VERENIGING EIGEN HUIS

WOZ-beschikking: wat te doen

In deze tijd valt bij iedereen de nieuwe WOZ-beschikking in de bus. Het zijn niet alleen de huiseigenaren die vol verwachting lezen voor welk bedrag de gemeente hun eigendom heeft aangeslagen, ook huurders hebben ermee te maken. De peildatum voor deze WOZ-ronde is 1 januari 1999. Huidige verkoopbedragen gelden dus niet, maar het is wel zaak te controleren of de gemeente uw woning niet te hoog heeft aangeslagen. De waarde van uw woning op de WOZ-beschikking geldt immers voor de onroerende zaakbelasting, de inkomstenbelasting én de waterschapslasten.

De wet Waardering Onroerende Zaken (WOZ) is enkele jaren geleden in werking getreden. Doel was onder meer om ervoor te zorgen dat voor allerlei soorten belastingen dezelfde waarde van de woning geldt. De waarde waarop de overheid uw woning heeft bepaald wordt eens per vier jaar vastgesteld in de zogenaamde WOZ-beschikking. In 1997 ontvingen huiseigenaren de eerste beschikking (met peildatum 1 januari 1995). Begin 2001 valt de tweede in de bus (met peildatum 1 januari 1999). De verantwoordelijkheid voor de waardebepaling ligt bij de gemeente. De gemeente geeft de vastgestelde waarde door aan andere belastingheffende instanties, zoals het Rijk en de waterschappen. De Waarderingskamer houdt toezicht op de waardebepaling en de manier waarop deze wordt vastgesteld.
De waarde van de woningen is in de afgelopen periode fors gestegen. Landelijk steeg de prijs van een gemiddelde woning sinds 1995 met zo'n 38 procent, waarbij de stijging regionaal nog zeer uiteen kan lopen. Dat betekent dat u er rekening mee moet houden dat de WOZ-waarde ook flink is gestegen. Bovendien golden voor circa 40 procent van de gemeenten (de zogenoemde 'wetsfictiegemeenten') peildata van 1994, 1993 of 1992, zodat de totale WOZ-waardestijging zelfs kan oplopen tot ruim 80 procent. In deze WOZ-ronde zijn er geen wetsfictiegemeenten meer: alle waardebepalingen kennen dezelfde peildatum van 1 januari 1999. Wel kunt u als inwoner van een vroegere wetsfictiegemeente bij uw aangifte inkomstenbelasting over belastingjaar 2000 nog te maken hebben met de eerdere peildata.

Referentiewoningen
Voor het vaststellen van de WOZ-waarde wordt gewerkt met zogenaamde 'referentiewoningen', woningen die model staan voor dezelfde woningtypes. Voor u is het dus van belang te weten met welke referentiewoningen uw woning is vergeleken. Dit kunt u doen door te kijken naar het taxatieverslag. Wanneer de gemeente dit taxatieverslag niet automatisch bij uw beschikking meestuurt, kunt u de gemeente hier naar vragen.

Heffingsgrondslag
De WOZ-waarde van de woning is de heffingsgrondslag voor de onroerende zaakbelasting. De gemeente stelt een - eigenaren en gebruikers - tarief vast per 5.000 gulden en uit de vastgestelde waarde volgt dan het te betalen bedrag. Voorbeeld: de waarde in de WOZ-beschikking is vastgesteld op 400.000 gulden. Uw gemeente hanteert per 5.000 gulden een tarief van 12,50 gulden voor het eigenarendeel en 10 gulden voor het gebruikersdeel. De aanslag OZB bedraagt dan (400:5) x (12,50 + 10) = 80 x 22,50 = 1.800 gulden.

Grote steden hebben OZB-tarief onvoldoende verlaagd Inwoners in de grotere steden gaan gemiddeld ruim acht procent meer onroerende zaakbelasting betalen. Dit blijkt uit een steekproef van de 'vereniging eigen huis' onder twaalf grote gemeenten. De WOZ-waarde van woningen zal daar gemiddeld 71 procent hoger uitvallen. De 'vereniging eigen huis' constateert dat gemeenten de OZB-tarieven hebben verlaagd, maar onvoldoende om de waardestijging van de woningen te compenseren. De invoering van de wet Waardering Onroerende Zaken leidt nu toch tot extra woonlastenverzwaring voor de consument. Alleen de gemeenten Utrecht en Den Haag springen er positief uit. Zij hebben het tarief dusdanig verminderd dat de gemiddelde waardestijging wordt gecompenseerd.
De stijging van de OZB-tarieven maken het grootste deel uit van de lokale lastendruk. Bij de invoering van de wet Waardering Onroerende Zaken is door de overheid gesteld dat de wet niet mag leiden tot verhoging van de belastingdruk.

