Toespraak Edith Schippers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, bij de RIVM Innovatiedag op 29 oktober 2015. te Bilthoven.

Toespraak Edith Schippers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, bij de RIVM Innovatiedag op 29 oktober 2015. te Bilthoven.

Beste mensen,

U heeft vast, net als ik, uw telefoon even uitgezet. Niet? Mooi moment om dat u even te doen. Zelf kreeg ik net nog een whatsApp. Ik gebruik het veel, voor mijn werk, en privé. Het is handig, snel en goedkoop. Bijna iedereen gebruikt het. De brede toepassing van WhatsApp, dat is niet het werk van de overheid. Het is gelukt omdat het een goed idee was, en omdat het aansluit bij de wensen van mensen.  In de zorg zijn ook veel goede apps ontwikkeld. Die je helpen gezonder te leven, je medicijnen op tijd in te nemen, zelf waardes bij te houden. Gek eigenlijk, dat ze nog maar door relatief weinig mensen worden gebruikt.

Op deze RIVM innovatiedag gaat het over de brede toepasbaarheid van innovaties, over goede voorbeelden die gezond leven makkelijker maken. En dat is ongelofelijk belangrijk voor onze gezondheidszorg. Want innovaties bieden prachtige kansen om de zorg te verbeteren, en betaalbaar te houden.

Daar wordt door heel veel professionals keihard aan gewerkt.

We staan er niet dagelijks bij stil, maar de zorg is ontzettend innovatief. Daarom kunnen we steeds meer aandoeningen genezen, chronisch maken, of er oud mee worden. Daarom kunnen we langer actief blijven. En meedoen.
 

Voor nieuwe behandelingen of medicijnen, gaat de introductie bijna als vanzelf. Maar op het gebied van e-health blijft het vaak nog bij:

een heleboel mooie voorbeelden.

Toch willen steeds meer patiënten innovaties gebruiken. Steeds meer zorgverleners willen ze combineren met de spreekkamer. Maar er zijn tegelijk nog heel veel vragen: Wat doe je wel en wat niet? Er is zoveel. Wie is aansprakelijk als het mis gaat? Verlies je er geen inkomsten door? Wie gaat de investeringen eigenlijk betalen?  Zijn mijn gegevens wel veilig? Heb ik dan nog wel contact met mijn arts?

En zo blijven initiatieven in de regio, of zelfs in het ziekenhuis, of binnen het zorgcentrum. En dat is ontzettend zonde! Want vaak zijn het ontwikkelingen waarvan je denkt: waarom doen we het niet overal zo? Zoals de digipoli bekkenbodem van ziekenhuis de Tsjongerschans. Met interactieve middelen, filmpjes en informatie weten patiënten snel wat belangrijk is voor hun eigen situatie en behandelingsmogelijkheden. Maar ook de bijwerkingen en risico’s. Daarmee krijgt de patiënt de positie die hij nodig heeft om goed te kunnen beslissen. Samen met z’n arts.


Beste mensen,
met e-health kunnen we enorme verbeteringen boeken.

Als ik dat zeg, hoor ik vaak: moeten we dan nog ouder worden? We worden al zo oud. Sommigen wel ja, anderen hebben de pech jong een rotziekte te krijgen. Worden vroegtijdig uit het leven gerukt.

Laten kinderen en toekomstdromen achter.
Het gaat niet alleen om extra levensjaren. Het gaat ook om hoe we onze levensjaren doorbrengen, om kwaliteit van leven.

Wie chronisch ziek is, wil blijven werken en meedoen. Wie oud is wil regie en privacy houden, ook als er gezondheidsproblemen zijn. Wie geestelijke klachten heeft, kan ook buiten het spreekuur hulp gebruiken.
Met apps en wearables is gezond leven makkelijker en leuker. Voor jong én oud. Om meer te bewegen of te sporten bijvoorbeeld, of om inzicht te krijgen in je eigen eetgewoonten. En die te verbeteren.

De vraag is: hoe zorgen we dat de mooie initiatieven breed toepasbaar worden?

Kent u het gezegde: ‘Beter goed gejat, dan slecht bedacht’?

In de meeste branches is dat misschien ‘not done’. Maar in de zorg zouden we het vaker mogen denken, en doen. Meer vertrouwen in wat door een ander is bedacht. Van elkaar leren dus.

En veel meer de krachten bundelen. Want creativiteit alleen, is niet genoeg. Je hebt iemand nodig met zakelijk inzicht. Iemand die het wil betalen. Een jurist, zodat je weet het of het goed zit met de privacy.  Iemand die het zorgsysteem goed kent. En niet in de laatste plaats: gebruikers: patiënten en zorgverleners. Wat hebben zij nodig? We moeten en kunnen nog veel meer samen in netwerken met alle benodigde kennis in het netwerk.

VWS ondersteunt dat ook. Eén van onze acties de komende tijd is het start-up netwerk. Waarin we met verschillende vernieuwers intensief samenwerken aan de brede toepasbaarheid van innovaties.

Met al deze benodigde kennis in een netwerk. Want het gaat niet om het technologische kunstje, maar over hoe dit de levens van mensen beter maakt, hoe het wordt ontwikkeld en het moet graag worden gebruikt, toegevoegde waarde hebben, net als met whatsApp.

Ook willen we het komende jaar proefdraaien met health deals. Dat zijn afspraken tussen verschillende partijen over innovaties, die heel duidelijk meerwaarde hebben voor grote groepen patiënten en gebruikers.

Als er knelpunten zijn voor toepassing, moeten die worden opgelost door diegene die dat ook daadwerkelijk kan oplossen.

 

En tijdens het aankomend

EU-voorzitterschap organiseren we de e-healthweek 2016. Om Nederlandse ervaringen te laten zien, en te leren van ervaringen buiten onze grenzen.

Beste mensen,
de overheid kan het niet alleen. De zorg kan het niet alleen. Creatieve geesten kunnen het niet alleen. Daarom heeft het RIVM u vandaag uitgenodigd.

Om nieuwe relaties aan te gaan. Misschien wel met partners die voorheen niet zo voor de hand lagen. Want alleen dan kunnen we ervoor zorgen dat mooie innovaties voor iedereen beschikbaar komen.

Laten we de kansen pakken, de risico’s ondervangen. En er samen de schouders onder zetten. Voor betere zorg, meer zelfredzaamheid en meer kwaliteit van leven. Een hele mooie missie.