Ministerie van Justitie
Persbericht Ministerraad
7 september 2001
CASSATIE TEGEN VRIJSPRAAK WORDT MOGELIJK
Het wordt voor het openbaar ministerie (OM) mogelijk bij de Hoge Raad in cassatie te gaan tegen
een vrijspraak door de feitenrechter. Dit is vooral van belang in de gevallen waarin het OM meent
dat een verdachte ten onrechte is vrijgesproken, omdat de rechter heeft aangenomen dat er sprake is
van onrechtmatig verkregen bewijs. Dat staat in een wetsvoorstel van minister Korthals van Justitie
waarmee de ministerraad heeft ingestemd.
Nu is een vrijspraak in de hoogste feitelijke instantie in de regel een vrijspraak in hoger beroep
door het gerechtshof onaantastbaar. Tegen een ontslag van rechtsvervolging of een veroordeling
kan echter wel cassatie aangetekend worden. Korthals wil aan die ongelijkheid een einde maken.
Belangrijkste reden daarvoor is de ontwikkeling van de jurisprudentie op het gebied van het
zogenoemde onrechtmatig verkregen bewijs. Onrechtmatig verkregen bewijs kan op juridische
gronden tot bewijsuitsluiting en daarmee tot vrijspraak leiden. De mogelijkheden voor de Hoge
Raad zich na zo'n uitspraak uit te laten over de juistheid van het rechtsoordeel van de lagere rechter
zijn beperkt. Hierdoor wordt de mogelijkheid om dit voor de rechtspraktijk belangrijke leerstuk
verder te ontwikkelen ongewenst beperkt. De verdachte heeft in deze zaken geen belang bij
beoordeling van zijn zaak in cassatie en zal van de uitbreiding van het rechtsmiddel geen gebruik
maken.
De ministerraad heeft ermee ingestemd dat het wetsvoorstel voor advies aan de Raad van State zal
worden gezonden. De tekst van het wetsvoorstel en van het advies van de Raad van State worden
pas openbaar bij indiening bij de Tweede Kamer.
RVD, 07.09.2001
Ministerie van Algemene Zaken