PERSBERICHT
Den Haag, 6 september 2001
RZO UIT ZWARE KRITIEK OP KABINET:
INVOERING ZELFSTANDIGHEIDSVERKLARING LOST WEINIG OP
Onduidelijkheid voor zzp'er blijft bestaan
In een brief aan de Vaste Commissies voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Economische Zaken en Financiën uit de Raad voor het Zelfstandig
Ondernemerschap (RZO) zware kritiek op de kabinetsvoorstellen met betrekking
tot de invoering van een zelfstandigheidsverklaring in de Wet
Arbeidsongeschiktheidsverzekering Zelfstandigen (WAZ).
De RZO heeft reeds verschillende keren gewezen op de onduidelijke en
onzekere positie van zelfstandigen zonder personeel (zzp'ers) voor wat de
beoordeling betreft van hun status: ondernemer/zelfstandige of werknemer. De
RZO was dan ook verheugd dat het in de bedoeling lag met het nieuwe
wetsvoorstel deze onzekerheid over de beoordeling van deze status weg te
nemen en de verschillende zelfstandigheidsbegrippen in de sociale
verzekeringswetten te uniformeren en op het fiscale ondernemersbegrip af te
stemmen. De RZO is echter van mening dat deze doelstelling met de door het
kabinet gekozen oplossing niet of nauwelijks zal worden bereikt.
Naar de mening van de RZO is de koninklijke weg om te beoordelen of iemand aan te merken valt als (zelfstandige) ondernemer, het opnemen van een heldere en eenduidige definitie van het ondernemersbegrip in de belastingwetgeving. Een definitie die is aangepast op nieuw ontstane vormen van ondernemerschap. De RZO vindt het een gemiste kans dat een dergelijke definitie in de huidige Wet IB 2001 niet is voorgesteld. Het handhaven van bestaande elementen van het fiscale ondernemersbegrip en van het begrip dienstbetrekking in de zin van de werknemersverzekeringen, staat volgens de RZO garant voor het handhaven van veel van de huidige problemen.
Deze problemen zullen, naar de mening van de RZO, voorlopig mede in stand
gehouden worden door de gekozen bezwaar- en beroepsprocedures. Pas bij
beroep in cassatie zal de Hoge Raad zowel het eindoordeel over het fiscale
ondernemersbegrip als over het zelfstandigheidsbegrip in de sociale
verzekeringen geven. Deze beroepsgang zal een belemmering vormen voor met
name startende zelfstandigen zonder personeel. De procedure is te lang en te
kostbaar en kan daardoor een negatieve invloed hebben op het aantal starters
en dus op het ondernemersklimaat.
Daarnaast is er volgens de RZO onduidelijkheid over de beslistermijn voor de
zelfstandigheidsverklaring en wordt de één-loketgedachte te weinig
gerealiseerd.
De RZO is daarom van mening dat het wetsvoorstel wijziging WAZ te weinig
oplost en zo snel mogelijk door een nieuw voorstel moet worden vervangen,
waarbij een heldere eenduidige definitie van het ondernemersbegrip met een
aansluitende rechtsgang voorop dient te staan.
RZO
De Raad voor het Zelfstandig Ondernemerschap is het advies- en kenniscentrum
ten behoeve van het zelfstandig ondernemerschap. De RZO heeft tot doel bij
te dragen aan een krachtig en dynamisch zelfstandig ondernemerschap in
Nederland door middel van kennisopbouw, beleidsonderzoek, en advisering. De
RZO geeft als onafhankelijk orgaan adviezen en richt zich op beleidsvorming
in Den Haag en Brussel en op maatschappelijke organisaties. Kerngebieden van
advisering zijn: arbeid, belastingzaken, ondernemer/onderneming, onderwijs,
sociale zekerheid en administratieve lasten.