Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

MINISTERIE VWS http://minvws.nl

MinVWS speech minister: afscheid prof drs J van Londen

Speech van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, dr. E. Borst-Eilers bij het afscheid van prof. drs. J. van Londen als voorzitter van de Raad voor de Volksgezondheid & Zorg. Den Haag, 30 januari 2002.

Voorzitter, geachte genodigden,

'A gentleman is a man whose principal ideas are not connected with his personal needs and his personal success'. Dat schreef W.B. Yeats in zijn autobiografie. Deze typering past naadloos bij Joop van Londen. Want Joop, jij bent een gentleman in alles wat je doet. Hoffelijkheid draag je hoog in het vaandel en je bent, inderdaad, ook een man van principes. Die eigenschappen combineer je echter met een hoge mate van eruditie. Juist die combinatie maakt je tot een markant man in de ontwikkeling van de Nederlandse gezondheidszorg.

Wanneer de geschiedenis van het beleid in de Nederlandse gezondheidszorg geschreven gaat worden, zul jij daar ongetwijfeld in figureren. Ik vermoed dat de auteur je zal plaatsen in de lijn van de Amsterdamse Querido. Wat jullie bindt is niet alleen je achtergrond, die van psychiater, maar ook een onvermoeibaar streven om de professionele inzichten te verbinden met de vormgeving van de Nederlandse gezondheidszorg. Beiden drukten jullie aanvankelijk je stempel op een GGD, hij die van Amsterdam en jij die van Den Haag, waarbij jij eerder dan Querido de overstap maakte naar het landelijk beleid om daar je stempel op te drukken. Je deed dat kort als Hoofdinspecteur, lang als DG, en daarna een hele tijd als voorzitter van de NRV en later de RVZ. Laat ik proberen te benoemen hoe die geschiedschrijver jouw bijdrage zal karakteriseren.

Allereerst - en dat verbindt je met Querido - is voor jou de vraag naar de verhouding tussen gezondheidzorg en volksgezondheid altijd een leidend principe geweest in je denken. Je hebt altijd gepleit voor een verbinding tussen beide thema's.

Je kunt een pleidooi voor die verbinding terugvinden in je eerste publicaties, maar ook in het laatste advies van de RVZ. Verzekeraars zonder zicht op de maatschappelijke inbedding van de gezondheidszorg, curatie zonder aandacht voor de vraag wat tot de ziekte heeft geleid, zorgverlening met aandacht voor het lichaam zonder aandacht voor gedrag: je wilde er niet aan. Inhoudelijk heb je de verbinding altijd willen maken, en je hebt daarom ook altijd de vraag gesteld hoe beide thema's in beleid en organisatie verbonden konden worden. Je vond in deze visie sterke medestanders als de fameuze Canadese Minister van volksgezondheid, Lalonde: daarmee had je beslist meer mee gemeen dan een naam.

Een tweede rode draad in je ontwikkeling is de internationale oriëntatie. Waar het na de invoering van de euro voor iedereen onontkoombaar is geworden om de vraag naar de internationale dimensie te stellen, stelde jij die vraag al twintig jaar eerder. Het leidde tot het voorzitterschap van de WHO Assemblee en het leidde tot een consistente lijn van advisering van de RVZ.

Je hebt daarmee een belangrijke bijdrage geleverd aan het veel nadrukkelijker thematiseren van de internationale dimensie van ons beleid.

Consistent in je opvattingen is ook het redeneren vanuit patiënten en cliënten. Waar het tegenwoordig een bijna niet meer uit te spreken beleidscliché dreigt te worden om te spreken van vraagsturing en het centraal stellen van de patiënt, verkende jij de consequenties van een dergelijke opvatting al toen het nog lang niet politiek correct was om dat te doen. Je zorgde er daarbij overigens altijd voor om dat niet te doen op een manier dat je de verbinding met de professionals dreigde te verliezen. Je hebt die verbinding altijd opgezocht en inhoud weten te geven. En wanneer we het hebben over onderwerpen die nu in de belangstelling staan: al lang voordat het algemeen onderkend werd, benadrukte jij bijvoorbeeld ook het belang van ICT in de zorg.

Joop, je voorzitterschap van de RVZ typeerde zich door maatschappelijke vooruitstrevendheid, hoffelijkheid en een gepaste vasthoudendheid. Die eigenschappen zie ik ook duidelijk terug in veel RVZ-adviezen die onder jouw voorzitterschap tot stand kwamen. Onder meer doordat je gevestigde machtsverhoudingen en sturingsopvattingen in de zorg ter discussie durfde te stellen ongeacht het thema. Voorbeelden van zulke adviezen zijn er te over. Ik noem het advies Sociale zekerheid en zorg uit 1996 en Gezond zonder zorg uit 1999. En dan zijn er nog verschillende adviezen over onderwerpen als informatie- en communicatietechnologie, over nieuwe vormen van arbeidsverdeling en beroepsuitoefening in de zorg, over internationaal volksgezondheidsbeleid en de inrichting van het eigen zorgstelsel. Ik denk ook aan adviezen over 'heikele'kwesties als privacy, doelmatigheid, biotechnologie en interculturalisatie.

