Korte toespraak van minister-president Mark Rutte bij de herdenking in de Tweede Kamer van de aanslag in Londen

Mevrouw de Voorzitter,

Gisteren kwamen duizenden Londenaren bij elkaar in Potters Fields Park voor een wake ter nagedachtenis aan de doden en gewonden van zaterdagavond.
Om stil te zijn.
Elkaar te steunen.
Maar ook om woorden te delen die respect afdwingen.

‘Mijn stad moet geen angst tonen’, zei iemand.
‘We komen uit Londen, we zijn trots en sterk’, zei een ander.
En één vrouw verwoordde volgens mij heel scherp en direct het gevoel van veel mensen toen ze zei: ‘Wij wonen hier, ze vallen ons huis aan.’

Het zijn reacties die strijdbaarheid  en veerkracht laten zien na een zoveelste beproeving.
Onverzettelijkheid tegen terreur en geweld.
Het is taal van moedige mensen die die zich niet de mond laten snoeren en zich hun manier van leven niet laten afnemen.

Dat bewonder ik en ik vind dat we ons hieraan moeten optrekken.
We moeten alles op alles blijven zetten in de strijd tegen het terrorisme.
En we zullen onze vrije en democratische samenleving nooit prijs geven.
Dat is het enig juiste antwoord.
Want wij wonen hier.

Mevrouw de Voorzitter,
Zoals ik ook zondag in een eerste reactie zei: Londen rouwt en wij rouwen mee.
Vandaag herdenken we de slachtoffers en spreken onze steun uit aan de nabestaanden en de Britse bevolking.
Ons hart en onze gedachten zijn bij hen.