LFAZ & RAAD VAN RGF'EN

Convenant ambulancezorg voor rampenhulpverlening

Op vrijdag 2 maart wordt in Utrecht een intentieverklaring getekend door de Raad van Regionaal Geneeskundig Functionarissen (RGF'en) en de werkgeversfederatie in de ambulancezorg, LFAZ. Daarin spreken zij af om een convenant te ontwikkelen voor de levering van ambulancezorg aan de voorbereiding op en uitvoering van rampenhulpverlening. Het uiteindelijke doel is optimale hulpverlening aan elke patiënt, ook als het om grote aantallen tegelijk gaat.

In het convenant wordt de werkrelatie tussen de ambulancezorg en de Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (GHOR) vastgelegd. Deze afspraken zijn nodig om de inzet van bijvoorbeeld ambulances en ambulancepersoneel bij de voorbereiding op rampen en zware ongevallen, zoals in Enschede en Volendam, nog beter te kunnen regelen. Ook geeft het convenant inzicht in de kosten van deze inzet. Het convenant, waar inmiddels al aan wordt gewerkt, kan naar verwachting uiterlijk in mei van dit jaar worden gesloten.

Rol GHOR en RGF

Geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen (GHOR) wordt geleverd door diverse samenwerkende organisaties, waaronder ambulancediensten en ziekenhuizen. De Regionaal Geneeskundig Functionaris (RGF) is verantwoordelijk voor een goed gecoördineerde voorbereiding op, uitvoering van en nazorg rondom deze 'GHOR'. Nederland is hiervoor verdeeld in 26 GHOR-regio's, op dezelfde schaal als de politieregio's. De gemeenten zijn bestuurlijk verantwoordelijk in een GHOR-regio. De RGF voert deze taak uit in overleg met de betrokken geneeskundige diensten en in samenwerking met brandweer en politie. De RGF'en zijn landelijk verenigd in de Raad van Regionaal Geneeskundig Functionarissen om uniformiteit te bevorderen en kennis en ervaringen te bundelen.

Rol ambulancediensten

Ambulancediensten spelen binnen de GHOR een belangrijke rol. Zij zijn o.a. verantwoordelijk voor de afvoer van gewonden naar ziekenhuizen. De hulpverlening bij zware ongevallen en rampen ligt in het verlengde van hun reguliere taken in de Spoedeisende Medische Hulpverlening (SMH) en het besteld vervoer van patiënten.

Voor de reguliere taken is op landelijk niveau de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport verantwoordelijk, maar voor de GHOR de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Er zijn daardoor verschillen in financiering, aansturing en politieke verantwoordelijkheid van hun taken.

Inhoud convenant

In het convenant komen daarom landelijke richtlijnen te staan over de te leveren producten van de ambulancezorg aan de GHOR. Ook geeft het convenant inzicht in de berekening van (kost)prijzen van die producten. De GHOR-regio's kunnen met de ambulancediensten in hun gebied volgens de richtlijnen in het convenant afspraken maken over concrete producten. Dit betreft bijv. de preventieve inzet van ambulances en ambulancepersoneel, paraatheid van medewerkers, stalling en onderhoud van materieel, opleidingen en oefeningen.

Met het convenant wordt een belangrijke bijdrage geleverd aan uniforme afspraken over de kwantiteit en kwaliteit van de rampenhulpverlening in Nederland. De ambulancediensten kunnen de voorbereiding op en oefening voor (grootschalige) GHOR ook benutten bij de reguliere hulpverlening, zodat deze ten allen tijde ten goede komt aan de patiënt.


EINDE PERSBERICHT


Noot voor de (foto)redactie:

De locatie van de ondertekening is het kantoor van GGD Nederland, Adriaen van Ostadelaan 140 te Utrecht. De ondertekening vindt plaats vrijdag 2 maart 2001 om 15.30 uur.

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de secretaris van de Raad van Regionaal Geneeskundig Functionarissen, de heer drs. R.A. van Mourik, tel. (030) 252 5077 en/of met de beleidsmedewerker van de LFAZ, mevrouw drs. H. Deijkers, tel. (038) 421 8691.

28 feb 01 13:04