TNO-rapport bevestigt veiligheid LPG-stations
Plannen Pronk op niets gebaseerd
(16 oktober 2001)
De Vereniging Vloeibaar Gas (VVG) is woedend op Jan Pronk. De minister
van VROM bestempelt LPG als onveilig en wil laten onderzoeken of het
mogelijk is om het gebruik van LPG als motorbrandstof over 10 à 15
jaar uit te faseren. De VVG is van mening dat dit voornemen grenst aan
onbehoorlijk bestuur. Juist Pronks eigen ministerie heeft op 8 oktober
een TNO-rapport gepubliceerd waaruit blijkt dat bij nagenoeg geen
enkel LPG-station sprake is van noemenswaardig risico. De VVG eist dat
Pronk zijn aantijgingen, die zonder ook maar enig overleg gedaan
worden, terugneemt.
De branche vindt dat eerst eens serieus naar de praktijk gekeken had
moeten worden, want haar rapportage wijst uit dat er geen
noemenswaardige incidenten met LPG gebeuren. De LPG-branche voelt zich
door de mededeling van Pronk volstrekt overvallen. Noch in het NMP4,
dat medio juni verscheen, noch in de begroting die op Prinsjesdag werd
gepresenteerd, werd er met een woord over gerept. Bovendien heeft
minister Pronk geen enkel advies bij de LPG-industrie ingewonnen. En
dat, terwijl de LPG-industrie en de overheid al vele jaren nauw
samenwerken bij het opstellen van regels voor opslag en vervoer van
deze brandstof. Het veiligheidsniveau van de volledige LPG
verzorgingsketen (tankautos, vervoer, bevoorrading, opslag) is in
Nederland uitzonderlijk hoog en is maatgevend in de wereld. Intussen
wordt de minister tegengesproken door zijn eigen ministerie. Op 8
oktober publiceerde het Ministerie van VROM een rapport van TNO,
Kwantitatieve risicoanalyse generiek voor LPG-tankstations. Het
rapport concludeert dat bij meer dan 97 procent van de LPG-stations
geen sprake is van enig noemenswaardig risico. Voor slechts zon 2
procent moet een aantal aanpassingen worden gedaan om ze volledig aan
het vereiste hogere veiligheidsniveau te laten voldoen. Tijdens het
onderzoek dat TNO voor VROM heeft uitgevoerd, zijn de laatste
inzichten op het gebied van risicobepaling gehanteerd.
Fiscale stimulering
De regering heeft dit jaar opnieuw in de miljoenennota aangegeven dat
gebruik van autogas fiscaal blijft gestimuleerd vanwege het positieve
effect voor het milieu. Concreet wordt in de loop van 2002 de accijns
op autogas met drie cent per liter teruggebracht. De accijns voor
benzine en diesel zullen daarentegen per 1 januari aanstaande worden
verhoogd. De aangekondigde accijnsverlaging geldt voor die
brandstoffen die nu al voldoen aan de eisen die gaan gelden per 2005.
Autogas voldoet reeds aan die normering!
Dit sluit aan bij de reeds bestaande fiscale stimulering: de
G3-regeling (sinds mei 2000). Deze geldt voor autos waarin een moderne
autogasinstallatie is gemonteerd. Bezitters van deze voertuigen
krijgen jaarlijks Fl. 700,00 korting op de Houderschapsbelasting.
Nederland staat met dit beleid bepaald niet alleen. De Europese Commissie ontwikkelt vanuit Brussel beleid om te komen tot harmonisatie van de regelgeving in de hele Europese Gemeenschap op het gebied van autogas. Doelstelling hierbij is het laten ontstaan van een Europese markt voor autogas. De Nederlandse autogasindustrie speelt al jaren een leidende rol in deze ontwikkelingen. Mede dankzij dit beleid vanuit Brussel zien de autofabrikanten in Europa autogas als een zeer volwassen brandstof. Steeds meer automerken brengen modellen uit die standaard, af-fabriek, zijn uitgerust met een gasinstallatie.
Altijd beschikbaar
Het voornemen van minister Pronk is in strijd met het Europese beleid
om verschillende vormen van autobrandstoffen beschikbaar te hebben.
Deze diversificatie van motorbrandstoffen geeft in een periode van
krapte het voordeel dat verschillende bronnen beschikbaar zijn voor
het wagenpark. Autogas wordt veel gewonnen uit de aardgasvelden in
West-Europa zelf. Daarmee zal deze brandstof onafhankelijk van
politieke ontwikkelingen altijd beschikbaar zijn voor de Europese
markt. Daarnaast wordt door de Europese Commissie autogas gezien als
een belangrijke overgangsbrandstof. Zeer theoretisch zijn over
vijftien jaar milieuvriendelijke automotoren commercieel beschikbaar
(waterstof / brandstofcel). Vervanging van het totale wagenpark door
autos met deze aandrijftechniek duurt echter op zijn minst nog eens
vijftien jaar. Gedurende al deze tijd is autogas beschikbaar als
schone, veilige, betrouwbare en daarom goedkope brandstof.
Affakkelen?
De VVG wijst er tenslotte op dat de grondstoffen voor autogas (propaan
en butaan) onafhankelijk van het feit of er wel of geen gebruik van
wordt gemaakt altijd zullen worden geproduceerd. Zowel bij het winnen
van aardgas als het raffinage proces van ruwe olie komen propaan en
butaan automatisch vrij. Daardoor zal er altijd LPG beschikbaar zijn.
Als dat niet kan worden gebruikt als motorbrandstof moet het worden
afgefakkeld. Dit is echter volstrekt in tegenspraak met het beleid van
de Europese Commissie. Op basis van grote investeringen is de
LPG-sector er in geslaagd een pioniersfunctie te vervullen en is veel
werkgelegenheid gecreëerd. De LPG-industrie is er trots op een
bijdrage te kunnen leveren aan een schone toekomst voor de huidige en
toekomstige generaties.