CBS

Over tien jaar twee miljoen allochtonen

In Nederland zullen over tien jaar naar verwachting twee miljoen niet-westerse allochtonen wonen. Nu zijn dit er nog 1,4 miljoen. De totale bevolking van Nederland groeit in deze periode met een miljoen personen. Dit betekent dat bijna tweederde van de bevolkingsgroei in de komende tien jaar voorkomt uit de groei van het aantal niet-westerse allochtonen. Dit blijkt uit de nieuwe allochtonenprognose van het CBS.

Tweede generatie groeit sneller dan eerste generatie De eerste generatie niet-westerse allochtonen groeit in tien jaar tijd met een derde, van 0,9 miljoen in 2000 naar 1,2 miljoen in 2010. Dit komt vooral door asielmigratie, gezinsvormende migratie en gezinsherenigende migratie. De tweede generatie groeit met 60 procent van 0,5 miljoen naar 0,8 miljoen in 2010. De tweede generatie neemt relatief sterk toe doordat niet-westerse allochtone vrouwen over het algemeen meer kinderen krijgen dan autochtone vrouwen.

Aantal Turken neemt sneller toe dan aantal Surinamers Van de huidige 1,4 miljoen niet-westerse allochtonen behoort ruim 40 procent tot de grootste twee allochtone groepen: Turken en Surinamers. Allochtonen met een Turkse achtergrond vormen op dit moment met 309 duizend personen de grootste groep niet-westerse allochtonen. Vooral door de groei van de tweede generatie zal het aantal Turkse allochtonen toenemen tot 381 duizend in 2010. Het aantal personen met een Surinaamse achtergrond is met 303 duizend nagenoeg gelijk aan het aantal Turken. Omdat Surinaamse vrouwen gemiddeld minder kinderen krijgen dan Turkse vrouwen groeit het aantal Surinamers minder snel dan het aantal Turken.

Gemiddeld kindertal daalt aanzienlijk
Bij de Marokkanen groeit vooral de tweede generatie sterk. Dit komt door het relatief hoge aantal kinderen dat Marokkaanse vrouwen gemiddeld krijgen. Het vruchtbaarheidscijfer van Marokkaanse vrouwen bedraagt 3,3 kinderen per vrouw. De komende jaren daalt dit aantal kinderen aanzienlijk. Niettemin krijgen ook over tien jaar Marokkaanse vrouwen nog relatief veel kinderen, 2,6 per vrouw.

Aziaten in opkomst
De snelst groeiende groep allochtonen wordt gevormd door mensen uit Aziatische landen. Vooral het aantal personen uit landen als Irak, Iran en Afghanistan is de afgelopen jaren sterk gegroeid. Voor de komende periode wordt aangenomen dat 60 procent van de asielzoekers uit Aziatische landen zal komen. Hierdoor neemt het aantal Aziaten van de eerste generatie sterk toe.

Aantal allochtonen groeit sneller dan totale bevolking Tegenover de groei van het aantal niet-westerse allochtonen staat een zeer beperkte groei van het aantal autochtonen. Het aandeel niet-westerse allochtonen neemt toe van 9 procent nu tot 12 procent over tien jaar. Vanaf 2009 zal door de vergrijzing sprake zijn van een afname van het aantal autochtonen. De toename van het aantal allochtonen zal ook na 2010 doorzetten. Halverwege de eeuw zullen er naar verwachting 3,9 miljoen niet-westerse allochtonen in Nederland wonen. Het aandeel in de totale bevolking groeit daarmee tot iets meer dan 20 procent op een totale bevolkingsomvang van 18 miljoen personen. Deze groei komt in toenemende mate voor rekening van de tweede generatie.

Technische toelichting
Het CBS rekent tot de allochtonen alle personen van wie ten minste één ouder in het buitenland is geboren. Allochtonen die zelf in het buitenland zijn geboren vormen de eerste generatie en allochtonen die in Nederland zijn geboren de tweede generatie. Allochtonen van de eerste generatie worden onderverdeeld in westers en niet-westers op grond van hun geboorteland. Ze worden tot de niet-westerse allochtonen gerekend als ze zijn geboren in Turkije, Afrika, Latijns-Amerika of Azië met uitzondering van Japan en Indonesië. Op grond van hun sociaal-economische positie worden allochtonen uit Japan en Indonesië tot de westerse allochtonen gerekend. Wat Indonesië betreft gaat het vooral om mensen die in voormalig Nederlands-Indië zijn geboren. De tweede generatie wordt onderverdeeld in westers en niet-westers op grond van het geboorteland van hun moeder. Is dit Nederland, dan is het geboorteland van de vader bepalend. Voor de tweede generatie is het onderscheid tussen westers en niet-westers gebaseerd op dezelfde landenindeling als voor de eerste generatie.