Gemeente Zwolle

Collegeonderhandelingen 14 maart 2002 Datum uitgave: 15-03-2002
Onderwerp :openbaar bestuur
Aan : Collegeonderhandelaars
Van : John Berends
Onderwerp : Bevindingen informateur John Berends naar aanleiding van
de bilaterale gesprekken met de afzonderlijke fracties.
Datum : 14 maart 2002

Afgelopen maandag en dinsdag heb ik gesprekken gevoerd met vertegenwoordigers van alle fracties om mij een beeld te kunnen vormen van:
1. De inhoudelijke speerpunten voor de komende vier jaar.
2. De vertaling van de verkiezingsuitslag naar collegesamenstelling. In onderstaande notitie geef ik u mijn bevindingen ten aanzien van deze twee onderwerpen. Voorliggende notitie heeft een globaal karakter. U vindt dus niet alles wat besproken is terug in deze notitie. In de vervolggesprekken dient vanzelfsprekend een verdiepingsslag plaats te vinden. Ik wil op 15 maart a.s. deze notitie met u bespreken. Op basis van de uitkomsten van deze bespreking zal ik ten behoeve van de plenaire vergadering op 18 maart a.s. een voorstel voorbereiden waarin ik aangeef met welke partijen ik het vervolg van de collegeonderhandelingen zou willen voortzetten.


---
Inhoudelijke speerpunten.

---

Tijdens de gesprekken hebben de fracties diverse inhoudelijke speerpunten de revue laten passeren. Mijn bedoeling is om over een aantal grote onderwerpen nadere afspraken te maken in het collegeprogramma, hetgeen betekent dat ik in principe een globaal collegeakkoord nastreef. Dit doet mijns inziens ook recht aan de gedualiseerde positie van college en raad. Uit de gesprekken is mij gebleken dat er bij de verschillende fracties een grote mate van consensus bestaat over de onderwerpen waarover de komende vier jaar afspraken moeten worden gemaakt.
Het meest gevoelige inhoudelijke punt is de groei van de stad. De meningen lopen daarbij uiteen van "stoppen bij 110.000 inwoners", het ter discussie stellen van bebouwing van De Oude Mars tot het "toelaten van meer dan natuurlijke groei van Zwolle".

Ik noem hieronder in willekeurige volgorde de belangrijkste onderwerpen:


* Afmaken van wat in gang is gezet.
Alle fracties constateren dat er de afgelopen periode veel plannen zijn gemaakt en veel beleidsvoornemens in nota´s zijn vastgelegd. Zij constateren daarnaast dat het voor de komende vier jaar vooral belangrijk is om deze ambities te vertalen naar uitvoering van beleid en daarnaast niet te veel nieuwe ambities te formuleren. Voor een deel van de geformuleerde ambities zijn overigens ook nog geen middelen beschikbaar. Ik kom hierop bij het onderdeel financiën terug.


* Groei van de stad.
De opvattingen van de fracties over de groei van de stad variëren van "zeer beperkte natuurlijke groei" tot het accepteren van de onvermijdelijke groei van Zwolle en voor sommigen de gewenste groei van Zwolle. Alle fracties constateren echter ook dat er een brede maatschappelijke discussie gevoerd moet worden over de al dan niet gewenste groei van de stad.
Het gaat bij deze discussie om woningbouw (zowel nieuw als herstructurering, alsmede woningbouw voor de doelgroepen studenten en ouderen), bedrijfslocaties en voorzieningen. Hierbij zou ook een relatie met de ontwikkeling van de netwerkstad Zwolle-Kampen moeten worden gelegd.
Apart bespreekpunt in dit verband is de woningbouwlocatie voor het topsegment De Oude Mars.


* Achterstand inhalen in de sociale pijler. Een groot aantal fracties vraagt de komende vier jaar nadrukkelijk aandacht voor de sociale pijler, omdat ze geconstateerd hebben dat de afgelopen vier jaar vooral veel plannen zijn ontwikkeld in de fysieke pijler.
Specifieke aandacht wordt gevraagd voor de volgende beleidsterreinen:
-Zorg en welzijn: dak- en thuislozen (ketenaanpak), ouderenzorg, gehandicapten.

-Sport: investeren in breedtesport (accommodaties) en een vorm van sporthuis. Daarnaast moeten over de toekomst van het stadion voor FC Zwolle nadere afspraken worden gemaakt, met name in financiële zin.

