Rijksuniversiteit Groningen

Prijs voor proefschrift over astmamedicijn

De Nederlandse Vereniging voor Farmacologie heeft de prijs voor het beste farmacologische proefschrift over de afgelopen drie jaar toegekend aan dr. M. Schuiling voor zijn proefschrift Nonadrenergic noncholinergic regulation of airway function. De prijs, die uitgereikt werd tijdens de Farmacologiedagen te Lunteren, bestaat uit een oorkonde en bedrag van vijfduizend gulden.

Schuiling (Meppel, 1969) promoveerde op 18 december 1998 op een onderzoek naar een nieuw astmamedicijn. Hij verrichtte zijn onderzoek binnen de werkgroep Moleculaire farmacologie van het Universitair Centrum voor Farmacie. Het werd gesubsidieerd door het Nederlands Astma Fonds.

Luchtwegvernauwing en -verwijding wordt gereguleerd door drie verschillende systemen van signaaloverdracht. Eén daarvan (met een nonadrenerg, noncholinerg (NANC) karakter) is pas een aantal jaren bekend. Martin Schuiling onderzocht de functie van dit NANC systeem in allergische luchtwegen in een proefdiermodel voor allergisch astma. De neurotransmitter stikstofmonoxide (NO) werkt normaal luchtwegverwijdend. In zijn onderzoek ontdekte de promovendus dat na de vroege astmatische aanval de productie van de neurotransmitter NO is afgenomen, waardoor de luchtwegen overgevoelig worden voor ingeademde prikkels. Bij de late astmatische aanval is NO wel weer aanwezig, omdat ontstekingscellen grote hoeveelheden NO hebben aangemaakt. Naast het gunstige luchtwegverwijdende effect zorgt de overvloed aan NO echter ook voor schade aan het luchtwegepitheel, waardoor juist luchtwegovergevoeligheid ontstaat. Verder spelen neurokinines als neurotransmitter een belangrijke rol bij luchtwegvernauwing. Op dit moment zijn er medicijnen in ontwikkeling die de activiteit van deze neurokinines kunnen remmen (zogenaamde neurokinine antagonisten). Schuiling testte deze antagonisten op proefdieren, met een gunstig resultaat. De medicatie vermindert de luchtweg-overgevoeligheid die door het inademen van allergeen wordt veroorzaakt, en vermindert de ernst van de late astmatische reactie. Daarom kunnen deze neurokinine antagonisten in de toekomst mogelijk worden ingezet bij de behandeling van allergisch astma.