Gerechtshof Amsterdam



Ondernemingskamer beveelt onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Hollandsche Beton Groep N.V.

Bron: Gerechtshof Amsterdam

Datum actualiteit: 4-07-2001

P E R S B E R I C H T

UITSPRAAK INZAKE HOLLANDSCHE BETON GROEP N.V.

Heden heeft de Ondernemingskamer van het Gerechtshof te Amsterdam uitspraak gedaan op het verzoek van de VERENIGING VAN EFFECTENBEZITTERS en achttien andere aandeelhouders tot het gelasten van een onderzoek naar het beleid van HOLLANDSCHE BETON GROEP N.V. in verband met het aangegaan zijn van een joint venture met BALLAST NEDAM N.V.

De Ondernemingskamer heeft naar aanleiding van het aangegaan zijn van voormelde joint venture en het afgewezen zijn van een bod van KONINKLIJKE BOSKALIS WESTMINSTER N.V. op het aandelenkapitaal van HOLLANDSCHE AANNEMING MAATSCHAPPIJ B.V. :


1. Verstaan dat er gegronde redenen zijn tot twijfel aan een juist beleid van Hollandsche Beton Groep N.V. over het tijdvak vanaf 1 januari 2000 tot heden in voege zoals in de rechtsoverwegingen van haar beschikking weergegeven;


2. Een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van Hollandsche Beton Groep N.V. over voormelde periode;


3. Drs J.F.M. Peters te Wassenaar, voormalig voorzitter van de Raad van Bestuur van Aegon N.V., en prof. Dr P.W. Moerland te Oisterwijk, hoogleraar ondernemingsfinanciering en corporate governance aan de Katholieke Universiteit Brabant, benoemd teneinde voormeld onderzoek te verrichten;


4. Bij wege van onmiddellijke voorziening en voor de duur van het geding Hollandsche Beton Groep N.V. verboden aan de op 26 juni 2001 met Ballast Nedam N.V. en Ballast Nedam Baggeren B.V. aangegane joint venture/samenwerking (verder) uitvoering te geven.