Algemene vragen over de WOZ

Wat is de WOZ?
De wet Waardering Onroerende Zaken (WOZ) schrijft voor dat de gemeenten het onroerend goed op hun grondgebied (huur- en koopwoningen en bedrijfspanden) op dezelfde manier taxeren. De taxatiewaarden vormen de grondslag voor drie belastingheffingen (onroerende zaakbelasting, inkomstenbelasting en de waterschapslasten).

Per welke datum wordt de waarde van de woning vastgesteld? Op grond van de wet ligt het tijdstip waarop de gemeente de waarde voor uw woning heeft vastgestelde (de waardepeildatum) twee jaar voor de periode waarvoor de taxatie geldt. De waarde van de woning wordt dus nu vastgesteld per 1 januari 1999.

Waarom valt de taxatie hoger uit dan wat in de afgelopen jaren steeds als waarde van een woning gold?
Door de forse stijging van de huizenprijzen zijn de taxatiewaarden hoger uitgevallen. Bij de waardebepaling gaat de gemeente uit van de waarde in het 'economisch verkeer'. Dit is de waarde die een woning heeft als deze leeg wordt verkocht.

Maakt de gemeente een taxatie van ieder pand?
Voor het taxeren gaat de gemeente uit van referentiewoningen die een goed beeld moeten geven van de woningen in een bepaalde wijk. Niet ieder pand wordt dus getaxeerd. Van iedere woning wordt wel een taxatieverslag gemaakt. In dit verslag staan de gegevens die ten grondslag liggen aan de waardevaststelling, zoals de referentiewoningen.

Waar houdt de gemeente rekening mee bij het vaststellen van de waarde van de woning?
In het taxatieverslag moeten de eventuele waardedrukkende factoren van de woning waarmee de gemeente rekening heeft gehouden, zijn vermeld. De belangrijkste hiervan zijn: erfdienstbaarheden, wettelijke beperkingen (kapverbod, bepalingen in de huisvestingsverordening etc.), beperkingen in de gebruiksmogelijkheden via een (toekomstig) bestemmingsplan en overige contractuele verkoopbeperkende bepalingen, zoals de aanwezigheid van olietanks, asbest, slechte staat van onderhoud, ongunstige ligging en geluidsoverlast. Wanneer de gemeente hier geen of onvoldoende rekening mee heeft gehouden, kunt u dat aanvoeren in een bezwaarschrift tegen de vastgestelde waarde.

Ik ben het niet eens met de getaxeerde waarde van mijn woning. Hoe teken ik bezwaar aan?
U moet binnen zes weken na de op de WOZ-beschikking vermelde dagtekening een bezwaarschrift indienen bij burgemeester en wethouders van uw gemeente. Bij de WOZ-beschikking moet u informatie krijgen over de wijze waarop dit moet gebeuren. Als de gemeente uw bezwaarschrift afwijst, dan kunt u daartegen beroep aantekenen bij de belastingkamer van het gerechtshof. Wijst die het beroep af, dan kunt u uw verzoek voorleggen aan de Hoge Raad. Bezwaar maken heeft zin als u kunt aantonen dat uw woning op 1 januari 1999 minder waard was dan door de gemeente is vastgesteld. U kunt de waarde checken via de 'WOZ-check' van de 'vereniging eigen huis' op website www.eigenhuis.nl. Vraag in ieder geval het taxatieverslag van uw woning op bij de gemeente. Daarin staat vermeld hoe de waarde is vastgesteld, zodat u de juistheid kunt controleren. De gemeente is verplicht u dit verslag te geven (sommigen vragen hier wel een vergoeding voor).

Ik heb een nieuwe woning. Toch is er een waardebepaling per 1 januari 1999 vastgesteld. Hoe kan dit?
Wanneer u op 1 januari 2001 eigenaar/bewoner bent van een huis, ontvangt u een beschikking. Volgens de wet mag de gemeente bouwactiviteiten die na 1 januari 1999 zijn uitgevoerd, meetellen bij het vaststellen van de waarde. Er wordt dus gedaan alsof uw woning er op 1 januari 1999 al was.

De koop-/aanneemsom van mijn in 1998 opgeleverde woning is lager dan de de waarde op mijn WOZ-beschikking per 1 januari 1999. Hoe kan dit?
Voor het bepalen van de waarde van nieuwbouwwoningen wordt gekeken naar de verkoopwaarde van vergelijkbare woningen. De koop-/aanneemsom is niet altijd gelijk aan de vrije verkoopwaarde. Vooral bij woningen waarbij de overheid een maximale verkoopprijs heeft vastgesteld, komt dit voor. Veel van deze woningen zijn na de oplevering meer waard. Bovendien is de prijs tot stand gekomen bij het sluiten van de koop-/aannemingsovereenkomst en dat moment ligt vaak veel eerder dan het moment van oplevering.

