Gemeente Lisse

07-03-2002 Hoe heeft men nationaal gestemd?

Benieuwd naar hoe de rest van Nederland heeft gestemd? En hoe de opkomst in Lisse was in vergelijking met het landelijk gemiddelde?

Laagste opkomst ooit
De opkomst voor de gemeenteraadsverkiezingen valt lager uit dan ooit. Van de stemgerechtigden heeft 57,7 procent de gang naar de stembus gemaakt. Vier jaar geleden was dat nog 58,9 procent. Vooral de jonge kiezers bleven thuis. Van de 18- tot 24-jarigen ging slechts 46 procent naar de stembus. De meesten wisten niet op welke partij ze moesten stemmen. De grootste groep stemmers is 65-plusser: 71 procent stemde. Van de 50-plussers ging 70 procent stemmen.

In Ameland brachten vrijwel alle kiesgerechtigden hun stem uit: 88,4 procent. Den Haag is verantwoordelijk voor het landelijk dieptepunt: 44,2 procent van de kiesgerechtigden ging daar naar de stembus.

Opkomst Lisse hoger dan gemiddeld
In Lisse was de opkomst dit jaar hoger dan het landelijk gemiddelde: 61,21 % is naar de stembus geweest t.o.v. het landelijke percentage 58,9. Dat is dus 3,51 % meer. Ook in 1998 maakten meer mensen in Lisse de gang naar de stembus. Toen lag het opkomstpercentage 4,51 % hoger.

Potlood nog niet verdwenen
Bij één op de tien stembureaus in Nederland konden kiezers nog op de ouderwetse manier stemmen: met het rode potlood. Dit systeem vergt achteraf enorm veel tel- en hertel-werk. In Lisse kon iedereen zijn stem uitbrengen door het indrukken van een knopje op de stemcomputer.

Hoe werkt nu zo'n stemcomputer?
Door het indrukken van twee knoppen (de kandidaat en de rode stemknop) brengt u uw stem uit. Deze stemmen worden anoniem geregistreerd op een stemgeheugen (een blauw vierkant "doosje") dat in de stemcomputers zit. Ieder stemdistrict heeft zijn eigen stemgeheugen, in totaal zijn dit er dus 11. Direct na sluiting van de stembureau's om 21.00 uur, brengen de voorzitters van de stembureaus de stemgeheugens met de grootste spoed naar het gemeentehuis. Hier worden ze via een speciaal apparaat ingelezen in de computer. De uitslag wordt daarna op diskette gezet en de raadszaal ingebracht.

Niet stemmen
Meer dan 11 miljoen inwoners mochten in 458 gemeentes stemmen voor een nieuwe gemeenteraad. Niet overal is gestemd. In 38 gemeenten zijn vanwege gemeentelijke herindelingen tussentijdse verkiezingen geweest. Het was niet voor alle inwoners van die gemeenten duidelijk dat verkiezingen daarom nu niet nodig zijn. De gemeenten Utrecht en Overbetuwe zijn de afgelopen weken overspoeld met telefoontjes van mensen die zich afvroegen waarom ze geen oproepkaart hadden ontvangen. Op het gemeentehuis van Utrecht raakte afgelopen maandag daardoor zelfs de telefooncentrale overbelast.

Schaduw
De raadsverkiezingen stonden meer dan de vorige keer in de schaduw van de Tweede-Kamerverkiezingen. Dat komt onder meer doordat de landelijke verkiezingen spannender zijn door het succes van de Lijst Pim Fortuyn en doordat het lokale verschijnsel van de Leefbaar-partijen nu voor het eerst een landelijke variant kent: Leefbaar Nederland.

Ruim kwart kiezers stemt op lokale partij
Typerend is ook dat dit keer slechts 29 procent zegt zijn stemgedrag vooral te laten bepalen door lokale overwegingen. Dit blijkt uit onderzoek van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG). In 1990, 1994 en 1998 was dit respectievelijk 33 procent, 31 procent en 35 procent.

Toch hebben de lokale partijen bij de raadsverkiezingen een forse overwinning behaald. Ze zijn goed voor ruim 26 procent van de stemmen (573 zetels). De helft daarvan ging naar een Leefbaar-partij. De nieuwe partij Leefbaar Rotterdam haalde onder leiding van Pim Fortuyn 17 zetels.

Meer wetenswaardigheden
Op de website http://www.omroep.nl/nos/specials/nederlandkiest/ vindt u allerlei wetenswaardigheden over de 458 gemeenten waar raadsverkiezingen plaatsvonden.