Ingezonden persbericht


Embargo tot moment van spreken
Gesproken woord geldt

Toespraak PvdA-lijsttrekker Ad Melkert bij Honderd jaar sociaal-democratische bestuurdersvereniging, Arnhem 16 februari 2002


1. Felicitaties
Allereerst mijn hartelijke felicitaties aan de jarige!
Ik moet zeggen, zelden heb ik een 100-jarige in zo'n blakende conditie gezien!

Het Centrum voor Lokaal Bestuur is nu al 100 jaar lang haar tijd vooruit.
Een eeuw geleden onderstreepten alle SDAP-raadsleden in de vermaarde Buitensocieteit in Zwolle dat als je vooruitgang wil boeken, als je de ambitie hebt om te veranderen en het lot van mensen daadwerkelijk te verbeteren, dat je dan moet samenwerken.
Dat je er verstandig aan doet om eens te kijken hoe een ander de zaken aanpakt.
Gewoon, over de heg bij de buren kijken.
En dat als de buren succes hebben met hun maatregelen om de kindersterfte terug te dringen, of arbeiderskinderen te laten delen in goed onderwijs, dat het dan geen kwaad kan om te kijken of je met dezelfde methode in je eigen stad of dorp niet minstens even grote successen kan boeken.
Die succesformule van het CLB wordt tegenwoordig duur verkocht.
Alleen heet het dan 'best practices' en 'benchmarking'.

2. Succesverhalen
Vandaag, op haar honderdste verjaardag, is het CLB springlevend.
Met vernieuwende ideeën die verbeeldingskracht paren aan dadendrang.

Zonder anderen te kort te willen doen zijn er enkele initiatieven die ik in het bijzonder wil noemen:
In Tilburg heeft onze onvermoeibare Jan Hamming 21 jongerenambassadeurs aangesteld. Omdat hij het beu was dat er vooral over jongeren werd gepraat, in plaats van met jongeren.
Dankzij de jongerenambassadeurs is er nu meer aandacht gekomen voor problemen die anders te veel verborgen blijven: discriminatie bij een avondje uit, meiden die lastig gevallen worden, te weinig mogelijkheden om een balletje te trappen. Zo doe je dat dus.
Hopelijk wordt dit idee ook door andere gemeenten overgenomen en kan ik de komende tijd ook bij hen op bezoek.
In Delft is onder leiding van PvdA-wethouder Jan Torenstra de verkoop van het Energiebedrijf aangegrepen om alle inwoners samen te laten beslissen over de besteding van de zo vrijkomende fondsen.
Dat heeft geleid tot een bonte stoet van creatieve voorstellen. Variërend van een plan ter bevordering van het gebruik van windenergie tot ideeën voor betere speelvoorzieningen voor kinderen.
Dit heeft geleid tot veertig uitvoerbare ideeën.
Door middel van een enquête hebben alle inwoners van 14 jaar en ouder zich uit kunnen spreken.
De winnaar: het buurtbudget.
Hetzelfde buurtbudget dat nu zo'n mooie plaats in ons verkiezingsprogramma inneemt.
En hier in Arnhem zijn er resultaten geboekt die klinken als een klok - en model staan voor wat met gedeelde energie van veel PvdA-vertegenwoordigers is bereikt: 30% meer kinderopvang, 20% minder WW en 30% minder mensen in de bijstand.

3. Lokaal bestuur - verkiezingen GR
Deze succesverhalen onderstrepen ook het belang van het lokaal bestuur.
Het is het verhaal dat ik steeds weer opnieuw hoor van kersvers aangetreden wethouders: ik heb nooit beseft dat je als wethouder zo'n directe invloed kunt hebben op het welzijn van de mensen.
De ervaringen in Tilburg, Delft en Arnhem laten ook zien hoe belangrijk het is dat bestuurders zich open opstellen, zelf het contact met de inwoners opzoeken, en niet lijdzaam afwachten in het stadhuis of fractiekamer.
Dat je problemen meestal effectiever oplost als je daar de direct betrokkenen tijdig en regelmatig bij betrekt.

Op 6 maart wordt er weer gekozen. Zoals dat hoort in een democratie.
Onze lijsten vormen een mooie mix van nieuw en oud.
Een nieuwe generatie dient zich aan.
Heel veel nieuwe mensen hebben dit jaar de sprong gewaagd en staan voor het eerst op een kieslijst van de PvdA. Met uw kandidatuur geeft u aan de handen uit de mouwen te willen steken en bij te willen dragen aan het functioneren van onze democratie.
Ik wil ook bij wijze van voorbeeld van deze gelegenheid gebruik maken om enkele gaande lokale helden te danken voor al hun inzet.
Sander van Santen, 86 jaar en al 40 jaar lid van de Raad in Neerrijnen. Maar nog zo fris als een hoen: voor zijn afscheid vraagt hij een home-trainer.
Janny van der Loos in Dordrecht en Nico van der Spek in Eindhoven gaan hun talenten elders inzetten. Zij hebben prachtig werk verzet.
En ik zou al degenen willen bedanken die niet komen en die hopelijk niet gaan, die nu al lid zijn van de gemeenteraad, en zich wederom verkiesbaar hebben gesteld.
Gerrit Piek in Assen, Martijn van Dam in Eindhoven en hier in Arnhem Jantien Vlam en Henri Lenferink.

Laten we altijd blijven uitdragen.
Het stemrecht is een democratisch recht.
Wij weten als geen ander hoe hard daarvoor is gestreden.
Dat inzicht verdwijnt wel eens op de achtergrond.
Het belangrijkste is daarom dat mensen gaan stemmen.
En als ik als niet-kandidaat voor een gemeenteraad een bescheiden advies zou mogen geven, dan zou ik zeggen: kruis dat vakje van de PvdA aan.

4. Twee verkiezingen
Waar gaat het om op 6 maart en op 15 mei?
De PvdA wil werken aan een sterke en sociale samenleving waarin we samen aanpakken.
De afgelopen jaren hebben we daarvoor een stevige financiële basis kunnen leggen.
En juist nu, in deze tijden van internationale onzekerheid, is dat extra belangrijk.
Wij zeggen daarom: hou vast aan onze economische en sociale succesformule van solide financiën, meer mensen aan het werk, en sociale rechtvaardigheid.
Dankzij ons economisch beleid hebben we een begin kunnen maken met extra investeringen in een meer dienstbare overheid. Wij zeggen: daar is nog heel veel werk aan de winkel.
Dat betekent: anders werken, méér keuzevrijheid en voor iedereen toegankelijke hoogwaardige voorzieningen in de zorg, het onderwijs en de veiligheid.

Dus:
Verder versterken van onze economie;
Op een moderne manier investeren in onze gezamenlijke voorzieningen.

Zo bouwen wij aan één sterke en sociale samenleving waarin we de zaken met elkáár oplossen in plaats van dat mensen naast elkaar leven en onverschilligheid de boventoon voert.

5. Economisch succes resultaat van keuzen
Nederland trok de afgelopen jaren de aandacht. We gingen van een Dutch disease naar een Dutch miracle.
Het viel op in het buitenland: Nederland deed het economisch opvallend beter dan bijna alle overige Europese lidstaten.

Toen we begonnen met regeren keken we op tegen een intimiderend hoge werkloosheid.
Met een ongeremde jeugdwerkloosheid.
Het leek niet aan te pakken, maar het is ons wel gelukt.
Het resulteerde in 1.2 miljoen banen in de afgelopen 8 jaar.

Toen we begonnen waren de overheidsfinanciën fors uit het lood geslagen.
Herstel was nodig.
Dat is er ook gekomen.
Er zijn zware offers gevraagd en gebracht.
De inspanningen hebben geloond.
Het financieringstekort is een begrotingsoverschot geworden.
Sinds 1994 is de staatsschuld met bijna een derde verminderd.
Dat betekent minder rentelasten en meer mogelijkheden om actief te investeren.

Toen we begonnen dreigde het flink mis te gaan met de sociale rechtvaardigheid.
Maar kijk nu eens: dit jaar koppelen we voor de zevende achtereenvolgende keer de uitkeringen en de AOW aan de gemiddelde loonontwikkeling.

Toen we begonnen was het echt een probleem om kinderen hebben als je echt werk wilde maken van je baan.
Op het gebied van de kinderopvang lag Nederland mijlenver achter op de ons omringende landen.
Maar kijk nu eens: alleen al in deze kabinetsperiode is het aantal kinderopvangplaatsen meer dan verdubbeld tot 186.000.
Dat is een pak van het hart voor honderdduizenden ouders.

Dat is het bewezen vermogen van de Partij van de Arbeid.
Dat is de basis voor vertrouwen.
Dat vertrouwen mogen we nooit beschamen.

6. Economie, werk en inkomen
Economie, werk en inkomen, dat is de basis van alles.
Anders is alles zo weer weg.
De conjunctuur zit nu tegen.
De internationale onzekerheid eist zijn tol.
Er vallen weer ontslagen: bij duizenden tegelijk bij KPN Telecom, Dupont en andere grote bedrijven.
Er wordt weer stevig gesolliciteerd op vacatures.
De inflatie is aan de hoge kant.
Daardoor neemt de druk op de lonen toe.
Loonmatiging is van het allergrootste belang.
Anders loopt het resultaat van de afgelopen jaren ons als zand door de vingers.

We hebben onze lessen geleerd. Maar geldt dat voor alle partijen?

GroenLinks zegt: hoppatee, een financieringstekort van 2 procent is aanvaardbaar. Hè toe, doe nou niet zo moeilijk.
Alsof we niets hebben geleerd.
Alsof er de afgelopen jaren nog niet genoeg offers zijn gebracht.
Om juist uit dat diepe financiële moeras te komen.

De VVD is de kampioen lastenverlichting, alleen dan van het weinig rendabele soort.
Tenzij je tot de bevoorrechte groep van die paar honderdduizend Nederlanders behoort die het toptarief betaalt voor de inkomstenbelasting.
Want uitgerekend zij hebben volgens de liberalen nog een financieel extraatje nodig.
Dat wordt dan verkocht als superbijdrage aan de armoedeval.
Terwijl toch ook de VVD geleerd moet hebben dat je daarvoor het beste de arbeidskorting kunt verhogen voor de lage en middeninkomens. Die is immers tien keer zo effectief.
De VVD schiet met een kanon op een mug.
En verbrast alle financiële ruimte die juist zo hard nodig is voor investeringen elders in de samenleving, in de zorg en de veiligheid.

Als het aan VVD en CDA ligt worden de stadswachten, klassenassistenten en verpleeghulpen wegbezuinigd.
De opbrengst gaat dan naar belastingverlaging.
Waar gaat het hier om?
Het gaat om tienduizenden Nederlanders die elke dag met grote inzet hun diensten aanbieden.
Die jarenlang aan de kant hebben gestaan.
En nu de kans hebben gekregen om nuttig werk te verrichten waar wij allemaal baat bij hebben.
Werk dat bijdraagt aan de kwaliteit van de leefomgeving.
Werk waardoor de tram weer een plezierig en veilig vervoermiddel aan het worden is.
Werk waardoor ouderen meer aandacht krijgen.
Werk om kinderen een kans geven.
Dáár gaat het om.
De strijd aanbinden met onverschilligheid.
Zorgen dat we de dingen samen doen; bijdragen aan gemeenschapszin.
Daar een streep doorheen halen: heeft men dan echt helemaal niets geleerd?

7. Koopkracht en zorgpremie
Ik heb begrepen dat er een paar misverstanden zijn gerezen in Nederland omtrent de koopkrachtontwikkeling van de afgelopen jaren.
Niet het misverstand dat er heel wat echt extreme luxe is.
Maar Balkenende sprak over de koopkracht die door onze beslissingen wordt bepaald.
Tegen hem zou ik willen zeggen: laat de feiten spreken.

Wat zeggen de feiten?

Sinds 1995 is de koopkracht van dubbelmodaal (alleenverdiener met kinderen) met 3.8 procent toegenomen. Dat is een mooie verbetering.

Alleenstaanden met het minimumloom gingen er ruim twee keer zo veel op vooruit.
Alleenstaande ouders met kinderen en met het minimumloon ruim drie keer zo veel.
Alleenstaande ouderen met alleen AOW: met 12.3 procent eveneens ruim drie keer zo veel als dubbelmodaal.
Het aantal huishoudens met een laag inkomen zal aan het eind van dit jaar met een-derde zijn afgenomen. Dat is één op de drie huishoudens.
Er zijn twee oorzaken van deze gunstige ontwikkeling.
De PvdA sterk in de regering.
De PvdA sterk in veel gemeentebesturen.
Want de PvdA sterk betekent Nederland sociaal.

Maar deze mooie cijfers zijn niet voor de eeuwigheid.
Die moeten keer op keer bevochten worden.
De eerste donkere wolken hebben zich al aangediend.
Ouderenorganisaties hebben er bij alle partijen op aangedrongen de inkomenssolidariteit bij ziektekosten ook in de toekomst te handhaven.
Juist nu er brede overeenstemming bestaat over een basisverzekering voor ziekenfonds en particulier verzekerden.
Ouderen zeggen: geen torenhoge premies die gelijk zijn voor iedereen - ongeacht of het brede of smalle schouders zijn die dit kunnen dragen.
Want ouderen met lage inkomens betalen daar vroeger of later de prijs voor.
Ze hebben gelijk.

In 1994 waarschuwden zij ook al.
Tegen de bevriezing van de AOW die het CDA toen voorstelde.
Dat was ook een eenzijdige aanslag op het inkomen van mensen die het meest op rechtvaardigheid zijn aangewezen.

Waarom spreek ik nu opnieuw het CDA aan?
Hun plannen voor de gezondheidszorg leiden tot inkomensonzekerheid voor ouderen, jaar in jaar uit.
Het CDA heeft zijn programma nog niet vastgesteld.
Men heeft dus nu nog de kans om de ouderen niet opnieuw in de steek te laten.
Een man een man, een woord een woord.
Ik doe een beroep op Balkenende.
Geef ouderen de financiële zekerheid waar ze recht op hebben.
Dat respect verdienen zij.
Zij hebben ons land na de oorlog weer opgebouwd.
Ouderen en hun familie - iedereen dus - zullen hem dankbaar zijn.
Een nieuw zorgstelsel gaat samen met moderne solidariteit, zo eenvoudig is het.

8. Zorg: zelf kiezen.
Mensen stellen steeds hogere kwaliteitseisen aan de zorg. En terecht.
Daar gaan we dus aan voldoen.
Dat is de uitdaging.

Meer keuzevrijheid.
Betere arbeidsvoorwaarden.
Minder wachtlijsten.

We staan aan het begin van een lange weg.
Er zijn heel wat plekken in ons land waar de positieve veranderingen al zijn ingezet.
Voorbeelden waar we veel van kunnen leren.
Van 'De Houtduif' in Alkmaar bijvoorbeeld.
Kleinschalige dagopvang voor dementerende ouderen. Als alternatief voor het verpleeghuis.
Zo kunnen dementerende ouderen langer thuis blijven wonen.
En kunnen hun partners thuis het beter aan.
U moet zich voorstellen wat dat betekent.
Als je eerst de klap heb moeten overwinnen als je wordt verteld dat je echtgenoot aan Alzheimer lijdt. Dezelfde echtgenoot waar je jarenlang lief en leed mee hebt gedeeld.
En dankzij de Houtduif nog wat langer mee kan blijven delen.
Op een waardige wijze.
Met de intensheid die bij de laatste levensjaren hoort.

Of wat te denken van het woonzorgcomplex Angelapark in Warmenhuizen in West-Friesland, of 'Warmetuut' zoals ze in de omliggende dorpen zeggen, gelegen tussen de katholieke kerk en het cafe.
Waar ouderen zelf kunnen kiezen of ze willen kopen of huren, en welke zorg ze willen gebruiken.
Waar ouderen zich altijd verzekerd weten van de zorg die nodig is.
Dat is een veilig gevoel.
Het sociale leven is daar inmiddels zo spannend geworden in Angelapark dat de overige ouderen uit het dorp daar nu graag komen buurten.
Dat betekent meer sociaal contact, meer oog voor elkaar, in het hele dorp.

Zelf kunnen kiezen, dat is ons parool.
Zelf je leven in kunnen richten.
Zo veel mogelijk zelfstandigheid, van ouderen, maar ook van gehandicapten en iedereen die zorg nodig heeft.

De wissel is reeds omgezet, dat bewijzen de Houtduif en het Angelapark.
We weten welke kant we op moeten.
Niet voor een kleine groep van bevoorrechten, maar voor iedereen.

We hebben nieuwe instrumenten de ruimte gegeven, zoals het persoonsgebonden budget.
Daardoor verschuift de macht van de zorgverleners naar de zorggebruikers.
Van het aanbod naar de vraag.
Precies zoals het moet.
En wat zo aardig is: het is helemaal geen machtsstrijd.
Want aan het eind van de dag is iedereen winnaar.
De directeur van de gehandicapteninstelling die ziet dat bewoners en hun naasten gelukkiger zijn, is zelf immers ook gelukkiger.

Laten we dus doorgaan.
Doorgaan met deze vernieuwingen en deze vanaf nu met extra veel kracht doorzetten.
Zo kunnen wij de grote uitdaging van de zorg van de toekomst aan.

9. Veiligheid
In Nederland was, geloof het of niet, in 2000 een harde kern van bijna 10.000 veelplegers verantwoordelijk voor bijna de helft van alle misdrijven in ons land.
Onacceptabel natuurlijk. Een veilige stad is een sterke stad, is een sociale stad.
Onveiligheid gaat vooral ten koste van de kwetsbare groepen in de samenleving.
Ouderen die 's avonds de straat niet meer op durven; ouders die hun kinderen niet zomaar meer op straat durven te laten spelen.
Toeristen zijn hun spullen niet zeker als ze de trein pakken op Schiphol.
De onverdraaglijke overlast van dealers en verslaafden in een straat.

Daar moet iets aangedaan worden.
Meer politie.
Onder leiding van Klaas de Vries zijn er 3400 agenten bijgekomen deze kabinetsperiode. Hij heeft ze zelf geteld.
De PvdA wil er de komende 4 jaar nog eens 6000 agenten bij.
Zij moeten worden ingezet voor meer toezicht, voor versneld optreden, dicht bij de mensen.

Meer politie alleen is niet voldoende. Er moet meer gebeuren.
De PvdA wil de harde kern van veelplegers aanpakken.
Door strenger en sneller te straffen.
We kennen de groep om wie het gaat.
Die groep gericht aanpakken vormt de beste bijdrage aan het terugdringen van de criminaliteit.

Strenger straffen van veelplegers betekent drie dingen:
Een. De dader een strengere straf geven voor hetzelfde vergrijp. Wat ons betreft wordt die straf per keer met 1/3de verhoogd.
Twee. Stoppen met taakstraffen voor veelplegers.
Drie. Sneller straffen.

We moeten alert zijn. Zorgen voor preventie.
Want voorkomen is beter dan genezen.
We moeten sneller zien waar de problemen ontstaan en daarop ingrijpen.