De waarde van mijn WOZ-beschikking ligt veel hoger dan die de gemeente aanhield bij mijn eerdere aanslag onroerende zaakbelasting. Kan dit zomaar?
Is de waardestijging van uw woning door de gemeente juist weergegeven, dan kunt u hier niets tegen doen. De prijzen van huizen zijn in de afgelopen vier jaar sterk gestegen. De 'vereniging eigen huis' heeft daarom in augustus 2000 alle gemeenten opgeroepen de OZB-tarieven dusdanig te verlagen dat de stijging van de WOZ-waarde van de woningen wordt gecompenseerd. Daarnaast zijn gemeenten verzocht een differentiatie toe te passen tussen de OZB-tarieven voor woningen en die voor bedrijfspanden. Verder heeft Eigen Huis de gemeenten opgeroepen om consumenten zo volledig mogelijk te informeren over de financiële consequenties van de nieuwe taxatie. Inzicht in de onderbouwing van de taxatiewaarde door middel van een taxatieverslag met informatie over referentiewoningen levert een bijdrage aan het terugdringen van het aantal bezwaarschriften.

Moet ik de waarde van de woning op de WOZ-beschikking ook aanhouden voor de aangifte inkomstenbelasting 2000?
De waardepeildatum op de WOZ-beschikking is 1 januari 1999. Deze waarde geldt vanaf 1 januari 2001: dat betekent dat u voor de aangifte inkomstenbelasting 2000 de WOZ-waarde met de peildatum 1 januari 1995 (of in het geval van een wetsfictiegemeente 1994, 1993 of 1992) moet aanhouden. Voor uw aangifte inkomstenbelasting 2001 gebruikt u pas deze nieuwe WOZ-beschikking met peildatum 1 januari 1999! In de uitgave 'Wet waardering onroerende zaken' van 'vereniging eigen huis' staat vermeld wat de gevolgen zijn van de WOZ-waarde voor de inkomstenbelasting, de vermogensbelasting en de waterschapsheffing.

Informatie
De 'vereniging eigen huis' heeft over de WOZ een uitgebreide uitgave samengesteld. Deze uitgave legt uit wat de wet WOZ betekent voor uw woonlasten en wanneer het zin heeft om bezwaar te maken tegen de beschikking. Ook geeft de brochure aan hoe de taxatie wordt uitgevoerd en zijn voorbeeld-bezwaarschriften opgenomen. De uitgave 'Wet waardering onroerende zaken' kost voor leden 14 gulden en voor niet-leden 17 gulden en is telefonisch te bestellen op telefoonnummer
033-4507570 of via website www.eigenhuis.nl.
Op de website www.eigenhuis.nl kunt u via een rekenmodule zelf de waarde van uw woning op 1 januari 1999 controleren. Deze 'WOZ-check' houdt niet alleen rekening met de verkochte woningen in de buurt en de prijs waarvoor uw woning is gekocht, maar ook met de prijsontwikkeling en de specifieke kenmerken van uw woning. Als de waarde volgens deze WOZ-check lager is dan uw beschikking, dan kunt u nagaan of het de moeite waard is om een bezwaarschrift in te dienen. Op de website van 'vereniging eigen huis' staat ook alle informatie over de bezwaar- en beroepschriftenprocedure met voorbeelden. De WOZ-check kan voor meer dan de helft van alle woningen worden uitgevoerd (voor hele dure of hele aparte woningen zijn onvoldoende vergelijkende gegevens beschikbaar). De kosten voor de WOZ-check bedragen 39 gulden voor leden en 79 gulden voor niet-leden. U betaalt pas wanneer wordt aangegeven dat er voldoende gegevens zijn om de waarde van uw woning te bepalen.

Leden van 'vereniging eigen huis' die geen toegang tot internet hebben kunnen via telefoonnummer 033 - 4507752 een vragenlijst aanvragen waarop alle kenmerken van de woning kunnen worden ingevuld. De WOZ-check wordt dan voor hen uitgevoerd. De kosten bedragen hiervoor 49 gulden. U betaalt alleen wanneer er voldoende gegevens zijn om de waarde van uw woning te bepalen.

Voor telefonisch advies heeft de 'vereniging eigen huis' vanaf maandag 5 maart een speciale WOZ-helpdesk ingericht. Leden kunnen tussen 08.00 en 20.00 uur bellen met telefoonnummer 0900-1666777 (75 cent per minuut), niet-leden met 0900-2666777 (1,50 gulden per minuut).