Persconferentie na ministerraad 4 november 2016

Goedemiddag. We hebben in de ministerraad nog even teruggekeken op de Algemene Politieke Beschouwingen in de Eerste Kamer van deze week. Daar was goed te merken om dat de boodschap van Prinsjesdag nog recht overeind staat: heel veel in Nederland om trots op te zijn. Sterker nog: recente economische signalen geven nog meer reden om positief naar de toekomst te kijken. De export, de consumptie, de industriële productie. We zijn weer beter dan een tijdje terug. De bedrijvigheid in de Nederlandse industrie heeft in oktober de sterkste groei laten zien in vijftien maanden. Je ziet dan ook dat het aantal banen toeneemt en de werkloosheid daalt. Morgen – 5 november – is het precies 4 jaar geleden dat het kabinet werd beëdigd. We hebben een lange weg afgelegd en iedereen kan zien dat bij ons aantreden Nederland en de Nederlandse economie er veel slechter voorstond dan nu. Denk aan de nasleep van de financiële crisis die toen zeer voelbaar was, de hoge werkloosheid en de achterblijvende economische groei. De VVD en de PvdA zijn er in geslaagd,  ondanks het versnipperde politieke landschap in de Eerste en Tweede Kamer, de maatregelen te nemen die nodig waren. We staan er goed voor maar er zijn nationaal en internationaal grote vraagstukken. In Nederland merkt nog niet iedereen dat het ook beter gaat. En de wereld om ons heen is instabiel te noemen. En dat heeft ook zijn weerslag op de stemming bij ons, in ons land. Alle reden dus voor het kabinet om – ook in aanloop naar onze eigen verkiezingen – door te gaan op de ingeslagen weg, en de bezorgdheid en onzekerheid te adresseren.