Gemeente Breda

08-03-2001

Extra impuls voor verbeteren onderwijskansen
Wethouder J. de Werd ondertekent op 14 maart een convenant met het Rijk om een extra impuls te geven aan onderwijskansen van met name allochtone leerlingen die in het primair of voortgezet onderwijs een leerachterstand hebben. In dit convenant staat dat de gemeente Breda in het komende jaar met maximaal 12 scholen een schoolontwikkelingsplan maakt dat ertoe leidt dat de onderwijskansen van, met name allochtone kinderen, zal verbeteren. De plannen worden in de drie jaren daarna uitgevoerd.

Het Bredase onderwijsbeleid richt zich al sinds einde van de zeventiger jaren op het verbeteren van de onderwijskansen van leerlingen. Maar gezien de maatschappelijke urgentie om onderwijskansen van allochtone leerlingen te verbeteren hebben het Rijk en de 28 middelgrote gemeenten gezamenlijke afspraken gemaakt die neergelegd zijn in dit convenant. In het convenant wordt vastgelegd dat de gemeente met een aantal scholen een schoolontwikkelingsplan gaat maken. In dit plan komen in ieder geval de beoogde doelen, gewenste resultaten, de in te zetten instrumenten en middelen en het tijdpad. Ook staat de rol van de gemeente en de school beschreven. De bedoelde scholen ontvangen van het Rijk extra financiële middelen om de plannen ook waar te kunnen maken.

Het convenant richt zich met name op scholen met meer dan 50% achterstandsleerlingen in het primair onderwijs en meer dan 40% achterstandsleerlingen in vestigingen voor voortgezet onderwijs. Welke scholen op dit terrein nauwer gaan samenwerken met de gemeente is nog niet bekend. Diverse scholen uit het primair onderwijs hebben zich in het voortraject al positief opgesteld ten opzichte van de gemeentelijke plannen. In totaal komen 12 basisscholen en 5 scholen voor voortgezet onderwijs in aanmerking

Per jaar zet de gemeente een bedrag van 3,5 miljoen gulden in voor onderwijskansenbeleid. Met dit convenant krijgt de gemeente een extra financiële impuls waarvan de hoogte afhankelijk is van de, per school, in te dienen plannen. Het convenant heeft een looptijd van 4 jaar en eindigt in 2005.

Breda, 8 maart 2001