Actueel

Uitspraak in cocaïnezaak Bouterse

Bron: Hoge Raad der Nederlanden 's-Gravenhage
Datum actualiteit: 22-10-2001

PERSBERICHT VAN DE GRIFFIER VAN DE HOGE RAAD, BUITEN VERANTWOORDELIJKHEID VAN HET COLLEGE

22 oktober 2001

Uitspraak Hoge Raad (Strafkamer) op dinsdag 23 oktober 2001 in zaak 02648/00 (Bouterse)

Het Gerechtshof te 's-Gravenhage heeft op 30 juni 2000 Desi Bouterse wegens zijn betrokkenheid bij de invoer in Nederland van cocaïne een gevangenisstraf opgelegd van elf jaar en zijn gevangenneming bevolen.

Mr. A.M. Moskowicz, advocaat te Amsterdam, heeft daartegen cassatieberoep in gesteld met als voornaamste klacht dat het Hof hem ten onrechte had beperkt in zijn verdediging. Het Hof had bij de behandeling van de zaak in hoger beroep namelijk bepaald dat mr. Moszkowicz alleen maar mocht pleiten, maar bijvoorbeeld geen verzoeken tot onder meer het oproepen ven getuigen mocht doen. De reden daarvoor was dat mr. Moszkowicz had geweigerd te verklaren of hij door Bouterse uitdrukkelijk was gemachtigd namens hem op te treden.

Na afloop van de zitting is vanaf ca. 12.30 uur op vertoon van de perskaart een exemplaar van de uitspraak van de Hoge Raad beschikbaar bij de receptie. Hij kan niet worden gefaxt.

De uitspraak wordt op dinsdag 23 oktober ook gepubliceerd op deze website.