Gemeente Den Haag
2002-01-30: Hogere cito-scores Haagse basisscholen
Leerlingen van basisscholen in Den Haag behaalden vorig jaar betere
resultaten met de cito-eindtoetsen dan het jaar ervoor. Het verschil
tussen het Haags gemiddelde en het landelijk gemiddelde was in 2000
4,4 en in 2001 was het verschil 3,9. Ook is het gemiddelde van de
Haagse leerlingen ten opzichte van de drie afgelopen jaren licht
gestegen.
Voornamelijk op de toets-onderdelen rekenen en informatieverwerking
zijn betere resultaten geboekt. Voor taal en wereldoriëntatie is dat
andersom. Zeker gezien het grote aantal kinderen in
achterstandsituaties, doet Den Haag het zeker niet slecht.
Wethouder onderwijs Pierre Heijnen is blij met de resultaten: "Hoewel
de cito-toets natuurlijk maar voor een deel iets zegt over de
prestaties van leerlingen, ben ik toch blij met deze vooruitgang. Ik
verwacht dat Haagse basisschoolleerlingen de komende jaren deze
prestatieverbetering zullen doorzetten."
De CITO-gegevens zeggen niets over de kwaliteit van een school.
Scholen met een lage score kunnen te maken hebben met een veel
zwaardere leerlingpopulatie waaraan de school veel heeft bijgebracht,
terwijl scholen met een hoge score wellicht hun leerlingen met een
goede uitgangspositie veel minder hebben bijgebracht.
Er zijn scholen waar alle kinderen van de hoogste groep (8) aan de
eindtoets meedoen, inclusief de neveninstromers: de allochtone
leerlingen die nog maar kort in Nederland wonen. Er zijn ook scholen
waarbij om verschillende redenen niet alle leerlingen meedoen. Dit
heeft invloed op de totaalscore van de school.
30 januari 2002
4766, onderwijs, Heijnen, CITO, CITO-toets, leerling,
basisschool, basisscholen, kwaliteit, prestatie, score
last update: 30 januari 2002 ;pag.: 10960; auteur: 10;cat.: 17 Uw