Ministerie van Algemene Zaken


1red10067
12-10-2001, NOS, Met het oog op morgen, Radio 1, 23.07 uur

MINISTER-PRESIDENT KOK, NA AFLOOP VAN DE WEKELIJKSE

MINISTERRAAD, OVER DE AANVALLEN OP AFGHANISTAN

CARASSO:
Het is de week van de tegenaanvallen. Vlak na 11 september zei u: het antwoord van Amerika en de coalitie moet proportioneel zijn. Vindt u de bombardementen van afgelopen week proportioneel?

KOK:
Ze zijn in elk geval heel erg gericht op het doel wat geformuleerd is, namelijk het onschadelijk maken van diegenen die verantwoordelijk waren en zijn voor de aanslagen.

CARASSO:
Maar is het proportioneel?

KOK:
De vraag is, hoe wij dat in Nederland gaan meten. Dat er onschuldige burgerslachtoffers vallen is even waar als onvermijdelijk. Ik denk dat de kernvraag nog steeds is: waren de Verenigde Staten gerechtigd om deze zelfverdediging op deze wijze toe te passen? De Verenigde Naties hebben ja gezegd. Men is nog steeds gericht op het uitschakelen van een groot aantal militaire doelen en een groot aantal van de netwerken die met elkaar de kracht en het functioneren van Bin Laden en anderen hebben mogelijk gemaakt. Het is voor ons allemaal van het grootste belang dat dat gebeurt. Wat op 11 september de Ameriken gebeurde, zou vandaag, morgen of overmorgen ook ons kunnen overkomen. We moeten er samen achter blijven staan.

CARASSO:
Hoe kan je het precies beoordelen? We zijn voor de informatie afhankelijk van twee Talibanmannen, die we elke dag ergens in een achtertuin in Pakistan op televisie zien en berichten naar buiten brengen over veel onschuldige slachtoffers. Aan de andere kant zijn we afhankelijk van het Pentagon met foto's die eigenlijk niet veel zeggen. Want wat gebeurt er wat niet wordt gefotografeerd? Is dat niet heel erg lastig? We weten niet wat er gebeurt.

KOK:
Ook al is het lastig, dat is geen reden om de integriteit en geloofwaardigheid van de Verenigde Staten in twijfel te trekken. Dat doen we dus ook niet.

CARASSO:
In het verleden bleek achteraf bijvoorbeeld de informatie bij de Golfoorlog niet helemaal juist te zijn. Voelt u zich daar niet ongemakkelijk bij dat u moet vertrouwen op de Verenigde Staten en dat je eigenlijk niet weet waar het heen gaat?

KOK:
Nee. Ik voel me niet ongemakkelijk dat ik op de Verenigde Staten moet vertrouwen. We zouden allemaal graag in omstandigheden verkeren dat we meer konden zien en weten, maar die zijn er nu eenmaal niet. Ik heb geen enkele aanleiding om ook maar enigszins



te veronderstellen dat men in de VS anders zou handelen dan men steeds heeft gezegd. Natuurlijk handelt men mede zo, omdat men moet willen blijven rekenen op een breed draagvlak. Een brede alliantie. Dat betreft onze soort landen, als ik het zo mag zeggen, in West-Europa, maar ook die hele brede alliantie van andere landen die hebben gezegd, we steunen de Amerikanen hierin. Dat zal men graag zo willen houden. Zelfs als de verleiding hier en daar aanwezig zou zijn om morsiger met dat gericht optreden om te gaan, dan zal dat nog, naar mijn stellige overtuiging, niet gebeuren, omdat men zich bewust is van het belang dat er een duurzame brede steun is vanuit de internationale alliantie voor datgene wat de VS doet. Die steun wordt mede bepaald doordat men ervaart en wat men ziet over de verhouding tussen de doelen die men heeft gekozen en de middelen die daarbij worden gehanteerd. Dat die middelen onvermijdelijk slachtoffers eisen is helaas waar, maar inderdaad ook onvermijdelijk.

CARASSO:
Toch komen er onheilspellende berichten over dat de aanvallen misschien wel tot de zomer gaan duren - wat blijft er dan over van Afghanistan, vraag je je af - dat de aanvallen misschien worden uitgebreid naar andere landen. Kunt u zich voorstellen dat er een moment komt waarop Nederland de steun heroverweegt of dat Nederland vraagt om een bombardementspauze in Afghanistan?

KOK:
In de eerste plaats is ons van een geografische verbreding niks bekend. We hebben er dinsdag in de Kamer het nodige over gezegd. Als de Amerikanen daartoe zouden besluiten dan zal er altijd een relatie moeten liggen, en dat ook laten zien, met wat resolutie 1368 lid 3 daarover zegt.

