Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018
2500 EA Den Haag
uw brief van

uw kenmerk

ons kenmerk
DZW. 2001/1865
datum
31-08-2001

onderwerp
Herstructurering Glastuinbouw
TRC 2001/8654 doorkiesnummer

bijlagen
1

Geachte Voorzitter,

Onder verwijzing naar het besprokene tijdens het Algemeen Overleg dat uw vaste commissie voor Landbouw, Natuurbeheer en Visserij met mij voerde op 14 juni jl. ga ik nader in op enkele punten in relatie tot de herstructurering van de glastuinbouw.

up

datum
31-08-2001

kenmerk
DZW. 2001/1865

bijlage

Sinds halverwege de jaren negentig heeft de herstructurering van de glastuinbouwsector in diverse opzichten een positieve ontwikkeling doorgemaakt. Doel van de herstructure-ring was het herstel van de leidende positie van de Nederlandse glastuinbouw op de internationale markt. De sector slaagde erin de internationale consument weer te interesseren voor het Nederlandse product. In het bijzonder is in de groentesector een noodzakelijke verbetering gerealiseerd. Vervolgens heeft de sector een aantal initiatieven ontwikkeld op het terrein van milieu en energie die hebben geleid tot het Convenant Glastuinbouw en Milieu (Glami), waarvan de binnenkort van kracht wordende AMvB glastuinbouw een belangrijke mijlpaal vormt.
In toenemende mate concentreert de aandacht bij de herstructurering zich thans op het verbeteren van de ruimtelijke randvoorwaarden voor de glastuinbouw. Dit is een complex en langlopend proces, waarbij het gaat het om twee hoofdbewegingen die in onderlinge samenhang een verdere stimulans behoeven: de ruimtelijke herstructurering van de bestaande gebieden, met name het Westland, en de ontwikkeling van nieuwe locaties.

Het in dit kader van belang zijnde Integraal Ontwikkelingsplan Westland (IOPW) nadert, na een periode van gedegen voorbereiding de fase waarin de uitvoering ter hand zal worden genomen. In de IOPW-organisatie vervullen het regionale bedrijfsleven, de gemeenten en provincie een belangrijke rol. Over de laatste ontwikkelingen heb ik gesprekken gevoerd met de nieuwe voorzitter van het IOPW, de heer ir. D. Luteijn en de Commissaris van de Koningin van Zuid-Holland, de heer J. Franssen. De gemeentelijke herindeling van het Westland speelt een belangrijke rol in de uitvoering van het IOPW.

In het IOPW als ook in de Vijfde Nota Ruimtelijke Ordening is een afname van het areaal glastuinbouw in het Westland voorzien. Ontwikkeling van nieuwe locaties is daarom mede in het belang van de herstructurering van bestaande gebieden. Binnen Zuid-Holland is ruimte in de B3hoek en de Zuidplaspolder e.o. In 2003 zal de herzieningsprocedure van het streekplan Zuid-Holland Oost afgerond zijn en kan de aanvullende ruimte voor glastuin-bouw in de Zuidplaspolder beschikbaar komen. Aldus ontstaat een glas-as, waarbij een balans ontstaat tussen het Westland en het Oostland van de glas-as.
De provincie Zuid-Holland is actief in het stimuleren van een organisatorische structuur van de glas-as. Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland hebben toestemming gegeven voor de oprichting van twee regionale ontwikkelingsmaatschappijen en haar intentie uitgesproken daarin deel te nemen. Deze ontwikkeling kan een positieve bijdrage leveren aan het proces van herstructurering.
De komst van het proefstation in Bleiswijk, gesteund door de sector, past ook binnen het versterken van de glas-as.

De Dienst Landbouwkundig Onderzoek (DLO) heeft een ontwikkelingsplan opgesteld voor de nieuwbouw van het proefstation voor de glastuinbouw te Bleiswijk. Daarin zijn de mogelijke locaties van het proefstation aangegeven, de planning voor realisatie, de kosten die daaraan verbonden zijn en een uitleg over de wijze waarop co-financiering geregeld is. Het ontwikkelingsplan is bijgevoegd.

Vestiging van het Praktijkonderzoek Plant en Omgeving is in de gemeente Bleiswijk op meerdere plaatsen mogelijk, waarvan er twee kansrijk zijn om op korte termijn nieuwbouw te realiseren. De gemeente Bleiswijk staat positief tegenover de komst van het proefstation en heeft middels een brief van 23 augustus jl. aan DLO en aan mij alle (planologische) medewerking toegezegd. Het Praktijkonderzoek Plant en Omgeving heeft op de kansrijke optie in de Overbuurtsche polder inmiddels een optie genomen.
Rekening houdend met onder andere een Europese aanbesteding en normale doorloop-tijden voor de procedures, kan de eerste teelt eind 2004 gestart worden. Er is voorzien in een afbouw van de onderzoeken in Naaldwijk, Aalsmeer en Klazienaveen en parallel daaraan het nieuw opstarten van onderzoek in Bleiswijk.
De investering voor het geheel van het proefstation in Bleiswijk, het kassencomplex van 20.000 m2, inclusief bedrijfsgebouw, werkruimtes, kantoor voor 150 medewerkers en infrastructuur, komt conform eerdere vermeldingen, neer op 70 miljoen gulden (exclusief B.T.W. en verplaatsingskosten huidig personeel). De financiering is als volgt opgebouwd: netto opbrengst van bestaande locaties 20 à 25 miljoen, dekking middels brandstof-compensatiegelden 20 miljoen (overeengekomen met de sector) en de bijdrage van
LNV/DLO 25 à 30 miljoen gulden.

Het proefstation zal zodanig worden opgezet dat het faciliteiten biedt aan een breed scala van experimenten. De conclusie die ik uit het ontwikkelingsplan trek, is dat het proef-station in Bleiswijk voor de langere termijn optimale omstandigheden biedt voor het doen van onderzoek dat op de toekomstige ontwikkelingen toegesneden is.

De minister van Landbouw, Natuurbeheer
en Visserij,

mr. L.J. Brinkhorst

Bijlage:
Ontwikkelingsplan nieuwbouw proefstation voor de glastuinbouw te Bleiswijk (Niet in elektronische vorm beschikbaar)