Het was vaak dankzij die adviezen dat onderwerpen 'op de agenda' kwamen. De spreekwoordelijke knuppel in het hoenderhok, maar dan wel elegant geworpen. Je verdiensten voor de RVZ liggen voor een belangrijk deel in het inhoudelijk stempel dat je op themakeuze en thema-uitwerking drukte. Je verdiensten liggen echter evenzeer in de manier waarop je het proces gemanaged hebt. Neem het ontstaan van de RVZ. De meesten onder u kunnen het zich ongetwijfeld nog herinneren: politiek Nederland was begin jaren negentig in de ban van staatkundige, bestuurlijke en staatsrechtelijke vernieuwing. Onderdeel daarvan was de operatie 'Raad op maat'. Het totale adviesstelsel in ons land ging op de schop, ook op het gebied van de volksgezondheid. Het belangrijkste doel was het verbeteren van effectiviteit en efficiëntie van externe adviescolleges.

Het was een spannende en hectische periode, tijdens het staatssecretariaat van Hans Simons. Er bleven op ons beleidsterrein nog maar drie adviescolleges over: de Gezondheidsraad, de RMO en de RVZ. Kwaliteit boven kwantiteit, was het devies, en ruimte voor het primaat van de politiek.

Dat stelde ons voor de lastige opgave om afscheid te nemen van de NRV en een RVZ op te richten.

Dat betekende ook de opdracht om afscheid te nemen van een breed overlegmodel waarin compromis en advies door elkaar liepen en dat in te ruilen voor een model waarin scherpe, onafhankelijke strategische advisering de opdracht was. Normaal gesproken zou je een dergelijke breuk ook willen markeren door nieuwe symbolen: een nieuw logo, een nieuwe locatie en vooral ook: nieuwe mensen. Er is toen doelbewust een andere keuze gemaakt. Jij bent gevraagd om het transformatieproces van de NRV naar de RVZ vorm te geven. Dat zegt veel over het vertrouwen dat ook politici in je hebben. Je hebt, zo kunnen we achteraf constateren, die klus ook zeer succesvol geklaard. Het proces is in de ogen van een buitenstaander bijna rimpelloos verlopen, maar juist dat heeft enorm stuurmansvermogen gevergd. Het resultaat is er ook naar. Er is een wezenlijk andere raad ontstaan, die binnen korte tijd veel gezag heeft opgebouwd, zowel in het veld als binnen het beleid, en de voorzitter is het symbool geworden van deze nieuwe vorm van advisering. Ik ben je daar zeer erkentelijk voor.

Het is immers voor een minister van cruciaal belang om over een adviesraad te beschikken die steeds de verbinding weet te maken tussen wat er in het primaire proces gebeurt en de organisatorische en beleidsmatige vertaling daarvan. De twee werelden die van het primair proces van de zorgverlening en die van het beleid en management lopen immers permanent het risico geisoleerd van elkaar verder te gaan. Organisaties als de RVZ kunnen de onmisbare brugfunctie vervullen en jij bent daar tot op grote hoogte het symbool van geworden.

Dames en heren, ik maak een sprong van het verleden naar de toekomst. Joop, ik heb begrepen dat je staatssecretaris Karin Adelmund van OCW gaat helpen het speciaal onderwijs een nieuwe impuls te geven. Een fijne klus die goed past bij je sociale bewogenheid. Toch hoop ik dat de zorg een graantje van jouw ervaring mag blijven meepikken! Misschien kan je de VWS-ambtenaren adviseren over een adequaat optreden in Europa. Of wil je hen deelgenoot maken van jouw persoonlijke ideeën over de route naar een werkelijk sterkere positie van de burger in de zorg... Voor de RVZ zie ik ook een zonnige toekomst weggelegd. Ik kijk uit naar de samenwerking met de nieuwe voorzitter Floris Sanders. Je past in de traditie van Joop van Londen omdat ook jij de brugfunctie tussen primair proces en beleidsontwikkeling al vele jaren vervult, zij het in andere functies. De recente eerste evaluatie van de Kaderwet adviescolleges geeft jou in je nieuwe rol als voorzitter, en mijn ministerie, meteen al huiswerk mee. Het blijkt dat het goed is om te investeren in de relaties tussen departement en adviesorganen. Departementen en dat geldt zeker voor VWS - zullen actiever én interactiever met adviesorganen willen omgaan. Ik heb er alle vertrouwen in dat ook VWS en RVZ er in zullen slagen tot een nog betere adviespraktijk te komen. We zullen weer in gesprek komen over de vorm, de inhoud en misschien ook het aantal adviezen van de RVZ. Het absorptievermogen van een ministerie en ook van een minister is immers beperkt en dat betekent dat een strategische themakeuze, goede timing en juiste dosering permanent afstemming vragen. Dit alles natuurlijk met behoud van de onafhankelijkheid van de Raad!

Joop: ter afsluiting wil ik jou en je competente staf bedanken voor de bijzondere inzet en professionele inzichten waar het volksgezondheidsbeleid de afgelopen jaren van mocht profiteren. Ik wens jou en de jouwen - om in de termen van deze tijd te blijven - een gelukkige 'afterparty'. Ik ken je inmiddels goed genoeg om te weten dat je ook na vandaag actief zult blijven. 'The party has only just begun' zou je kunnen zeggen. En dat wens ik je dan ook toe: dat de komende jaren voor jou professioneel gezien een feest zullen zijn.

-0-0-0-

31 jan 02 11:33