Stelling van Amsterdam: geheimzinnig, maar straks beter zichtbaar
Om de Stelling van Amsterdam te kunnen behouden zal deze beter
zichtbaar en bruikbaar gemaakt moeten worden, zonder zijn sfeer van
geheimzinnigheid te verliezen. Het bewaren en versterken van het
stille landschap rond de Stelling van Amsterdam, is het belangrijkste
doel waarop het provinciale ruimtelijk beleid zich zou moeten richten.
Het zichtbaar maken van het ingenieuze watersysteem is daarin van
groot belang. Dit blijkt uit het eindrapport `Een langzame buitenring
(in de snelle metropool), strategie voor de Stelling van Amsterdam'.
Gedeputeerde Staten (GS) beschouwen het rapport als bouwsteen voor het
streekplan Noord-Holland Zuid.
Bureau H+N+S Landschapsarchitecten hebben in opdracht van GS een
onderzoek uitgevoerd naar de ruimtelijke ontwikkeling op en rond de
Stelling van Amsterdam. Dit mede naar aanleiding van de plaatsing van
de Stelling van Amsterdam op de werelderderfgoedlijst van de Unesco.
Het rapport geeft een streefbeeld voor de toekomstige ontwikkeling van
de 135 kilometer lange Stelling. Daarbij is zoveel mogelijk
aansluiting gezocht bij (toekomstige) ruimtelijke ontwikkelingen rond
waterbeheer, natuur en landschap, toerisme en recreatie en
verstedelijking in de regio. De koppeling van de functies water,
natuur en recreatie aan de Stelling versterkt de herkenbaarheid van
het monument en draagt bij aan de behoefte aan groene recreatie in de
nabijheid van de stad. Het rapport stelt voor om deze zogenaamde
Stellingzone planologisch te begrenzen met een contour. Dat betekent
dat stedelijke functies een plaats kunnen krijgen in de Stellingzone,
ervan uitgaande dat ze in de historische compositie van het monument
passen.
Om het gebruik, de toegankelijkheid en de herkenbaarheid van de
Stellingzone te vergroten stelt het rapport een aantal inrichtings- en
beheersmaatregelen voor, zoals aanleg van recreatieve routes, een
doorgaande verbinding voor water en (moeras)natuur, restauratie en
hergebruik van kenmerkende (water-)bouwkundige onderdelen. Bij
hergebruik en inrichting in rustige gebieden moet rekening worden
gehouden met de natuur- en landschapsbeleving. Bij hergebruik en
inrichting in drukke gebieden is juist plaats voor een meer dynamisch
gebruik.
Verdere procedure
Het onderzoek wordt afgesloten met een debat op 19 november 2001. Op
basis van het eindrapport wordt een Plan van Aanpak voor een
uitvoeringsprogramma voor de Stelling van Amsterdam opgesteld. Het
rapport is een bouwsteen voor het op te stellen streekplan
Noord-Holland Zuid.
Inlichtingen voor de pers: Marcel van Kanten, bureau Communicatie,
tel. (023) 514 42 11
Inlichtingen voor anderen: Margreet Kokshoorn, tel. (06) 51 27 66 89