Partij van de Arbeid

Den Haag, 15 maart 2001

Vragen van de leden Hindriks en Herrebrugh (beiden PvdA) aan de minister van Economische Zaken en de minister van Verkeer en Waterstaat



1. Heeft U kennisgenomen van de motie van de Sectorraad Havens van FNV Bondgenoten 1?

2. Is het juist dat het Kabinet voorstander is van een spoedige privatisering van het Gemeentelijk Havenbedrijf Rotterdam (GHR)? Zo ja, hoe past dat bij de kernfunctie van Rotterdam binnen de maritieme cluster in Nederland?

3. Bent U met ons van mening dat het wenselijk is alle relevante actoren in de Rotterdamse haven te betrekken bij een eventueel voornemen tot privatisering van het gemeentelijk havenbedrijf? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke termijn denkt u overleg te voeren met een belangrijke partij als FNV Bondgenoten?

4. Is het Kabinet op enigerlei wijze betrokken bij overleg over verzelfstandiging dan wel privatisering van het GHR? Bent U bereid ons nader te informeren over de inbreng van de zijde van het Kabinet? Is er sprake van verschillen van opvatting tussen het Kabinet en de gemeente Rotterdam?

5. Bent U op de hoogte van besprekingen in de kring van Kamers van Koophandel Rotterdam e.o. over dit onderwerp? Zo ja, hoe beoordeelt u die besprekingen?

1. 6. Hoe beoordeelt U de positie van de Rotterdamse Haven in het licht van plannen voor een Europees Havenbeleid? Welke gevolgen verwacht u daarvan voor de Rotterdamse Haven?

7. Welke doelstellingen heeft U voor de middellange termijn met betrekking tot de Rotterdamse Haven en de economische

spilfunctie daarvan? Is het naar uw oordeel gewenst een

scheiding aan te brengen tussen beheer en exploitatie?

8. Is een "landlordfunctie" voor de Haven daarvoor gewenst en welke rol zou die functie naar uw oordeel kunnen vervullen? Welke randvoorwaarden vloeien uit uw doelstellingen voort die essentieel zijn in de discussie over verzelfstandiging en privatisering van het GHR?

Motie Sectorraad Havens van FNV Bondgenoten inzake

Motie Sectorraad Havens van FNV Bondgenoten inzakede Toekomst van de Rotterdamse Haven

De Sectorraad Havens van FNV Bondgenoten, in vergadering bijeen in Rotterdam op maandag 26 februari 2001,

­ heeft kennis genomen van een door de Rotterdamse Havenwethouder op 29 december 2000 publiekelijk aangekondigde discussie over de toekomst van het Gemeentelijk Havenbedrijf Rotterdam,

­ heeft tevens kennis genomen van perspublicaties waaruit blijkt dat de Minister van Verkeer en Waterstaat in het publiek mededelingen doet over haar wens het Gemeentelijk Havenbedrijf om te zetten in een NV en dus te willen privatiseren,

­ heeft vernomen dat de Havencommissie van de Rotterdamse Gemeenteraad tijdens een besloten vergadering aan de hand van geheime documenten de discussie over de toekomst van het GHR al is begonnen,

­ verwacht dat een discussie over de positie van het Gemeentelijk Havenbedrijf ingrijpende gevolgen kan hebben voor de hele haven en alle bedrijven en werknemers die in het Rotterdamse havencomplex werkzaam zijn,

­ betreurt het dat de vakbeweging nog steeds geen informatie heeft ontvangen van het Gemeentebestuur over de door de wethouder gestarte discussie,

­ betreurt eveneens dat de vakbeweging geen uitnodiging heeft ontvangen om deel te nemen aan de discussies op basis van de daarvoor benodigde mondelinge en schriftelijke informatie,

­ constateert op basis van informatie - ontvangen van de ITF (Londen) - dat enkele weken geleden de Europese Commissie plannen bekend heeft gemaakt voor een Europees havenbeleid dat vergaande gevolgen zou kunnen hebben voor alle Nederlandse havens en dus ook voor de Rotterdamse haven,

­ betreurt het dat hierover geen enkele informatie vanuit de nationale of lokale politiek is ontvangen,

stelt vast:

1. dat het niet betrekken van de vakbeweging bij de discussies over de toekomst van het havenbedrijf en dus over de toekomst van de haven, in flagrante strijd is met het door velen bewierookte Nederlandse Polder Model dat zou inhouden dat de vakbeweging als een serieuze gesprekspartner wordt gezien van overheid en werkgevers,

2. dat zonder goede en tijdige informatie en zonder overleg de sectorraad havens gedwongen wordt om zich te keren tegen elke verandering die eventueel zou kunnen voortvloeien uit de door de wethouder geopende discussie,


* kondigt aan dat zij binnen FNV Bondgenoten contact zal zoeken met andere sectoren die ook te maken zullen krijgen met mogelijke gevolgen van de door de wethouder gestarte discussie,


* zal het bestuur van FNV Bondgenoten verzoeken contact op te nemen met Abvakabo omdat ambtenaren werkzaam bij het GHR ook te maken gaan krijgen met de gevolgen van eventuele beslissingen ten aanzien van de positie van het GHR,


* en kondigt tenslotte aan zich tot de ITF te zullen wenden voor informatie omtrent hervormingen in andere havens en voor ondersteuning en solidariteit indien de discussies in Rotterdam zich in een ongewenste richting ontwikkelen en tot besluitvorming leiden die voor de werknemers in de haven onaanvaardbaar zijn.

Rotterdam, 26 februari 2001.

058LNiB

1 Motie Sectorraad Havens van FNV Bondgenoten inzake

Motie Sectorraad Havens van FNV Bondgenoten inzakede Toekomst van de Rotterdamse Haven van maandag 26 februari 2001, zie bijlage

1