Titel: Beantwoording kamervragen over de kosten van tussenpersonen
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
Datum
Uw brief (Kenmerk)
Ons kenmerk
12 april 2001
2000108410
FM/2001/ 488 U
Onderwerp
Beantwoording kamervragen over de kosten van tussenpersonen
Hierbij zend ik u mede namens de Staatssecretaris van Financiën, de
antwoorden op de vragen van het lid Dijsselbloem over de kosten van
tussenpersonen (nummer 2000108410).
De Minister van Financiën,
1. Ja
2. Bij de behandeling van het nieuwe belastingstelsel is aan de orde
geweest dat het belastingstelsel aanleiding kan geven tot aanpassing
van bestaande overeenkomsten van levensverzekering. Gedacht kan
daarbij worden aan het premievrij maken van polissen. Aangegeven is
toen dat aan het premievrij maken van polissen kosten zijn verbonden.
De financiële gevolgen van een aanpassing worden bepaald door de
contractvoorwaarden en de daarin opgenomen bepalingen over kosten. Het
gaat hier om privaatrechtelijke overeenkomsten. Tussen het ministerie
van Financiën en de verzekeraars zijn over de in rekening te brengen
kosten door verzekeraars en tussenpersonen dan ook geen afspraken
gemaakt. Het Nederlandse toezichtsysteem is gebaseerd op een vrije
markt voor verzekeraars met vrijheid van premiestelling. De overheid
rekent het niet tot haar taak, en heeft op grond van Europese
richtlijnen ook niet de mogelijkheid om de premiestelling direct te
beïnvloeden. Kenmerk van een vrije markt is de toegang voor
verzekeringsnemers tot een breed scala van (Europees) aangeboden
producten, waaruit een keuze gemaakt kan worden die het best aansluit
bij de individuele behoeften. De vrije markt dwingt de aanbieders tot
klantgerichtheid en kostenbewustzijn. Dit laat zich zeker voelen op de
financiële markten waar de consument ruime keuze heeft en de grenzen
tussen de bancaire, beleggings- en verzekeringsproducten steeds verder
vervagen.
Een belangrijke voorwaarde voor het goed functioneren van een vrije
markt is de transparantie voor de consument. Een consument moet om een
afgewogen keuze te kunnen maken in ieder geval inzicht hebben in de
inhoudelijke kernpunten van het product waaronder de kosten bij
eventuele aanpassing. Zeker waar het gaat om complexere producten is
transparantie niet vanzelfsprekend. Op dit terrein is de laatste jaren
door de overheid in overleg met de branche belangrijke vooruitgang
geboekt. Sinds 1999 is in de regelgeving vastgelegd (Regeling
informatieverstrekking aan verzekeringnemers 1998) dat de verzekeraar
voor het aangaan van een overeenkomst de afkoop- en premievrije
waarde, of een opgave van de wijze waarop deze waarden worden
berekend, aan de consument moet aangeven. Een verdere vergroting van
duidelijkheid en inzichtelijkheid van de financiële markten heeft de
voortdurende aandacht van zowel de overheid als de branches zelf.
Momenteel wordt in overleg met de branches een door de financiële
instellingen verplicht te hanteren document voorbereid (het
kernpuntendocument). Uit dit document moet op overzichtelijke wijze
voor de consument de basisinformatie als de inhoud, het rendement, de
kosten en het risico van de verschillende producten blijken. Over de
stand van zaken van het kernpuntendocument bent u bij
voortgangsrapportage1 d.d. 5 januari 2001 geïnformeerd.
3/4. Het feit dat geen sprake is van afspraken tussen de overheid en
de verzekeraars over kostenberekeningen en dat afspraken op dit vlak
ook niet in de rede liggen, laat onverlet dat ik aanneem dat de
verzekeraars als marktpartij redelijk zullen omgaan met de
consequenties van de invoering van het nieuwe belastingstelsel.
Daarbij ga ik er vanuit dat de verzekeraars en de bemiddelaars de
advisering en de informatieverstrekking aan de consument adequaat ter
hand nemen.
Het ligt in de rede dat als er sprake is van mogelijke problemen over
de kostenberekeningen van polisaanpassingen, deze in eerste instantie
worden opgepakt door de markt zelf. In onderling overleg kunnen dan
ook elementen als adequate advisering en informatieverstrekking aan de
consument over het nieuwe belastingstelsel en de gevolgen voor lopende
levensverzekeringsovereenkomsten aan de orde komen. In dit kader is
van belang dat het Verbond van verzekeraars deze problematiek op korte
termijn (met de brancheorganisaties) zal bespreken met het college van
belastingadviseurs. Ik zal de ontwikkelingen op dit terrein
vanzelfsprekend volgen.