Toespraak van minister Van Engelshoven, op het Albeda College

Toespraak van minister Van Engelshoven, gericht aan de medewerkers van het Albeda College in Rotterdam, aan de start van een nieuw MBO-jaar, op 27 augustus 2018.

Beste mensen,

Laatst werd me gevraagd welke opleiding ik had gedaan als ik aan het MBO was begonnen.

Ik denk dat ik had gekozen voor de koksopleiding.

Ik kan er echt van genieten om mensen een lekkere maaltijd voor te schotelen. En het mooiste is dat een gerecht nooit exact hetzelfde smaakt als de vorige keer dat je het maakte.

Althans… niet bij mij.

Misschien dat een koksopleiding zo gek niet zou zijn, maar dit najaar beperk ik me tot… Heel Holland Bakt.

Dat is vaste prik op zondagavond, met m’n man en dochter op de bank. Een echte guilty pleasure. En ik ben niet de enige. Bijna de helft van u kijkt met me mee.

De andere helft vraagt zich af wáárom je een uur lang naar een groepje bakkende mensen wilt kijken…

Dat komt omdat Heel Holland Bakt kleine heldenverhalen vertelt.

Iedere deelnemer begint élke aflevering met een idee in z’n hoofd. En de wil om er iets van te bakken.

Maar zodra de eerste klont boter op de bakplaat gaat ontstaat er een worsteling… omdat idee en werkelijkheid zich niet zomaar laten sturen.

Volgens mij kijken we er daarom zo graag naar:

Droom.
Plan.
Worsteling.
Resultaat.

De sprong van Heel Holland Bakt naar het onderwijs is dus eigenlijk maar een kleine…

Vergelijk het met vandaag. U begint aan een nieuw jaar, hier op het Albeda. Studenten en docenten komen binnen met de wens om er iets van te maken.
En ook dan volgt soms een worsteling.

Want hier ‘op zuid’ liggen de kansen niet voor iedereen voor het oprapen.

Maar toch… als ‘kansen geven’ een vak zou zijn, dan scoren jullie hele mooie cijfers. Bijna de helft van de studenten hier stroomt door, binnen het MBO.
Bij niveau 4 aangekomen, gaat nog eens één op de drie door naar het HBO.

En het zijn niet alleen de cijfers die voor jullie spreken. Al voordat het toelatingsrecht bestond, waren alle studenten welkom bij Albeda. En de leden van het college van bestuur en directies staan hier ook gewoon voor de klas. Om nog maar eens te onderstrepen dat jullie onderwijs door en voor iedereen is.

Daar ben ik blij mee – want aan gelijke kansen voor iedereen in het onderwijs werk ik ook elke dag. Jullie inzet kan ik daarbij niet missen.

Toch geloof ik dat we in het onderwijs voor een nog grotere opdracht staan.

Bij kúnnen kiezen hoort dúrven kiezen.

Ik zie dat veel studenten die naar het MBO gaan het moeilijk vinden om een goede keuze te maken: om te durven kiezen voor een opleiding die past bij je talenten en waarmee je goede kansen maakt op de arbeidsmarkt.

Dat is ook niet zo gek. We staren ons allemaal wel eens blind op het hoogste, en verliezen uit het oog wat het beste is.

Daarom komt er extra aandacht voor loopbaanoriëntatie –en begeleiding. De JOB, de MBO- Raad en mijn ministerie hebben daar een ambitieuze agenda over afgesproken. Ook gaan we experimenteren met bredere opleidingen in met name MBO-2, zodat studenten zich beter kunnen oriënteren op wat past bij hun talenten.

Een ander punt dat mijn aandacht heeft zijn de overgangen tussen opleidingen. Die van MBO naar HBO is voor veel studenten wennen. In Rotterdam zien we dat 20 tot 30 procent van hen het HBO in het eerste jaar alweer verlaat. Daarom investeer ik in betere aansluiting tussen beide.

Ook voor sommige havisten geldt dat ze veel beter naar het MBO kunnen gaan, om daarna eventueel nog aan het HBO te beginnen. Voor hen wordt het mogelijk om versneld een MBO-opleiding te volgen. Zo wordt het aantrekkelijker om voor het MBO te kiezen als je denkt dat dat goed is voor jou, je zoon of dochter.

En zo hoop ik ook dat nog maar eens duidelijk wordt dat middelbaar eigenlijk een gek etiket is voor ons beroepsonderwijs…

Het was zo mooi wat Hans van Mierlo altijd over etiketten zei: dat hij zin had om ze ervan af te pulken. Daar had hij mij in het onderwijs – én daarbuiten –  absoluut een handje bij mogen helpen.

Want etiketten brengen weinig goeds. En bekendheid en begrip tussen mensen is van enorm belang. Soms lijken scheidslijnen in de samenleving alleen maar scherper te worden.

Het MBO is hiervoor al sinds mijn tijd als wethouder in Den Haag m’n graadmeter, omdat mensen van vele achtergronden elkaar hier ontmoeten. En daarmee heeft het MBO een cruciale, verbindende functie.

Het Albeda bewijst dat ook. Want Rotterdam is jullie leeromgeving, en de stad is jullie campus. In de Scholingswinkels bijvoorbeeld, ontdekken studenten al jarenlang wat het ondernemerschap inhoudt. Ze werken er met de échte vragen van ondernemers, die écht een oplossing nodig hebben. Zo sta je midden in de maatschappij.

Sneller leer je niet, volgens mij.

En sinds deze zomer is er hier op de Wilhelminapier een ware ‘Albeda-hub’. Studenten verzorgen er presentaties over Rotterdam aan cruisepassagiers. Ze wandelen er met ouderen, of organiseren een burendag.

Albeda-studenten werken op de pier dus met bezoekers én bewoners. In zo’n leeromgeving is  verbinding een vanzelfsprekendheid. En dat stemt me hoopvol.
Want kunnen verbinden is óók noodzakelijk bij het oplossen van de grote vraagstukken waar Nederland mee te maken krijgt.

Zoals een klimaat dat verandert, zorg die betaalbaar moet blijven, en treinen en wegen die voller en drukker worden. Maar ook steden die blijven groeien en levens waarin technologie en digitalisering steeds meer betekenis krijgen.

MBO-, HBO- en WO-studenten zijn via dit soort grote vraagstukken aan elkaar verbonden. En op ieder MBO, HBO en op elke universiteit ontwikkelen studenten expertise waarmee ze de samenleving van stráks een plezier gaan doen.

Beste mensen,

We hebben het talent van alle studenten in ons land nodig om als samenleving te slagen.

Daarmee ben ik terug bij het begin van mijn verhaal.

Ook de deelnemers aan Heel Holland Bakt doen een poging om te slagen. Ze kiezen ingrediënten die binden, zoeken naar verhoudingen die kloppen en stellen een recept samen… dat de hoofdprijs moet brengen.

In het onderwijs ligt het niet veel anders.

Elke student zoekt z’n recept om te slagen. Maar als dát lukt… dan ligt er voor iedereen als hoofdprijs een diploma klaar.

Ik wens u een goed jaar.
Dank u wel.