European Commission

IP/01/1332

Brussel, 27 September 2001

Urban II programma : EU draagt 9 miljoen EUR bij voor de stadsontwikkeling van Amsterdam

De Europese Commissie heeft een programma voor stadsherstel in Amsterdam goedgekeurd. Dit programma in het kader van het communautair initiatief URBAN(1)
wordt in de periode 2001-2006 door de Europese Unie gesteund met een bedrag van 9 miljoen EUR. De EU-financiering heeft investeringen aangetrokken voor een bedrag van 19 miljoen EUR uit de openbare sector en voor een bedrag van 3 miljoen EUR uit de particuliere sector, zodat de totale middelen voor het programma 31 miljoen EUR bedragen. De prioriteiten zijn o.a. opleiding, verbetering van de natuurlijke omgeving, en een aantal maatregelen ter bevordering van de integratie van benadeelde groepen, met name op de arbeidsmarkt.

Bij de aankondiging van dit besluit verklaarde Michel BARNIER, Europees Commissaris voor regionaal beleid: "De URBAN-programma's worden gekenmerkt door hun creatieve en innovatieve aanpak op het gebied van stadsherstel. Deze programma's zijn ook sterk gericht op "de gewone mens"; de plaatselijke bevolking wordt in hoge mate betrokken bij alle stadia van de besluitvorming. Dit programma vormt daarop geen uitzondering: er is een sterk plaatselijk partnerschap. Ik kan ten volle instemmen met de programmaprioriteiten van sociale integratie, opleiding, en vernieuwing van de economische infrastructuur en het natuurlijk milieu. Ik ben ervan overtuigd dat dit programma een wezenlijke bijdrage zal leveren tot het stadsherstel in Amsterdam."

Het programma omvat acht wijken(2)
in vier stadsdelen(3) ten westen van het stadscentrum van Amsterdam, met in totaal 62.245 inwoners. Het gebied heeft te kampen met een aantal problemen: langdurige werkloosheid, armoede, toenemend gevoel van onveiligheid, gemiddeld laag opleidingsniveau van de bevolking, homogeen aanbod van woningen van minderwaardige kwaliteit, en slechts geringe beschikbaarheid van openbare ruimtes, die trouwens allemaal nodig moeten worden opgeknapt. Anderzijds: het gebied is per auto en met het openbaar vervoer gemakkelijk te bereiken, het is dicht bij het centrum gelegen, het heeft een jonge en multi-etnische bevolking, en het heeft een ruim aanbod aan betaalbare woonruimte.

Het programma heeft voor de aanpak van deze problemen de volgende prioriteiten vastgesteld:
Verbetering van de natuurlijke economische omgeving

De belangrijkste maatregelen zijn: ter beschikking stellen van hoogwaardige bedrijfsruimte, soms in beschermde gebouwen, en aanpassen van openbare ruimtes om het aantal verkeersongelukken terug te dringen, om aan de wensen van de plaatselijke bewoners tegemoet te komen en om de plaatselijke winkelcentra uit te bouwen (beschikbare middelen: 11 miljoen EUR).
Stimulering van de economische activiteit

De belangrijkste maatregelen zijn: bevordering van het gebruik van de informatie- en communicatietechnologie bij middelgrote en kleine bedrijven, en opleiding voor werklozen (beschikbare middelen: 8 miljoen EUR).
Ontwikkeling van het sociaal-economisch potentieel

De belangrijkste maatregelen zijn: verhoging van de veiligheid in het gebied en stimulering van deelneming aan sociale en culturele activiteiten (beschikbare middelen: 10 miljoen EUR).

Verder is een bedrag van 2 miljoen EUR beschikbaar voor technische bijstand.

Dit programma wordt net als alle URBAN programma's gefinancierd uit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO), onder de verantwoordelijkheid van Michel Barnier.

URBAN

Het communautair initiatief URBAN is gericht op de economische en sociale revitalisering van steden en buurten die in een crisissituatie verkeren, met de bedoeling een duurzame stadsontwikkeling te bevorderen. De tweede ronde van URBAN ("URBAN II") bestrijkt de periode 2001-2006; in het kader daarvan wordt steun verleend aan 70 stedelijke achterstandsgebieden in de hele EU. In totaal stelt alleen al de EU een bedrag van 728,3 miljoen EUR(4)
ter beschikking, en er zullen ten minste evenveel middelen kunnen worden aangetrokken uit de overheidssector en de particuliere sector.

Een bijzonder kenmerk van URBAN II is de ontwikkeling van innovatieve modellen voor stadsrevitalisering. Een ander kenmerk is de sterke nadruk op partnerschap en op de inschakeling van plaatselijke actoren. Verder zal er in de hele Europese Unie een uitwisseling van informatie en ervaringen met betrekking tot duurzame stadsontwikkeling plaatsvinden.

URBAN II wordt gefinancierd uit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO). Er zijn middelen beschikbaar voor initiatieven als renovatie van gebouwen en openbare ruimtes, plaatselijke werkgelegenheidsinitiatieven, verbetering van onderwijs- en opleidingssystemen voor benadeelde groepen, ontwikkeling van milieuvriendelijke systemen voor het openbaar vervoer, invoering van systemen voor een efficiënter energiebeheer, gebruik van hernieuwbare energie, en ontwikkeling van het potentieel dat door de technologie van de informatiemaatschappij wordt gecreëerd.

De Commissie keurt programma's goed die worden voorgesteld door een partnerschap waarvan plaatselijke en gemeentelijke groepen deel uitmaken. Deze programma's lopen over de hele periode 2001-2006 en de plaatselijke actoren worden bij alle stadia van dit proces betrokken.

Beheersautoriteit

De beheersautoriteit van het programma is de gemeenteraad van Amsterdam. Het dagelijks beheer berust bij:

Bureau Grotestedenbeleid Amsterdam

t.a.v. Mw. mr. M. Bos

p/a Stedelijke Woningdienst Amsterdam

Postbus 1900

1000 BX Amsterdam

Telefoon: 020 - 552 7245

Fax: 020 - 552 7022

E-mail: M.Bos@SWD.amsterdam.nl

Voor verdere informatie:

Europese Commissie : HYPERLINK http://www.inforegio.cec.eu.int/urban/ http://www.inforegio.cec.eu.int/urban/

De Stad Amsterdam: HYPERLINK http://www.go-se.gov.uk/infor/region.html http://www.amsterdam.nlMemo/01/301 van 27 September 2001-09-27

(1)
Zie verder voor een beschrijving van URBAN II.

(2)
Centrale Markt, Houthavens, Spaarndammerbuurt/ Zeeheldenbuurt, Kinkerbuurt, Van Lennepbuurt, Landlust, De Krommert, Van Galenbuurt

(3)
Westerpark, Oud-West, Bos en Lommer, De Baarsjes

(4)
Prijzen 2001.