Het Koninklijk Huis
30/03/01 Prins Bernhard heeft de versierselen van de Orde van de
Gouden Ark uitrgereikt.
Zijne Koninklijke Hoogheid Prins Bernhard der Nederlanden heeft 30
maart 2001 tijdens een bijeenkomst op Paleis Soestdijk de versierselen
van de Orde van de Gouden Ark uitgereikt aan 14 personen die zich
verdienstelijk hebben gemaakt op het gebied van de natuurbescherming.
De Orde van de Gouden Ark werd in 1971 door de Prins ingesteld om personen, die zich op bijzondere wijze verdienstelijk hebben gemaakt voor het behoud van flora en fauna, te kunnen belonen.
De verdiensten van de gedecoreerden van vorig jaar en dit jaar varieren van acties in binnen - en buitenland voor de bescherming van een bedreigde diersoort, dan wel het beheer van een natuurgebieden tot educatief, adviserend en wetenschappelijk werk of langdurige bestuurlijke betrokkenheid bij natuurbeschermingsorganisaties.
Tot officier in de Orde van de Gouden Ark zijn benoemd:
- de heer M. Arundel uit de Verenigde Staten
- dr. M. Bijleveld van Lexmond uit Nederland
- de heer T. Fitzjohn uit het Verenigd Koninkrijk
- de heer G.A.B. da Fonseca uit Brazilie
- drs. H.J. Muntingh uit Nederland
- prof. dr. H.H.T. Prins uit Nederland
- de heer P.A. Seligmann uit de Verenigde Staten
- dr. P.B. Yonzon uit Nepal.
Tot ridder in deze Orde zijn benoemd:
- mevrouw P. Deimer uit Duitsland
- de heer L. Haraszthy uit Hongarije
- de heer D. Kington Loo uit Maleisie
- de heer F. Lanting uit Nederland
- dr. S. Sahai uit India
- de heer F. van Troon uit Nederland.