Nieuwe perspectieven biologische appelteelt in Nederland
De appelrassen Santana en Topaz blijken zeer geschikt voor de biologische
teelt. Ook het derde teeltjaar geven deze rassen in een biologisch
teeltsysteem een opbrengst die vergelijkbaar is met die van een gangbaar
teeltsysteem. De kwaliteit van de appels is uitstekend. De teelt vindt
plaats op de locatie van Praktijkonderzoek Plant & Omgeving (PPO) te
Randwijk.
Wanneer gangbare fruittelers omschakelen naar biologische teelt, daalt de
productie van klasse-I appels sterk. Goede biologische appels zijn daarom
duur, waardoor groei in de markt achterblijft bij andere biologische
producten. Ook door toenemende concurrentie uit het buitenland stijgt het
areaal biologische geteelde appels in Nederland nauwelijks. Een hogere
productie en betere kwaliteit zijn nodig voor toekomstig succes van de
biologische appelteelt in Nederland. Na drie jaren biologische teelt lijken
de rassen Santana en Topaz te voldoen aan deze voorwaarden.
Deze rassen kunnen een cruciale rol vervullen voor de biologische appelteelt in Nederland, omdat ze resistent zijn tegen schurft, de belangrijkste appelziekte. Het optreden van schurft tast de vitaliteit van de boom aan. De biologische middelen die tegen schurft gebruikt worden, zijn eveneens ongunstig voor de vitaliteit. Het gebruik van schurftresistente rassen als Santana en Topaz vermindert het optreden van schurft en beperkt daarmee ook het gebruik van biologische middelen tegen deze schimmelziekte.
PPO selecteert appelrassen uit de hele wereld op basis hun geschiktheid voor
de teelt in Nederland. Het ras Santana is veredeld door Plant Research
International, net als PPO onderdeel van Wageningen UR. Het ras Topaz is
afkomstig uit Tsjechië.
In samenwerking met het Louis Bolkinstituut, voorlichters en telers
onderzoekt PPO ook de mogelijkheden van de biologische teelt van appel onder
Nederlandse omstandigheden. PPO voert het fruitonderzoek uit op de
onderzoekslocatie te Randwijk (Gld).
7 september 2001