Ingezonden persbericht

Meer schilder- en stucwerk door laag BTW

Bedrijfstak reageert enthousiast én kritisch op tweede peiling Financien

Ondernemers- en werknemersorganisaties in de afbouw- en onderhoudssector reageren enthousiast op verschillende uitkomsten van het rapport van het Ministerie van Financien over de effecten van het experiment van de BTW-verlaging. Sinds begin 2000 kent de sector een laag BTW-tarief voor schilder- en stukadoorswerk aan particuliere woningen ouder dan 15 jaar. Volgens het rapport van Financien zijn er in 2000 en 2001 bijna 1.200 nieuwe schilders en stukadoors bijgekomen.

Het succes van de maatregel begint met het doorberekenen van de BTW-verlaging aan de klant. 80 procent van de schilders en stukadoors geeft de BTW-verlaging volledig door aan de consument. Het gemiddelde tarief voor onderhoud aan woningen ouder dan 15 jaar was daarom in 2001 lager dan in 1999.

Een daling in prijzen heeft een directe invloed op de vraag naar en de omzet van schilder- en stucwerk. Volgens Financien heeft zo'n 23% van de omzet uit onze bedrijftak betrekking op de regeling. Zo vallen nieuwbouwprojecten, onderhoud aan bedrijfspanden en relatief jonge woningen niet onder de regeling. Een omzetstijging van meer dan 20% voor particulier werk aan woningen ouder dan 15 jaar is een succes meent de sector; De 6%-regeling maakt schilder- en stucwerk aantrekkelijk en bereikbaar voor een grotere groep woonconsumenten.

Voor meer productie zijn ook meer werknemers nodig. Volgens het rapport zijn er in de jaren 2000 en 2001 respectievelijk 1.000 en 200 werknemers bijgekomen. Gemeten in full time eenheden is het effect in twee jaar nog groter, namelijk 1.350. Een aanzienlijke stijging van ruim 3 procent, waar de bedrijfstak erg tevreden mee is. De stijging kan nog groter worden, omdat een groot deel van de extra vraag nog ingevuld moet worden. Het aantal vacatures steeg met meer dan 2.300 tot 4.250, hetgeen 9% is van de totale werkgelegenheid in 2001. In het rapport is ook opgenomen dat de krapte op de arbeidsmarkt een remmende invloed zou kunnen hebben op het effect van de BTW-maatregel op de werkgelegenheid binnen de sector. Het vergroten van de instroom van nieuwe medewerkers en het beperken van de uitstroom van de huidige medewerkers zijn daarom ook speerpunten voor de bedrijfstak voor de komende jaren.

Ondernemersverenigingen en werknemersorganisaties zijn echter een stuk minder tevreden met de uiteindelijke conclusie die Financien trekt. In het rapport wordt aangegeven dat de enorme stijging van de werkgelegenheid geen "trendbreuk" laat zien. Hiermee bedoelt men dat deze groei verwacht had kunnen worden op basis van de trend uit het verleden. De onderhoudssector maakt een flinke groei door, maar schilders- en stukadoorsbedrijven hebben ook een groot marktaandeel in de nieuwbouw en zakelijke markt. De ontwikkelingen in deze segmenten zijn echter minder gunstig. Zo kent de nieuwbouwmarkt een historisch dieptepunt van van 65 duizend nieuwe woningen in 2001.

Op korte termijn verschijnt de rapportage van het onderzoek van het Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid dat op verzoek van de bedrijfstak is gedaan. De sector verwacht dat er weldegelijk een werkgelegenheidseffect als gevolg van de BTW-verlaging kan worden vastgesteld.