Gemeente Leeuwarden


* Business Development

Verklaring van wethouders en fractievoorzitters van Leeuwarden

Op vrijdag 19 oktober hebben burgemeester en wethouders van Leeuwarden een gezamenlijke verklaring afgelegd waarin is gemeld dat de burgemeester met onmiddellijke ingang haar taken neerlegt. In deze verklaring is in hoofdlijnen de onderling overeengekomen regeling gepubliceerd. Een onderdeel van de verklaring is dat `partijen hebben afgesproken over en weer geen verdere mededelingen te doen'. Nadien is in mediapublicaties dit onderdeel gekarakteriseerd als `een zwijgplicht'. Op basis hiervan is op regionaal en landelijk niveau een discussie ontstaan over het functioneren van de democratie en met name de rol en de verantwoordelijkheden van de Raad hierbij. Wij hechten waarde aan de volgende toelichting:

1. Er is geen sprake van een zwijgplicht. De overeenkomst doet op geen enkele wijze afbreuk aan de democratische rechten en plichten van raadsleden en/of wethouders. In de overeenkomst is afgesproken dat partijen zich zullen onthouden van uitspraken die de andere partij schade kunnen toebrengen. De achtergrond van deze afspraak is de wederzijdse wens om in waardigheid uit elkaar te gaan zonder verdere schade voor de gemeente of de persoon-in-kwestie. Naar aanleiding van de gevoerde publieke discussie over de vermeende zwijgplicht zullen wij mevrouw Van Maaren verzoeken om toestemming te geven om de overeenkomst openbaar te maken.
2. Naar onze opvatting is er sprake van een zorgvuldige overeenkomst. In de verklaring van 19 oktober is geconstateerd dat er tussen de burgemeester en het gemeentebestuur `een onoverbrugbaar verschil van inzicht bestaat met als onderwerp het dagelijks bestuur van Leeuwarden, de gemeentelijke organisatie en de bestuurscultuur waardoor een verdere samenwerking als niet vruchtbaar wordt beschouwd.' Wij willen benadrukken dat er in de afgelopen periode sprake was van een proces dat geleid heeft tot deze conclusie.
3. Er is naar onze mening sprake geweest van een zorgvuldig overlegtraject. Er heeft de afgelopen weken drie keer overleg plaats gevonden tussen de wethouders en alle fractievoorzitters. In het eerste overleg is aan de fracties gevraagd of zij het oordeel deelden om de samenwerking met de burgemeester te beëindigen. Met uitzondering van de fractievoorzitter van de Christen Unie deelden zij deze mening. Het tweede overleg ging over de aard van de procedure. Er waren twee mogelijkheden: publiek raadsdebat en -besluit;


* In Verklaring van wethouders en fractievoorzitters
* onderling overleg met de burgemeester een regeling treffen die zou leiden tot een ontslagaanvraag van de burgemeester.

Alle wethouders en fractievoorzitters kozen unaniem voor de tweede mogelijkheid: het treffen van een regeling. Als belangrijkste overweging gold dat alle betrokkenen een beschadiging van gemeente en/of mevrouw Van Maaren wilden vermijden. In het derde overleg is de getroffen regeling en de openbare gezamenlijke verklaring als `onder-handelingsresultaat' voorgelegd. De fractievoorzitter van de SP heeft bezwaar tegen de financiële aspecten van de overeenkomst. De overige fractievoorzitters en wethouders waren akkoord. Wethouders en alle fractievoorzitters hebben gezamenlijk besloten om met de regeling naar de Raad te gaan.

1. Inmiddels heeft de fractievoorzitter van de SP op 23 oktober (hedenavond) een openbaar raadsdebat aangevraagd. De overige fractievoorzitters ondersteunen dit verzoek. Uiteraard zal het college op korte termijn de raad bijeen roepen voor dit debat.

Leeuwarden, 23 oktober 2001.

Wethouders en fractievoorzitters.