Partij van de Arbeid

Den Haag, 27 maart 2002

VRAGEN VAN HET LID DIJKSMA (PVDA) AAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAPPEN

1. Welke overwegingen liggen eraan ten grondslag dat een student, die de opleiding tot verpleegster volgt aan het mbo-V en in het kader van haar opleiding een stage wil volgen in Ghana, niet in aanmerking komt voor een financiële tegemoetkoming?

2. Onderkent u dat zo'n stage in een ontwikkelingsland een bijzondere meerwaarde voor de ontwikkelingsrelaties kan betekenen, maar de extra kosten van visa, inentingen en vliegtickets wel erg veel idealisme van de betrokken stagiaires dreigen te vergen?

3. Acht u het terecht dat stagiaires in soortgelijke gevallen bij een buitenlandstage binnen Europa wel reis- en verblijfskosten vergoed krijgen? Zo ja, waarom? Zo neen wat gaat u dan op dit punt ondernemen?

4. Acht u het terecht dat er op dit punt voor mbo-stagiaires een financiële tegemoetkoming ontbreekt die wel bestaat voor hbo-stagiaires, die buiten Europa stage lopen? Zo ja, waarom? Zo neen, wat gaat u dan op dit punt ondernemen?