(ERBO Noordwest Veluwe )
Bedrijfsleven in de Stedendriehoek kan niet
doorgroeien
Extreem weinig starters gaan failliet
De kamers van koophandel beschikken over cijfers van startende
ondernemingen en faillissementen sinds 1989. Daaruit blijkt dat binnen
drie jaar na de start 0,5% van de starters in faillissement komt,
binnen vijf jaar 1% en binnen tien jaar 2%. Extreem weinig starters
gaan dus failliet. Deze cijfers ondergraven de gangbare mening dat
vele starters weer heel snel failliet gaan. Ook het idee dat startende
ondernemers er snel weer mee ophouden is onjuist. Uit dezelfde cijfers
van de kamer van koophandel blijkt dat 80% van de starters het
moeilijke eerste jaar overleeft. Na zes jaar heeft de helft van de
starters nog steeds het bedrijf.
Een eigen bedrijf beginnen heeft dus opvallend vaak succes.
Deze prachtige cijfers worden mede veroorzaakt door een goede start.
Veel ondernemers zijn hoog opgeleid en/of hebben een langdurige
ervaring in de branche waarin ze starten. Daarbij maakt 90% van de
starters gebruik van de diensten die de kamer van koophandel speciaal
voor de starters in huis heeft. Vooral de hulp bij het maken van een
ondernemingsplan is veelgevraagd, maar ook de vele
voorlichtingsactiviteiten en de nieuwe interactieve cursus e-school
(in samenwerking met Teleac) helpen de ondernemer beter beslagen ten
ijs te komen.
Startende ondernemers hoeven veelal geen grote investeringen te doen.
Als het bedrijf wordt opgeheven is de schade aan derden niet groot.
Wanneer er omvangrijke investeringen worden gedaan is het risico op
een faillissement wel groter. Lage faillissementskansen zijn er in de
diensten. Ook de detailhandel scoort opvallend laag. Een relatief
hogere faillissementskans is er in de metaalindustrie, terwijl dit in
de elektronische industrie weer aanzienlijk minder is.
Succesfactoren
Succesfactoren zijn moeilijk te achterhalen, daarvoor is de groep
starters vaak te divers. Toch blijkt een goede voorbereiding, onder
andere via een ondernemingsplan, gepaard aan een zakelijke instelling
een belangrijke sleutel tot succes. Daarnaast heeft een groot deel van
de starters naast het eigen bedrijf nog andere inkomsten, vaak uit
loondienst, waardoor het hoofd gemakkelijker boven water wordt
gehouden. Succesvollere ondernemers blijken meestal goed nagedacht te
hebben over strategie, bijvoorbeeld over de afzet van producten en het
benaderen van de markt. Daarnaast hebben ze relatief vaak een
zakelijke partner, hebben ze vaker in loondienst gewerkt voordat ze
begonnen en hebben ze de start dik aangezet: al snel personeel en een
hoge omzet.
Uit onderzoek van de Universiteit Utrecht blijkt dat het beëindigen
van het bedrijf lang niet altijd een tranendal is of een financiële
strop betekent. Relatief veel pas gestarte ondernemers stoppen uit
eigen vrije wil. Ze hebben daarbij positieve overwegingen,
bijvoorbeeld omdat ze een aantrekkelijke baan aangeboden krijgen of
hun bedrijf goed kunnen verkopen. Veel stoppers hebben geen
schuldenlast na het beëindigen van het bedrijf. Sterker nog, velen
hebben daarnaast de ambitie ooit nog een bedrijfje te beginnen.
Startende bedrijven dragen op deze manier heel erg bij tot een
dynamische economie. De houding van starters lijkt steeds meer op de
Amerikaanse houding tegenover het ondernemerschap. Het eerste bedrijf
opgeheven? Jammer, maar een goede leer voor het volgende bedrijf. Het
beleid van het Ministerie van Economische Zaken om tot een dynamischer
economie te komen wordt op deze wijze door ambitieuze starters al in
praktijk gebracht.
Voor een goede voorbereiding verwijzen wij u graag naar onze
praktische producten en diensten.
juni 2001