Persbericht Trimbos-instituut

Nog veel psychische klachten na aardbeving Turkije 1999

Utrecht, 22 januari 2002. Een meerderheid van de Nederlands-Turkse getroffenen van de aardbevingsramp in Noord-West Turkije in 1999, bleek ruim een jaar na de aardbeving nog psychische klachten te hebben. Ongeveer veertig procent zegt vrij veel klachten te hebben, uiteenlopend van chronische vermoeidheid tot slecht slapen en depressieve verschijnselen. Een minderheid heeft nog zulke ernstige klachten dat zij daar in hun dagelijkse functioneren last van hebben. Overigens roepen hierbij maar weinigen de hulp in van de geestelijke gezondheidszorg. De meesten zoeken steun bij familie en vrienden.

Dit blijkt uit het onderzoek van het programma Organisatie & Beleid van het Trimbos-instituut naar de gevolgen van de aardbevingsramp in Noord-West Turkije in augstus 1999. Zeventienduizend mensen verloren hierbij het leven en er vielen vele tienduizenden gewonden, terwijl honderdduizenden dakloos zijn geworden. Tijdens de aardbeving was een groot aantal Turken uit Nederland op vakantie in het rampgebied en ook onder hen vielen tientallen slachtoffers. Vele honderden Nederlandse Turken hebben de verwoesting en ontreddering van nabij meegemaakt. In samenwerking met het Inspraak Orgaan Turken IOT is een jaar later gekeken naar de (geestelijke) gezondheid van de Nederlands-Turkse getroffenen en de wijze waarop deze mensen in de reguliere hulpverlening, met name de geestelijke gezondheidszorg, werden en worden opgevangen. De uitkomsten zijn gepubliceerd in het rapport Gecmis olsun. Moge het nooit meer gebeuren. Het onderzoek werd uitgevoerd in opdracht van het ministerie van volksgezondheid

De hulpverlening in Nederland direct na de ramp door gemeenten, door ziekenhuizen en vooral door huisartsen heeft goed gewerkt. Psychische klachten waren slechts voor een minderheid van de overlevenden aanleiding om GGZ-hulp in te roepen. De meesten hebben morele steun gezocht bij familie en vrienden. Een minderheid van de getroffenen zegt nog psychische hulp nodig te hebben. Maar ook onder de overlevenden die menen een evenwicht gevonden te hebben, is het aantal klachten hoog en bestaat er een reële kans dat zij daar nog last van zullen ondervinden.

Het onderzoek geeft diverse aanwijzingen voor een goede inzet van de geestelijke gezondheidszorg na een ramp. Allereerst moeten getroffenen adequaat voorgelicht worden over symptomen en verwerkingsstoornissen (Wat is normaal, waarover moet je je zorgen maken, hoe kun je problemen oplossen, wat voor professionele hulp is daarvoor nodig?). Vervolgens is het van groot belang te weten dat er een groep blijft bestaan met een onvoltooid verwerkingsproces en een grote kans op een Post Traumatische Stress Stoornis (PTSS).
Dit onderzoek onderstreept nogmaals het belang van interculturalisatie van instellingen op het terrein van de volksgezondheid en in het bijzonder de GGZ.

Gecmis olsum. Moge het nooit meer gebeuren. A. Kurt, R. Boomstra, J. Wennink, R. Kleber. Uitgave Trimbos-instituut in samenwerking met Inspraak Orgaan Turken, Utrecht. Trimbos-reeks 2001-5, kostprijs 14 Euro. Te bestellen via Trimbos-instituut 030-297 11 80.


---

____

Voor meer informatie en recensie-exemplaren bel Henk Maurits (030-297 11 38) of Harald Wychgel (030-297 11 16), voorlichters van het Trimbos-instituut.

Bezoekadres: Da Costakade 45, Utrecht.
Postadres: Postbus 725, 3500 AS Utrecht.
Telefoon (030) 297 11 00
Fax: (030) 297 11 11

---