik mocht in de Tweede Kamer zijn. En u weet: “mogen” betekent voor een bewindspersoon in onze democratie “moeten”.

Dat levert de gekke situatie op dat ik nu spreek ná degene om wie het deze middag allemaal draait, Coen Teulings. Want hij neemt vandaag afscheid als directeur van het Centraal Planbureau. Zeven jaar geleden heb ik hem zien komen. Ik was toen ook minister en ik kan u verzekeren: vandaag – zeven jaar later – is hij nog net zo zelfbewust, scherp en gedreven als toen …  misschien zelfs wel een tikje meer!

Coen, jij hebt de afgelopen zeven jaar leiding gegeven aan een Planbureau dat helemaal geen planbureau is. Het werd opgericht om de eerste naoorlogse regering bij te staan bij de wederopbouw. Maar met een centraal geleide planeconomie had het – gelukkig maar – nooit iets van doen.
Zoals je zelf schreef in een CPB Discussion paper – en ik vertaal het: “Centraal Planbureau is een nogal verkeerde benaming. Het CPB heeft nooit aan enige planning gedaan in de zin dat het richtlijnen zou uitvaardigen voor het managen van de Nederlandse economie. Vanaf het begin legde het Bureau het accent op macro-economische analyse en vooruitzichten.”

Maar de naam Centraal Planbureau, zo schreef je verder, is zo ingeburgerd in Nederland dat een naamsverandering niet zinvol is. Internationaal ligt dat anders. Daarom staan jullie internationaal bekend als CPB Netherlands Bureau for Economic Policy Analysis.

En die naam dekt wèl precies de lading, want analyseren is de kracht van het CPB. Het Centraal Planbureau is ook een bijzondere constructie. Formeel is het onderdeel van mijn ministerie, maar inhoudelijk is het volledig onafhankelijk. Misschien komt dat wel het mooiste tot uiting bij de publicatie van Keuzes in Kaart bij de verkiezingen. Buitenlanders kunnen maar niet geloven dat er in Nederland een onafhankelijk overheidsinstituut is dat de verkiezingsprogramma’s van politieke partijen doorrekent, en al helemaal niet dat de politieke partijen zich daar veel van aantrekken. Toch is dat precies wat er gebeurt.

Het Centraal Planbureau wordt terecht alom geprezen om zijn onafhankelijke en kwalitatief hoogwaardige analyses van de impact van voorgenomen beleid op de Nederlandse economie.
Daarmee is het internationaal gezien een bijzonder instituut waar wij in Nederland trots op zijn.

Coen, jij hebt de afgelopen zeven jaar leiding gegeven aan dat instituut. Zeven jaar, waarin we in Europa een financiële crisis van ongekende omvang doormaakten. Een crisis die tot faillissementen en dreigende faillissementen van vele banken leidde, en zelfs verschillende landen bijna tot bankroet dwong.

Dit was ook een periode waarin het belang van scherpe en correcte economische analyses groter was dan ooit.
En een periode waarin het aanzien van de economische wetenschap tot een dieptepunt zonk.
Toch is het jou juist in deze periode gelukt om de reputatie van het CPB als gezaghebbend en onafhankelijk instituut hoog te houden.

Dat lukte omdat je een echte vakman bent, maar ook iemand die in staat is complexe gebeurtenissen voor een breed publiek te duiden. Je hebt dat veelvuldig gedaan in de media, met als hoogtepunt natuurlijk het afgelopen weekend. En door voor het eerst in de geschiedenis van het CPB twee boeken uit te geven voor het grote publiek: De grote recessie en Europa in Crisis.

Gelukkig analyseert het CPB niet alleen de crisis, maar ook onze vooruitzichten om eruit te komen. De vraag “Is er nog hoop?”, beantwoordden jullie vorige week met een volmondig “ja”. Want de crisis zal de ontwikkeling van nieuwe technologie en ICT niet tot stilstand brengen. Integendeel: de opkomst van landen als China en India zal juist bijdragen tot innovatie en groei. We hebben in Nederland en in Europa daarom alle reden om optimistisch naar de toekomst te kijken.

Coen, je doet dingen altijd op je eigen wijze: zeer deskundig, met oog voor de onafhankelijke positie van het CPB en bovenal inhoudelijk gemotiveerd. Dat blijkt ook vandaag weer.
In het afscheidsseminar stond allereerst de inhoud centraal, de actuele vragen over de economische toekomst van Europa.

De inhoud gaat voor. Maar nu is het toch tijd voor de mens.

Koninklijke Hoogheid, dames en heren,

We nemen vandaag afscheid van een bijzondere directeur van een bijzonder instituut. Coen, mede namens het kabinet dank ik je voor je bijdrage de afgelopen zeven jaar. Zeven bewogen jaren die veel van je hebben gevraagd. Ik heb steeds grote waardering gehad voor jouw scherpe analyses en gedrevenheid -- of het nu was vanuit je positie als CPB-directeur, als SER-Kroonlid of als wetenschapper. Daarmee heb je in belangrijke mate bijgedragen aan inhoudelijke debatten over de Nederlandse en de Europese economie, de overheidsfinanciën en de inrichting van de Nederlandse welvaartsstaat.

Maar daar is het niet bij gebleven. Je hebt je intellect en werkkracht ook op andere manieren ingezet in het belang van Nederland. Bijvoorbeeld bij het Muziekgebouw ’t IJ, waar je wordt gewaardeerd als een zorgvuldig, betrokken en bevlogen toezichthouder. En door je steeds in te zetten voor het opleiden van jong talent op jouw vakgebied. Je was voorzitter van twee commissies die het economie-onderwijs op de middelbare school hebben hervormd. Je was directeur van het Tinbergen Instituut, voor hoger onderwijs en onderzoek in economie, econometrie en financiën.
En ook bij het CPB heb je veel energie gehaald uit het coachen van jongere collega’s. Daarmee ben je ook een belangrijke ambassadeur van de beoefening van de economische wetenschap in Nederland.

Coen Teulings, al deze maatschappelijke bijdragen zijn niet onopgemerkt gebleven. Daarom heeft het Hare Majesteit de Koningin behaagd om jou te benoemen tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau.

Mag ik je uitnodigen om weer het podium op te komen?