Ministerraad 22 april 2016

INLEIDEND STATEMENT
Vanochtend heb ik de Indonesische president Widodo op het Catshuis ontvangen voor een werkontbijt, samen met de ministers Koenders, Ploumen, Bussemaker en Schultz en een aantal van hun Indonesische collega's. Dat bezoek maakte onderdeel uit van een breder bezoek aan Europese landen, vooral ook gericht op het aanhalen van de economische banden, die economische relaties te versterken. Waarbij Nederland een buitengewoon belangrijke partner is voor Indonesië. Natuurlijk onze gezamenlijke geschiedenis, die brengt met zich mee dat er veel sterke banden zijn, zeker ook naast de economie ook politiek en cultureel. Maar we zien tegelijkertijd dat Indonesië ook naar de toekomst toe zeer geïnteresseerd is in Nederland, omdat zij hun maritieme ambities hebben. En wij kunnen tijdens dit bezoek heel goed laten zien wat wij op het gebied van kustbescherming, op het gebied van havens aanleggen, diepzeehavens, et cetera, wat wij in huis hebben. Daarom is hij ook vanmorgen na het bezoek aan het Catshuis met Melanie Schultz naar Rotterdam gegaan. Daar worden bezoeken gebracht aan de Rotterdamse haven, geïnformeerd over havenontwikkeling, de maritieme sector, maar ook over waterveiligheid en, inderdaad, kustverdediging. En vanmiddag spreekt de president met Nederlandse CEO's tijdens een Business Forum hier in Den Haag. Daarbij is ook minister Ploumen aanwezig. En daar zullen ook contracten en overeenkomsten worden getekend tussen het Nederlandse bedrijfsleven en Indonesische bedrijven. Allemaal ten teken van de goede betrekkingen. Uiteindelijk zijn dit soort bezoeken belangrijk. Vandaag de Indonesische president, gisteren een bezoek van een Duitse regeringsdelegatie aan Eindhoven. Ook daar grote nadruk op de economische relatie, de innovatie: hoe kunnen we als meest verbonden regio na Canada-Verenigde Staten, de op één na sterkst verbonden regio ter wereld, Nederland-Duitsland, hoe kunnen wij daar verder groei met elkaar veroorzaken? En u weet, in Nederland, 30% van ons geld verdienen wij in het buitenland. Dus ontzettend belangrijk. En 2 miljoen van onze banen zijn direct afhankelijk van het feit dat wij internationaal actief zijn.

Goed, dan deze week. We zien dat de werkloosheid verder ietsjes is gedaald. Er waren in maart 574.000 mensen werkloos, dat is 6,4% van de beroepsbevolking. In februari 2014 was er nog een piek op bijna 700.000, dat was toen 7,9% van de beroepsbevolking. En we zien dus dat vanaf maart 2014 die werkloosheid stap voor stap afneemt. Dus wat dat betreft zitten we op de goede weg. Tegelijkertijd zien we ook dat er een enorme toename is van het aantal banen. Gemiddeld komen er nu 9.000, en als je naar de afgelopen paar maanden kijkt misschien zelfs wel 10.000 banen per maand bij. Dat zijn grote aantallen. Dat die werkloosheid dan iets minder daalt heeft ermee te maken dat er ook veel mensen nu op de arbeidsmarkt komen die zich hadden afgemeld voor die arbeidsmarkt. Die zeggen 'nou, we zien weer mogelijkheden, we gaan aan de slag'. Dus ook goed nieuws. Tegelijkertijd: we zijn er nog niet. We moeten echt ook de komende tijd vreselijk hard blijven werken om, nu de economie aantrekt, ervoor te zorgen dat er verdere banen bij komen, dat de werkloosheid daalt. En daarvoor was ook weer nodig wat we gisteren hebben gedaan. We hebben toen als kabinet, in nauwe samenwerking met sociale partners, een pakket gepresenteerd met aanvullende maatregelen om een aantal knelpunten op die arbeidsmarkt weg te nemen. Bijvoorbeeld voor seizoensarbeid. Daar worden de regels voor tijdelijke contracten versoepeld. Dat was een klacht van bedrijven bijvoorbeeld in de land- en tuinbouw, maar ook in de recreatiesector. Zeg maar sectoren die direct ook te maken hebben met het weer, zou je kunnen zeggen. Maar tegelijkertijd kijken we ook naar de regels, die passen we aan waar betreft de transitievergoeding voor zieke werknemers. En, ook belangrijk, een wens ook van de Kamer: het minimumjeugdloon, dat wordt verhoogd. Jongeren van 22 en uiteindelijk ook van 21, die krijgen recht op het volwassene minimumloon. Ik denk dat het een goed pakket is. Belangrijk om daarmee een aantal knelpunten op te lossen. Niet dat dit nou hét antwoord is op de verdere noodzaak van daling van de werkloosheid, maar het draagt er wel aan bij, naast alle andere dingen die we aan het doen zijn om onze economie verder te versterken.