Integrale Hilversumse beleidsvisie zorg en welzijn
Een aanbod van kern- en plusdiensten dat uitgaat van de vraag van de Hilversumse burger en wordt geregisseerd door de gemeente. Dat is de essentie van de Integrale Hilversumse beleidsvisie Zorg en Welzijn. Vandaag stemde het college van burgemeester en wethouders in met een plan van aanpak.

Uit het plan blijkt op welke wijze de gemeente de regie neemt. Daarvoor krijgt de afronding van de beschrijving van het huidige aanbod eerst prioriteit. Op basis van die beschrijving besluit het college in mei welke diensten voor alle Hilversummers beschikbaar moeten zijn. Die zogenaamde kerndiensten worden zowel kwalitatief als kwantitatief - naar (subsidie)omvang- benoemd. Na deze stap is het ook mogelijk te bepalen welke producten en diensten niet tot de kerndiensten behoren. Staat dit eenmaal vast dan kan worden bepaald welke gelden wèl en welke niet vóór 2002 beschikbaar worden gesteld.

Parallel aan dit proces wordt de behoefte aan zorg en welzijn nader onderzocht. Dit gebeurt vanuit de veronderstelling dat de behoefte aan voorzieningen niet overeenkomt met de feitelijke vraag. In aanvulling op de reeds beschikbare informatie van onder meer de betrokken instellingen, wordt daarom informatie verzameld die het inzicht in de daadwerkelijke behoefte van de burgers kan vergroten. Belangrijke bronnen in dat verband zijn de wijkjaarplannen, waarin wijksignalering nadrukkelijk aandacht krijgt, en de bevindingen rond de woonzorg-aanpak binnen het project Stedelijke Vernieuwing (ISV). De resultaten van dit onderzoek zullen naar verwachting in het voorjaar 2002 beschikbaar zijn.

Na vergelijking van vraag en aanbod van kerndiensten zal worden bepaald welke producten en diensten in de vorm van een pluspakket, dat wil zeggen aanvullend, worden aangeboden. In het voorjaar van 2002 moet dit leiden tot een discussiestuk over de definitieve inhoud en omvang van het dienstenpakket (kern- èn plusdiensten), dat kan worden betrokken bij de collegeonderhandelingen. Dan wordt tevens besloten op welke wijze deze diensten worden aanbesteed.

De nieuwe werkwijze stelt de gemeente in staat de geleverde producten van de instellingen te beoordelen en deze op basis van effectonderzoek bij te stellen.

Voor geïnteresseerden is het plan van aanpak te verkrijgen bij het secretariaat van de afdeling beleid van DMO aan de Koninginneweg 10