CARASSO:
Dat kan een moment zijn waarop Nederland steun heroverweegt?

KOK:
Nee, ik heb het helemaal niet over heroverwegen van steun van Nederland. Ik heb het over de overweging die voor de Verenigde Staten kunnen gelden om tot een zekere verbreding te komen. Er is geen enkele aanwijzing voor dat men dat wil doen. Zolang men die aanwijzing niet heeft gegeven dat men dat wil doen, hoeven we er niet over te praten.

CARASSO:
Wat mij nu zo verbaast, is dat er in Nederland eigenlijk geen discussie of verzet is tegen deze aanvallen. Ik was afgelopen zondag op het museumplein bij een demonstratie tegen deze aanvallen. Er waren honderd mensen. Weinig discussie in kranten onder intellectuelen. Het lijkt er op dat iedereen het zo normaal vindt. Ik vraag me af, wat voor samenleving is het aan het worden?

KOK:
Ik geloof er helemaal niets van dat het waar is wat u zegt, dat iedereen het zo maar normaal vindt. Ik denk dat iedereen met zijn tenen bij elkaar zit, gekrampt, als het gaat om de vraag wat komt hier nog meer. Daar speelt een zekere vrees over nieuwe terroristische aanslagen waar en hoe dan ook mee. Daar speelt ook een grote mate van onzekerheid over het militaire vervolg mee.



CAROSSO:
Toch leidt dat niet tot hevige discussies of grote protesten.

KOK:
Nee. Gelukkig maar, zou ik zo zeggen, want dat zou een beetje merkwaardig zijn, dat we na vier weken geleden zo ontsteld te zijn geweest over deze beestachtige aanval op de Twin Towers nu zouden zeggen, ho, ho, laat die mensen die het gedaan hebben toch vooral met rust.

CAROSSO
Eigenlijk is het toch een beetje normaal?

KOK:
Nee. Het is helemaal niet normaal. Ieder moment van de dag is niet normaal. Is abnormaal, omdat we dit soort dingen niet gewend zijn. Eigenlijk ook niet willen. Wie wil dit? Het is ons overkomen. Het is de Amerikanen overkomen. Dit antwoord is noodzakelijk. De proportionaliteit, gerichtheid en effectiviteit blijft in hoofdletters geschreven. Dat willen we allemaal. We weten dat er dingen gebeuren die soms een slag verder reiken in de vorm van slachtoffers die worden veroorzaakt. We zijn als burgers onzeker over een vervolg. Als politicus en minister-president ben ik niet onzeker over de vraag waar we als Nederland in dit geheel moeten staan. Dat is naast en achter de VS. Ik denk dat heel veel mensen absoluut geen enkele behoefte hebben aan demonstraties tegen dit, want daar is geen aanleiding voor, maar wel gespannen zijn. Mensen zijn heel erg gespannen. Ik weet zeker dat mensen die topverantwoordelijkheid dragen, ook in Washington, heel goed weten hoe ze met die spanning, die ook elders bestaat, moeten omgaan, namelijk beheerst en verantwoord. Want alleen zo houd je een draagvlak in stand.

CARASSO:
Vindt u het zelf ook lastig om met die spanning om te gaan?

KOK:
Niet voor mijn eigen politiek handelen, voor mijn keuzebepaling. Maar ik ben ook maar een mens. Ik ben vlak voor de oorlog geboren en heb als jong kind een wereldoorlog meegemaakt. Natuurlijk niet op een wijze, met een intensiteit zoals militairen die meemaken als ze er middenin staan. Ik weet heel goed dat ik zoiets nooit meer had willen zien. Dit is geen wereldoorlog, maar het is wel een ernstig militair conflict. Je hebt altijd maar één vurige hoop, laat dit gauw afgelopen zijn. Maar dan wel op een manier waarbij recht wordt gedaan aan wat we elkaar beloofd hebben op 11 september, namelijk dit mag niet zonder het meest krachtige antwoord blijven. Dat antwoord wordt nu gegeven. Dat kan best nog veel langer duren voordat dat antwoord echt effectief tot een einde is gekomen. Het kan niet zo zijn dat het met het wegtikken van de dagen, medio of eind volgende week, dan weer eens een weekje verder, dat we zeggen, ja het was wel erg, maar zo erg was het ook weer niet. We moeten vastberaden durven en willen zijn. Het komt nu op karakter aan.
(letterlijke tekst, ongecorrigeerd, JBr)