HBO-Raad

Persberichten

06-09-2001
Gezamenlijke reactie HBO-raad en VSNU op rapport kwartiermakers accreditering

Een interessant en nuttig kader om accreditatie van opleidingen in het hoger onderwijs nader in te vullen. Dit vormt de belangrijkste typering die HBO-raad en VSNU geven aan het vandaag verschenen rapport van de Commissie Kwartiermakers Accreditering Hoger Onderwijs. De commissie, onder voorzitterschap van de heer J. Franssen, schreef een rapport over de invoering van accreditatie in het hoger onderwijs. HBO-raad en VSNU vinden dat het rapport aan de betrokken partijen, waaronder instellingen en de Minister, gerichte aanknopingspunten biedt voor hun rol en verantwoordelijkheid ten aanzien van kwaliteit en doelmatigheid in het hoger onderwijs.

Zowel de HBO-raad als de VSNU kunnen bouwen op jarenlange ervaring met het huidige visitatiesysteem. In de loop der jaren is dit systeem doorgegroeid naar een stevige, systematische en onafhankelijke beoordeling. Beide verenigingen zijn dan ook verheugd dat de Commissie Accreditering Hoger Onderwijs hierop voortbouwt met de beoogde keurmerkverlening en erkenning door de overheid.

Op onderdelen is nadere discussie gewenst. Aandachtspunt daarbij is de uitvoerbaarheid van het systeem en de blijvende aansluiting op wat reeds ontwikkeld is en goed functioneert.
Voldoende draagvlak voor het beoogde accrediteringsorgaan vereist het vermijden van een bureaucratische opzet. Ook de aansluiting bij de Europese ontwikkeling ten aanzien van accreditatie verdient nadere aandacht. Buitenlandse accrediteringsorganisaties moeten werkelijk toegang tot het Nederlandse systeem kunnen krijgen. Nadere discussie over dit soort punten kan plaatsvinden zodra de inhoud van de binnenkort te verwachten wetsontwerpen accreditering en bachelor-master bekend is.

Nu de Commissie Kwartiermakers Accreditatie Hoger Onderwijs zijn rapport heeft gepubliceerd zien HBO-raad en VSNU uit naar het indienen en de parlementaire behandeling van de beide wetsontwerpen. Ook zullen HBO-raad en VSNU te zijner tijd graag in gesprek gaan met het beoogde nationaal Accreditatie Orgaan zodra dat door de minister zal zijn benoemd. Beide verenigingen blijven vooralsnog de kwaliteitsborging van de opleidingen faciliteren met de inzet en ondersteuning van onafhankelijke externe deskundigen.

EINDE PERSBERICHT