Hart voor Dukenburg.
Samenwerken aan de toekomst van Dukenburg
'Hart voor Dukenburg', onder die noemer gaan de gemeente Nijmegen en de zes woningcorporaties die actief zijn in Dukenburg aan de slag met een plan voor de toekomst van Dukenburg. Het plan moet zich uitstrekken over een periode van 15 jaar en gemaakt worden in samenspraak met bewoners, ondernemers, scholen en instellingen in de betrokken wijken. Burgemeester en Wethouders hebben daarvoor op dinsdag 13 november de uitgangspunten officieel vastgesteld. Ook de woningcorporaties zijn daar de afgelopen weken mee akkoord gegaan.
Dukenburg wordt door de gemeente en de corporaties gezien als een
stadsdeel met veel, deels te weinig gebruikte, mogelijkheden. In de
toekomstvisie worden alle aspecten van Dukenburg onder de loep
genomen: van economische ontwikkeling tot sport en recreatie en van
woon-zorgcentra tot meer samenhang tussen de wijken. Het gaat om wonen
en werken, om verkeer en groen, om toekomst voor de
winkelvoorzieningen, om veiligheid, en om speciale eisen die jongeren
en ouderen stellen.
Die brede aanpak betekent dat de burgemeester en alle wethouders zich
bij de ontwikkelingen betrokken voelen en daarin een eigen rol hebben.
Het betekent ook dat samenwerking met de woningcorporaties en met
organisaties, scholen en ondernemers onontbeerlijk is. Wethouder P.
Depla, verantwoordelijk voor de wijkaanpak, is coördinator van het
proces. De wijze van samenwerking met de woningcorporaties zal
vastgelegd worden in een intentieverklaring. Vertegenwoordigers van
organisaties in het stadsdeel zijn uitgenodigd voor een eerste
gedachtenwisseling op 13 november 's avonds. Alle bewoners van
Dukenburg en andere belangstellenden zijn welkom tijdens een
informatie- en ideeënmarkt op zaterdag 24 november van 9.30 - 16.00
uur in het Triavium. Daar worden tevens workshops georganiseerd waar
men kan meepraten over de toekomst van de wijk.
De toekomstvisie op Dukenburg wordt, na een periode van regelmatig
overleg met betrokkenen, in juni 2002 vastgesteld, zo is de planning.
De vorm van het overleg en wie daarbij betrokken is zullen bepaald
worden aan de hand van het resultaat van de bijeenkomsten op 13 en 24
november. De visie moet zich uitstrekken over een periode van vijftien
jaar. Voor de eerste vijf jaar wordt een concreet uitvoeringsprogramma
gemaakt. Na elke periode van vijf jaar wordt een tussenbalans
opgemaakt.