Verenigde Verkeers Veiligheids Organisatie

31 januari 2001

Handboek bundelt ideeën kindvriendelijke verkeersruimte

Een stevige oproep aan alle ruim 500 gemeenten om zich meer in te spannen voor een verkeersveilige en kwalitatief goed ingerichte openbare ruimte voor kinderen. Zo is het best het nieuwe handboek Ontwerpen voor kinderen te kenschetsen, een uitgave van het kenniscentrum voor verkeer, vervoer en infrastructuur CROW te Ede. Aan deze unieke ideeënbundel voor stedenbouwkundigen en verkeerskundige ontwerpers is door de Verenigde Verkeers Veiligheids Organisatie 3VO belangrijke inhoudelijke bijdragen geleverd.

Kinderen moeten zich veilig en zelfstandig kunnen verplaatsen. Ontwerpen voor kinderen is een eerste ideeënbundel om te komen tot een kindvriendelijke inrichting van verblijfs- en verkeersruimten. Het unieke handboek staat boordevol aanbevelingen die tot op detailniveau aangeven hoe verschillende soorten routes er moeten uitzien. Checklisten helpen stedenbouwkundigen en verkeerskundigen vroegtijdig en voortdurend met elkaar samen te laten werken. Jaarlijks wordt er bij alle gemeenten in ons land rond 20.000 keer melding gemaakt van een onveilige verkeerssituatie voor kinderen. In 1999 kwamen 83 kinderen tot en met 14 jaar in het verkeer om het leven en raakten er ongeveer 2.000 ernstig gewond. Verkeersongevallen met lopende en fietsende kinderen gebeuren voor ruim 90% binnen de bebouwde kom. Twee van de drie kinderen verongelukken dodelijk tijdens het buiten spelen of op weg naar vriendjes en anderen en een op de drie op weg naar of van school.
Vanwege het verkeersgevaar gaat de zelfstandige mobiliteit en bewegingsvrijheid van kinderen ernstig achteruit; ze gaan 1,5 tot 2 jaar langer onder begeleiding en toezicht de straat op. De leeftijd waarop kinderen zelfstandig naar school gaan is verschoven van 6 jaar naar gemiddeld 8 jaar. Schoolartsen constateren dat het gebrek aan zelfstandige mobiliteit kinderen een achterstand kan geven van een tot maar liefst vijf jaar in hun sociale, emotionele en motorische ontwikkeling.
Veel ouders van jonge kinderen ondervinden dagelijks de dreiging die van het verkeer uitgaat. Ze doen dan ook veel moeite om de kinderen veilig te verplaatsen. Vaak gebeurt dat met de auto waardoor het verkeer nog drukker wordt en de weg naar school nog gevaarlijker waardoor nog meer ouders de auto nemen om hun kinderen te vervoeren. Verkeersveiligheid is volgens 3VO een eerste voorwaarde voor onafhankelijke mobiliteit van kinderen. Veilige schoolroutes en goed theoretisch en praktisch verkeersonderwijs moeten hierin verandering brengen. In de rijopleiding moet het te verwachten verkeersgedrag van met name kinderen beter onder de aandacht van de rijbewijskandidaten worden gebracht.
Belangrijk is ook dat autos in de buurt van kinderen nooit harder dan 30 km/u mogen rijden. Het gebied rond scholen moet autovrij worden gemaakt. Verder moeten auto- en bromfietsvrije straten, aantrekkelijke en herkenbare schoolroutes, goed zicht tussen straat en stoep en gevarieerde speelplaatsen bijdragen aan een grotere verkeersveiligheid en leefbaarheid van kinderen op straat.
In artikel 31 van het VN-Verdrag inzake Rechten van het Kind wordt bepaald dat staten die partij zijn bij het verdrag (waaronder Nederland) het recht van kinderen erkennen op deelneming aan spel en recreatieve bezigheden, passend bij de leeftijd van het kind. Voor speelruimte in de wijk en buurt is het gemeentebestuur de eerst verantwoordelijke. Het grootstedenbeleid van het rijk voorziet in randvoorwaarden als extra groen in de wijken, bijvoorbeeld in de vorm van park of speelruimte.
In de eerste helft van 2001 worden voor het eerst woonomgevingsaspecten (dus ook speelruimte voor kinderen) meegenomen in grootschalig VROM-onderzoek naar de kwaliteit van openbaar groen, kleinschalige recreatie en speelvoorzieningen op het niveau van de directe woonomgeving, en openbaar groen en recreatiemogelijkheden op wijk- en buurtniveau.



Achtergrondinformatie van persinformatie over de inhoud van het CROW-handboek Ontwerpen voor kinderen

Verkeersongevallen scholieren


- In 1999 kwamen in het verkeer 83 kinderen tot en met 14 jaar om het leven (49 in 1998) en moesten er ongeveer 2.000 ernstig gewond in het ziekenhuis worden opgenomen.


- Omvang van kinderleed in het verkeer: in 10 jaar tijd verongelukten 16 schoolbussen met elk 50 leerlingen aan boord en raakten 23 basisscholen met elk 500 leerlingen gewond.


