Gemeente Breda

14-11-2001

Correctief referendum vanaf 2002 mogelijk in gemeente Breda

Vanaf 1 januari 2002 kan er in de gemeente een correctief referendum worden gehouden.
Op die datum treedt namelijk de Tijdelijke referendumwet in werking. Als gevolg hiervan kunnen bepaalde wetten van de rijksoverheid en besluiten van provincies en gemeenten aan een zogenoemd correctief raadgevend referendum worden onderworpen. Correctief betekent dat een referendum kan worden gehouden nadat een wet is aangenomen of een besluit is genomen. Raadgevend houdt in dat referenda worden gehouden op initiatief van burgers en voor de betreffende overheid niet bindend zijn.

Raadsbesluiten
Voor de gemeente geldt dat de volgende besluiten aan een referendum kunnen worden onderworpen:

- raadsbesluiten tot vaststelling van algemeen verbindende voorschriften (verordeningen);

- raadsbesluiten inzake oprichting en deelneming in privaatrechtelijke rechtspersonen, wijzigen van de gemeentenaam, besluiten met betrekking tot gemeenschappelijke regelingen en besluiten tot vaststelling van grenscorrecties.
Sommige besluiten, zoals het vaststellen van bestemmingsplannen, zijn van het houden van een referendum uitgezonderd.

Daarnaast kan de gemeenteraad bij verordening beslissen sommige van de hierboven genoemde besluiten uit te zonderen van referenda. Dit is bijvoorbeeld mogelijk met besluiten over gemeentelijke belastingen en leges. In de commissie Middelen wordt de vraag aan de orde gesteld of deze onderwerpen inderdaad moeten worden uitgezonderd.

Voorwaarden
Voordat een referendum wordt gehouden moet aan een aantal voorwaarden worden voldaan.
Zo moeten er voldoende zogenoemde inleidende verzoeken tot het houden van een referendum worden ingediend. Voor Breda bedraagt dit aantal circa 415. Ook moeten er voldoende kiesgerechtigden zijn die dit inleidend verzoek ondersteunen: voor Breda moeten er zon 6230 ondersteuningsverklaringen zijn.

Een referendum is aangenomen wanneer een meerderheid van de kiezers het genomen raadsbesluit afwijst en deze meerderheid tenminste 30% omvat van het totaal aantal kiesgerechtigden.

De Tijdelijke referendumwet vervalt met ingang van 1 januari 2005.

Breda, 14 november 2001