-Onderwijshuisvesting.

-WRZV: Een aantal fracties pleit voor behoud van de combinatie van sport en sociale opvang.


* Veiligheid.
Alle fracties hebben aangegeven dat in de komende periode extra aandacht moet worden besteed aan veiligheid in brede zin van het woord.
In dit verband wordt onder andere genoemd: vergroten van veiligheid in wijken (inclusief de binnenstad) door inzet politie en stadswachten te vergroten en preventieve maatregelen te nemen.


* Bereikbaarheid.
Bereikbaarheid is voor alle fracties een thema. Wel is er sprake van accentverschillen. De ene fractie zet vooral in op verbeteren van de bereikbaarheid van Zwolle per auto, terwijl de andere fractie vooral inzet op het verbeteren van fietsvoorzieningen en openbaar vervoer. Duidelijk is wel dat het de komende jaren om grote investeringen gaat.


* Communicatie met de burger / wijkgericht werken. Veel fracties noemen het versterken van de rol van de burger bij beleidsontwikkeling en het verbeteren van de communicatie met de burger in het algemeen. Een aantal fracties legt hierin nadrukkelijk een relatie met het wijkgericht werken (wijkbudgetten, wijkplatforms, wijkwethouders).


* Financiën.
Alle fracties hebben, zoals eerder gezegd, prioriteit gelegd bij het afmaken van hetgeen in gang is gezet. Denk daarbij ook aan zaken die bij de begroting 2002 prioriteit hebben gekregen (brandweer, onderhoud wegen) en zaken die de komende jaren onvermijdelijk op ons af komen (o.a. zwembaden en verbouwing van het stadhuis, zie verder bijlage I notitie herijking). Zoals ik al eerder constateerde zijn voor veel van deze zaken nog geen middelen beschikbaar. Bovendien heeft een aantal fracties ook nieuwe wensen neergelegd. Ook hiervoor zijn nog geen middelen beschikbaar.
Ik hecht er daarom aan met u afspraken te maken over de lastendruk voor de komende vier jaar en de herprioritering van beleid (herijking). De afspraken over de lastendruk moeten vooral gemaakt worden omdat mij uit de gesprekken is gebleken dat de bandbreedte van OZB-stijging nogal uiteen loopt.


---
Vertaling verkiezingsuitslag naar collegesamenstelling.
---

Ik heb in mijn gesprekken alle fracties gevraagd naar de wijze waarop de verkiezingsuitslag naar een mogelijke collegesamenstelling vertaald moet worden.
Op basis van de gesprekken concludeer ik dat over de volgende punten een grote mate van consensus bestaat:


* De verkiezingsuitslag moet gerespecteerd worden, hetgeen betekent dat het CDA en GroenLinks / De Groenen in ieder geval collegepartijen zouden moeten worden.

* Het college zou moeten bestaan uit vier partijen (een enkeling noemt drie of vijf partijen).

* Gelet op de opdracht voor de komende vier jaar (ander economisch tij, noodzakelijkheid herprioritering) is er behoefte aan stabiliteit en continuïteit in het college.

* Voor nagenoeg alle fracties is een aantal van 5 wethouders de primaire optie.

Op basis van deze punten en de inhoudelijke discussie die we 15 maart gaan voeren, wil ik voor maandag 18 maart a.s. een voorstel voorbereiden. In dit voorstel onderbouw ik mijn eerste keus voor de samenstelling van het toekomstige college. Na 18 maart wil ik met deze partijen proberen tot een collegeprogramma te komen.

De planning ziet er dan als volgt uit:

18 maart 19.30 uur Plenaire bijeenkomst waarin voorlopige keuze collegepartijen wordt vastgesteld 19,20 en 21 19.30 uur Reserveren voor inhoudelijke discussie maart over collegeprogramma door de kandidaat collegepartijen.
2 april 19.30 uur Afronding collegeprogramma. 5 april 15.00 uur Plenaire bijeenkomst met alle partijen waarin een aantal afspraken met betrekking tot de werkwijze van raad en commissies worden gemaakt. U ontvangt hiervoor tijdig een notitie. De uitkomsten van deze afspraken zullen separaat bij het collegeakkoord worden gevoegd. 12 april Afronding collegeonderhandelingen

Bron: Communicatie
Datum van 15-03-2002 tot 14-05-2002