Inzet werkdrukmiddelen GGZ
De Voorzitter van de Tweede
Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
GVM-2151082
4 april 2001
Naar aanleiding van de Algemene Politieke Beschouwingen heeft de
Tweede Kamer de motie Dijkstal (motie nr. 16) aangenomen. Daarin
werd 25 mln beschikbaar gesteld voor wachtlijsten en werkdruk in
de Geestelijke Gezondheidszorg. Tijdens de kamerbehandeling van de
Zorgnota 2001 heeft het Kamerlid Arib verzocht om 15 mln uit de
motie in te zetten voor werkdrukvermindering. Over een doelmatige
en probleemgerichte inzet van deze middelen heeft overleg
plaatsgevonden met GGZ-Nederland en tevens is rekening gehouden
met het Arbo-Convenant GGZ. Dit Convenant heb ik op 18 januari jl.
samen met de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
afgesloten met de vertegenwoordigers van de werknemers en de
branche-organisatie GGZ-Nederland.
De middelen wil ik in 2001 gericht inzetten voor GGZ-specifieke
werkdrukproblemen als psychische belasting, agressie, onveiligheid
en de hoge werkdruk tijdens crisissituaties. Met het oog hierop
stel ik 2,5 mln beschikbaar voor extra personeel voor
crisiscontacten bij crisisdiensten en 7,5 mln voor extra personeel
voor crisisbehandeling en klinisch kortdurende zorg met intensieve
begeleiding en bescherming in psychiatrische ziekenhuizen. Om een
extra impuls te geven aan het Arboconvenant GGZ voeg ik 2,5 mln
toe aan het Sectorfonds voor de Zorg. Tot slot stel ik 0,6 mln
beschikbaar voor de uitbreiding van de opleidingscapaciteit voor
psychiaters en 1,9 mln voor het oplossen van knelpunten in de
opleidingscapaciteit voor gezondheidszorgpsychologen,
psychotherapeuten en verpleegkundigen. Met dit pakket maatregelen
beoog ik de arbeidsmarkt voor de GGZ te verbeteren en werkdruk te
verminderen.
De Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,
dr. E. Borst-Eilers
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport