Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij

De Voorzitter van de Vaste Commissie voor Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
uw brief van

uw kenmerk

ons kenmerk
VVA. 2002/613
datum
28-02-2002

onderwerp
Voortgang I&R
TRC 2002/1003

bijlagen

Geachte Voorzitter,

Ten vervolge op de voortgangsrapportage van 9 oktober 2001 (kenmerk VVA.2001/3610) informeer ik u hierbij over de voortgang met betrekking tot de identificatie en registratie (I&R) van dieren. Een deel van de in de vorige voortgangsrapportage aangekondigde mijlpalen in het kader van I&R is inmiddels bereikt. Zo ligt met de inwerkingtreding van de Regeling identificatie en registratie van dieren 2002 de directe verantwoordelijkheid voor de identificatie en registratie van runderen, varkens en schapen en geiten nu volledig bij het ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij. Ook is een groot deel van de ontvlechting van het I&R-rundsysteem gerealiseerd en zijn de eerste stappen gezet in de richting van een nieuw I&R-stelsel. Om controle op deze complexe operatie te kunnen houden heeft in november 2001 een nulmeting plaatsgevonden, waarvan ik het rapport bij mijn brief d.d. 28 november 2001 (kenmerk VVA.2001/4249) aan u heb doen toekomen. In het rapport wordt een aantal aanbevelingen gedaan waarmee rekening is gehouden bij de planning en uitvoering van de I&R-activiteiten. In deze brief informeer ik u over de laatste stand van zaken met betrekking tot het I&R-traject.

datum
28-02-2002

kenmerk
VVA. 2002/613

bijlage

Beëindiging medebewind inzake I&R van dieren
Per 1 januari 2002 is de Regeling identificatie en registratie van dieren 2002 in werking getreden. In die regeling zijn de voorschriften inzake de identificatie en de registratie van runderen, varkens, schapen en geiten opgenomen. De verordeningen van het Productschap zijn hierin zoveel mogelijk overgenomen.
Om praktisch invulling te geven aan de nieuwe situatie en om de continuïteit van I&R te waarborgen, heb ik met het Productschap voor Vee en Vlees afspraken gemaakt die zijn vastgelegd in een overeenkomst. In deze overeenkomst is onder meer geregeld welke (lopende) rechten en verplichtingen van het Productschap worden overgenomen, de financiering van de exploitatie, de vergoeding van de kosten en de voorwaarden waaronder I&R-gegevens aan het Productschap worden verstrekt.
Daarnaast zijn afspraken gemaakt met het Productschap over de deelname in verschillende overleggremia met betrekking tot I&R, zodat optimaal van de bij het Productschap aanwezige kennis en ervaring gebruik kan worden gemaakt.

Financiering
Ter dekking van de kosten die worden gemaakt ten behoeve van de exploitatie van de systemen voor identificatie en registratie van dieren, is door mijn departement een nieuw financieringsstelsel ontwikkeld. De regels van het nieuwe financieringsstelsel zijn neergelegd in de Regeling tarieven oormerken I&R runderen 2002 en de Regeling tarieven I&R 2002. Op grond van eerstgenoemde regeling wordt bij de houder van dieren een vergoeding voor de verstrekking van oormerken in rekening gebracht.
De Regeling tarieven I&R 2002 voorziet erin dat de totale kosten van het I&R-systeem worden omgeslagen over de gebruikers van het systeem via de betaling van een heffing.
Voor de diersoorten rund en varken bestaat de heffing voor 80% uit een vast bedrag, ter dekking van de vaste kosten, en voor 20% uit een variabel bedrag. De variabele kosten zijn afhankelijk van ofwel het aantal dieren dat wordt gehouden of aangevoerd (runderen) ofwel het aantal meldingen door de houder (bij varkens). Bij de bepaling van de hoogte van het vaste bedrag is een onderscheid gemaakt tussen bedrijven met minder dan 20 runderen of varkens en bedrijven met 20 of meer runderen of varkens. Hierdoor worden de lasten voor de kleine bedrijven beperkt gehouden. Een bijkomend gevolg van het lage tarief is dat het vaste bedrag geen drempel voor kleine bedrijven vormt voor de aanmelding als houder van dieren.
Daarnaast is in de regeling tarieven I&R 2002 een aantal specifieke tarieven vastgesteld die de houder van runderen verschuldigd is indien de overheid ten behoeve van hem bepaalde handelingen verricht, bijvoorbeeld in het kader van herstelmeldingen. Uitgangspunt is dat de gebruiker betaalt en dat de kosten voor de totale sector gelijk blijven.
Verantwoordelijk voor de inning van de heffingen en retributies is het onder LNV ressorterende Bureau Heffingen. Ook de incasso en de afhandeling van bezwaarschriften geschiedt door Bureau Heffingen. De eerste factuur voor de inning van de jaarlijkse heffing zal aan het einde van het jaar worden verstuurd. De eerste factuur voor de inning van de tarieven voor de handelingen en de verstrekking van de oormerken wordt naar verwachting in het tweede kwartaal verstuurd.

Ontvlechting
Ook in het kader van de ontvlechting van publieke en private taken heeft een aantal ontwikkelingen plaatsgevonden.

Stichting I&R Bureau Runderen
In mijn voortgangsrapportage van 9 oktober 2001 heb ik u bericht dat de Stichting I&R Bureau Runderen in stand wordt gehouden totdat het I&R Bureau Runderen bij mijn departement kan worden ondergebracht medio 2002. Er zouden zodanige maatregelen genomen worden dat de zeggenschap over het I&R Bureau volledig bij LNV zou komen te liggen. Inmiddels is mijn departement volledig verantwoordelijk voor het I&R Bureau Runderen. Het Bureau wordt nu rechtstreeks aangestuurd door LNV.
Het personeel van het I&R Bureau Runderen is nog in dienst van de Stichting, omdat de overgang van een private dienstbetrekking naar een dienstbetrekking bij het Rijk niet op korte termijn is te realiseren. Door rechtstreekse aansturing van het I&R Bureau Runderen door LNV resteert slechts een beperkte taak voor de Stichting I&R Bureau Runderen, namelijk het leveren van personeel aan LNV in het kader van de uitvoering van I&R-taken en het zorgdragen voor de overgang van het personeel in ambtelijke dienst. In verband hiermee heeft een bestuurswisseling plaatsgevonden en een statutenwijziging. Daarnaast zijn afspraken gemaakt met het Stichtingsbestuur over de uitvoering van de resterende taken en verantwoordelijkheden van de bestuursleden, en de overdracht naar LNV van de activa en de passiva verband houdende met de voormalige I&R-taken van de Stichting. Door de gewijzigde doelstelling van de Stichting was het nodig de naam te wijzigen. De nieuwe naam is: Stichting Beheer Uitvoering taken I&R Bureau Runderen.
In de loop van 2002 zal het I&R Bureau Runderen worden ondergebracht bij de Dienst Basisregistraties, waar ook de Basisregistratie Percelen is ondergebracht.
De Stichting zal worden geliquideerd zodra het personeel van het I&R Bureau Runderen is overgegaan naar de Dienst Basisregistraties.

Stichting Gezondheidsdienst voor Dieren (GD)
Met vorenstaande maatregelen is de ontvlechting van taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden op het gebied van I&R runderen een feit. Daarnaast is het nodig om informatiestromen, systemen en de database met I&R-data te ontvlechten. Om dit te bereiken heb ik een aantal overeenkomsten gesloten met de GD, waarin ik afspraken heb gemaakt over de eigendomsverdeling van de software en de I&R-gegevens, het beheer van het I&R-systeem en de voorwaarden waaronder levering van I&R-gegevens aan de GD plaatsvindt.
De overeenkomsten met de GD zijn gesloten voor de periode tot het moment van in productie nemen van een nieuw door LNV te ontwikkelen I&R-systeem voor runderen.
Met de GD zijn ook afspraken gemaakt om in 2002 nog taken uit te voeren in het kader van I&R varkens en schapen en geiten, maar nu in opdracht en onder directe verantwoordelijkheid van LNV. CR-delta voert het technisch beheer en de exploitatie van het I&R-systeem. De onderhandelingen daarover zijn inmiddels in een vergevorderd stadium.

Naleving I&R-voorschriften
5%-controles
Verordening EU 2630/97 schrijft lidstaten voor dat jaarlijks bij tenminste 5% van alle rundveehouderijen op de naleving van de I&R-regelgeving dient te worden gecontroleerd. Deze controles worden in Nederland verricht door de Rijksdienst voor de keuring van Vee en Vlees verricht. De te controleren bedrijven worden geselecteerd op basis van de in Europese verordening voorgeschreven risico-analyse. Gebleken is dat bij 29% van de 2876 bezochte bedrijven één of meer niet geïdentificeerde runderen zijn aangetroffen of bij meer dan 20% van de aanwezige runderen omissies zijn geconstateerd. Om elk misverstand te voorkomen benadruk ik dat het hier niet om een willekeurige steekproef handelt; de uitkomsten zijn derhalve niet representatief voor de sector als geheel. De indruk die eerder van ambtelijke zijde is gewekt als zouden de uitkomsten wel representatief zijn voor de gehele sector is dus niet correct.

De definitieve resultaten van het onderzoek zullen uiterlijk 1 juli 2002 aan de Europese Commissie worden medegedeeld.

Zwevende runderen
Mede naar aanleiding van berichten in de pers hecht ik er aan u nader te informeren over de stand van zaken rond de zogenaamde zwevende runderen.
Een rund is zwevend als na een aan het I&R-systeem gemelde afvoer geen volgende verblijfplaats van een rund in het I&R-systeem bekend is. Dat kan veroorzaakt worden doordat de laatste afvoermelding onjuist is of doordat de volgende schakel in de keten verzuimd heeft te melden. Op basis van deze definitie van het begrip 'zwevende runderen', bedroeg het aantal zwevende runderen medio februari 2002 circa 65.000. Begin 2001 bedroeg het aantal zwevende runderen nog ruim 270.000. Om het aantal zwevende runderen verder terug te brengen zijn recent technische maatregelen genomen ter voorkoming van foutieve meldingen en maatregelen ter verbetering van het meldgedrag, zoals bijvoorbeeld het aanpassen van het voice response systeem met een terugluistermogelijkheid en het ontwikkelen van nieuwe formats voor stallijsten waardoor gaten en overlap per individueel dier zichtbaar worden.
Ook heeft een intensivering van de controles plaatsgevonden en moet de koppeling van de toekenning van dierpremies (slacht-, zoogkoeien- en stierenpremie) aan het I&R-systeem leiden tot een verdere vermindering van het aantal zwevende runderen. Voorwaarde voor de toekenning van deze premies is immers een correcte en tijdige registratie in het I&R-systeem.

Nieuwbouw I&R-stelsel
Met het I&R-stelsel wordt niet alleen het geautomatiseerde systeem bedoeld, maar ook de regelgeving inzake I&R runderen, varkens, schapen en geiten, de bestuurlijke omgeving en de handhaving. In het kader van de voorbereidingen naar een nieuw I&R-stelsel heeft een harmonisatie-onderzoek plaatsgevonden. Onderzocht is of en in hoeverre het zinvol is verschillende diersoorten uniform te behandelen met betrekking tot regelgeving, bestuurlijke omgeving, handhaving, procesverloop en geautomatiseerde ondersteuning. Naar aanleiding van de resultaten van dit onderzoek ben ik voornemens over te gaan op individuele identificatie- en centrale registratie van runderen, varkens, schapen en geiten, waarbij elektronische identificatiemiddelen kunnen worden gebruikt. Daarbij wordt gebruik gemaakt van één basissysteem, dat zodanig wordt opgezet dat het kan uitgroeien tot een volwaardige databank waarin alle relevante basisgegevens over dieren kunnen worden opgeslagen. Om welke gegevens het precies gaat moet blijken uit een informatie-analyse die aansluitend op het harmonisatieonderzoek, wordt uitgevoerd. De resultaten van dat onderzoek worden verwacht in september 2002. Na afronding van dit onderzoek kan het ontwerp en de nieuwbouw van het I&R-systeem worden aanbesteed. Voor het tegelijkertijd in gebruik kunnen nemen van een nieuw I&R-stelsel voor alle drie de diersectoren is de materie te complex en zijn de risico's te groot.

Daarom is het wenselijk om ten aanzien van de invoering van een I&R-stelsel voor de verschillende diersoorten een fasering aan te brengen. Prioriteit zal gaan naar een I&R-stelsel voor runderen en voor schapen en geiten. Het I&R-stelsel voor runderen kan medio 2004 operationeel zijn.

Tussenoplossing schapen en geiten
In tegenstelling tot runderen, is voor schapen en geiten op dit moment geen centraal identificatie en registratiesysteem beschikbaar. Deze situatie is in het kader van de dieziektebestrijding (MKZ, scrapie) onwenselijk en kan niet worden gecontinueerd tot medio 2004. In verband met de traceerbaarheid is een centraal identificatie- en registratiesysteem van belang. Daarom is besloten om, vooruitlopend op de realisering van de nieuwbouw van het I&R-stelsel, voor deze sector een tussenoplossing te zoeken. In maart 2002 wordt gestart met een haalbaarheidsonderzoek naar mogelijke tussenoplossingen. Ik streef ernaar zo spoedig mogelijk de tussenoplossing voor schapen en geiten te realiseren. Het haalbaarheidsonderzoek zal meer duidelijkheid verschaffen over de datum waarop de tussenoplossing kan worden gerealiseerd.

Communicatie
Over de nieuwe situatie per 1 januari 2002 is volop met de sector gecommuniceerd. Dit geldt ook voor de inhoud van de onlangs in werking getreden I&R-regelingen. Via een brochure zijn alle veehouders geïnformeerd over de veranderingen. Om alle vragen van de veehouders te kunnen beantwoorden is bij het I&R Bureau Runderen een callcenter ingericht. Bovendien is een aantal vragen en antwoorden op de website van het ministerie geplaatst. Hierop is alle informatie met betrekking tot I&R te vinden, inclusief de drie ministeriële regelingen.

De minister van Landbouw, Natuurbeheer
en Visserij,

mr. L.J. Brinkhorst


---