- Verkeersongevallen met lopende en fietsende kinderen gebeuren voor ruim 90% binnen de bebouwde kom.


- Twee van de drie kinderen (62%) verongelukt in het verkeer dodelijk tijdens het buiten spelen of op weg naar vriendjes en anderen en een op de drie (38%) op weg naar of van school.


- Het plotseling achter een obstakel de straat oversteken komt veel voor (31%).


- Fietsende kinderen hebben vooral moeite met het links afslaan en met voorrangsregelingen.


- Op 50 km/u-wegen gebeuren drie keer zoveel ongevallen als in 30 km/u-gebieden.


- Wegen met eenrichtingsverkeer zijn voor jonge kinderen 2,5 maal zo gevaarlijk dan wegen met tweerichtingsverkeer.

Enkele leeftijds- en gedragskenmerken van jonge kinderen


- Kinderen zijn geen kleine volwassenen.


- Kinderen spelen altijd ook onderweg naar school of vriendjes.

- Ze kunnen moeilijk meerdere voertuigen tegelijk waarnemen, de snelheid ervan inschatten en op het juiste moment de beslissing nemen om over te steken.


- Ook zijn kinderen nog zeer impulsief.


- Spelen doen kinderen voor een kwart tot een derde van hun tijd op formele speelplaatsen. Grasvelden, straat en stoep worden even vaak gebruikt.


- Zelfstandig spelen gebeurt steeds minder spontaan. Dat geldt vooral voor grote steden. In de Amsterdamse Kinkerbuurt speelt maar liefst 31% van de kinderen (bijna) nooit buiten, in Haarlem 13%. In Amsterdam speelt 24% van de kinderen meestal zonder toezicht van volwassenen buiten, in Haarlem 41% en in Loon op Zand en Weststellingwerf 43%.

Veilig en prettig verplaatsen en verblijven van kinderen


- Verkeersveiligheid is eerste voorwaarde voor onafhankelijke mobiliteit van kinderen.


- Vanwege het verkeersgevaar gaat de zelfstandige mobiliteit en bewegingsvrijheid van kinderen ernstig achteruit; ze gaan 1,5 tot 2 jaar langer onder begeleiding en toezicht de straat op.


- De wereld van de kinderen is versnipperd tot in vele kleine eilandjes. De school, thuis, de sport- en speelplaatsen, de bakker met de lekkere snoepjes zijn op zichzelf staande eilandjes geworden waartussen pendelverkeer van ouders en verzorgers voor het transport zorgt.


- De leeftijd waarop kinderen zelfstandig naar school gaan is in 20 jaar tijd verschoven van 6 jaar naar gemiddeld 8 jaar.


- Hoe drukker de eigen straat, hoe minder sociale contacten met buren.

- Gebrek aan zelfstandige mobiliteit geeft kinderen een achterstand van een tot maar liefst vijf jaar in sociale, emotionele en motorische ontwikkeling, constateren schoolartsen.


- Uit vergelijkend onderzoek in het Zwitserse Zurich bleek dat al bij veel buiten spelende 5-jarige kinderen een significant verschil in motoriek merkbaar is dan hun leeftijdgenootjes die daartoe niet in de gelegenheid zijn. Rugklachten en tal van andere lichamelijke klachten zijn dan op latere leeftijd te verwachten.


- Kinderen die zonder toezicht vrijelijk buiten kunnen spelen blijken beter in staat om sociale contacten te leggen met leeftijdsgenootjes maar ook met ouderen.

Concrete maatregelen


- Veilige schoolroutes en goed theoretisch én praktisch verkeersonderwijs (te beginnen met het geven van goede voorbeelden door de ouders) helpen daadwerkelijk mee de verkeersveiligheid en leefbaarheid van kinderen op straat te verbeteren.


- Gemeenten zonder spelende kinderen zijn doods, saai en niet aantrekkelijk. Kinderen zijn het sociale cement van een woonwijk. Een prettige woonomgeving maakt, dat mensen langer blijven wonen en minder verhuizen.


- Belangrijke voorwaarde is: autos nooit harder dan 30 km/u in de buurt van kinderen. De remweg van autos wordt dan verkort van 33 meter naar 15 meter (reactietijd + remweg). Bij 30 km/u overleven 7 van de 10 voetgangers en fietsers een botsing met een auto en bij 50 km/u maar 2 van de 10.


- Verder zorgen voor auto- en bromfietsvrije straten, aantrekkelijke en herkenbare schoolroutes, goed zicht tussen straat en stoep en gevarieerde speelplaatsen.


- Maak het gebied rond de school autovrij. Kinderen die moe of opgewonden na een dag op school naar buiten rennen, kunnen dat doen zonder gevaar te lopen.


- In de rijopleiding moet het te verwachten verkeersgedrag van met name kinderen beter onder de aandacht van de leerlingen worden gebracht. Volwassenen overschatten vaak de vaardigheden van kinderen.