Dit is mijn plan van aanpak:
Iedere veelpleger volgen, ook als hij - want het zijn vooral jonge mannen - vrij is.
Maak de kans zo klein mogelijk dat hij weer een vergrijp pleegt.
Vroeg signaleren en ingrijpen.
Geef elke jongere met problemen een eigen mentor, om te voorkomen dat de problemen verder uit de hand lopen.
Zodra criminaliteit de kop op steekt, moeten we er bovenop zitten.
We moeten weten waar het gebeurt, waar de plekken zijn waar het mis gaat of mis dreigt te gaan.
Waar de berovingen toenemen, en vervolgens maatregelen nemen voordat het echt helemaal de spuigaten uitloopt.
Hoe sneller we erbij zijn, hoe beter het is.
Een misdaadkaart die per dag per wijk laat zien waar wat gebeurt.
Zodat de politie tijd en energie efficiënter kan benutten.
Die misdaadkaarten en de bijbehorende gegevens worden voor iedereen toegankelijk.
Openheid is goed, dat schept vertrouwen.
Als je geen vertrouwen geeft, krijg je het ook niet.
Laten we niet al te bang zijn voor stigmatisering. Een gevaarlijke buurt is nu ook al bekend, het gaat erom dreigende stigmatisering door uit de hand gelopen negatieve ontwikkelingen te voorkomen.
Politie en stadsbestuur werken zo open mogelijk en worden zo gedwongen duidelijker verantwoording af te leggen over hun activiteiten.
Daar varen we allen wel bij.
Aan de hand van de misdaadkaarten leggen politie, justitie en het stadsbestuur tweewekelijks in het openbaar verantwoording over af aan burgerpanels veiligheid.
Burgers moeten zo direct kunnen meebeslissen over de inzet van een deel van de beschikbare middelen voor hun straat of buurt.

Zo gaan we de misdaad met nog meer kracht te lijf.
Meer politie, politie dichter bij de mensen en de groep veelplegers strenger en sneller straffen.

10. Publieke sector/een samenleving
We staan dus voor twee grote uitdagingen voor de komende tijd.
Allereerst vasthouden aan onze economische en sociale succesformule en waar mogelijk deze verder versterken.
En daarnaast: in steeds hogere kwaliteit investeren in de zorg, het onderwijs, de veiligheid. Doorgaan op de reeds ingeslagen weg met nog meer kracht en inventiviteit.

Ik denk dat we het kunnen.
Ik denk dat Nederland het kan.
Ik denk dat we de uitdaging aan kunnen.

We weten waar het om gaat met onze economische en sociale succesformule:
Solide overheidsfinanciën
Meer werk voor meer mensen
Gerichte lastenverlichting
Rechtvaardige inkomensverhoudingen
Ruimte voor investeringen

We weten waar het om gaat in de publieke sector:
Een goede kwaliteit
Ruime keuzevrijheid
Toegankelijkheid voor iedereen

Ja, we hebben hoge ambities.
Maar we hebben ook laten zien dat we het kunnen.
Dat schept vertrouwen.
En op 6 maart en 15 mei vragen we de kiezer om dat vertrouwen.

Dat doen we omdat wij willen werken aan EEN samenleving.
Een samenleving waarin het gezamenlijke meer betekent dan al het eigen belang bij elkaar opgeteld.
Een sterke en sociale samenleving waarin we de dingen samen doen.
We hebben bewezen grote problemen aan te kunnen.
We verliezen geen tijd met studeerkamer-achterhoedegesprekken over de multiculturele samenleving.
Die is er namelijk al lang.
Er valt wel veel te verbeteren.
Sociale achterstanden opheffen.
Verantwoordelijkheid, gelijke kansen en het samen doen.
Dat is de weg naar EEN samenleving waarvan iedereen deel uitmaakt en waaraan iedereen bijdraagt.
Rechten en plichten.
Lokaal en nationaal.
Daar werken wij aan.
Daarvoor vragen wij steun de komende drie weken.
Samen sterk.