Raad voor Cultuur


12 april 2002

Problemen met artistieke leiding eerst oplossen

Subsidie aan Het Nationale Ballet niet verhogen

AMSTERDAM /DEN HAAG - De Amsterdamse Kunstraad en de Raad voor Cultuur adviseren de subsidie van Het Nationale Ballet op het huidige niveau te handhaven. Het oplossen van de problemen met de artistieke leiding én extern onderzoek naar de financiële draagkracht van Het Nationale Ballet zijn voorwaarden om de subsidie substantieel te verhogen, zoals het gezelschap in zijn nieuwe beleidsplan vroeg. Dat zijn de belangrijkste conclusies in het vandaag aan de Amsterdamse Wethouder voor Cultuur, mevrouw Belliot, en de Staatssecretaris voor Cultuur, de heer Van der Ploeg, uitgebrachte advies over het nieuwe beleidsplan van Het Nationale Ballet.

Het nieuwe beleidsplan dat Het Nationale Ballet op verzoek van de gemeente Amsterdam en de Rijksoverheid heeft opgesteld, ontbeert volgens de Amsterdamse Kunstraad en de Raad voor Cultuur visie en ambitie. De raden noemen het plan bleek en zielloos.

Anders dan uit recente perspublicaties zou kunnen worden afgeleid, dringen de beide raden in hun gezamenlijke advies niet direct aan op een spoedig vertrek van de artistiek directeur Wayne Eagling. De Amsterdamse Kunstraad en de Raad voor Cultuur menen wel dat het verstandig is om in de resterende periode tot aan het volgende Kunstenplan en de volgende Cultuurnota (tot 1 januari 2005) te zoeken naar de meest geschikte opvolger. "Het Nationale Ballet verdient de beste artistiek leider die beschikbaar is", aldus het advies.

De advieslichamen zijn positief over de verdiensten van de artistiek directeur voor het hoge technische niveau van de uitvoerenden en voor de samenstelling van het tableau. De kritiek op de artistieke koers domineert echter in het advies. De kritiek betreft vooral de nadruk die op de uitvoering van het romantisch klassiek repertoire wordt gelegd, hetgeen ten koste gaat van de uitvoeringskwaliteit van het eigentijds repertoire. Dansers blijken onvoldoende in staat om te werken met choreografen met een ander dansidioom. Voornemens om door middel van de workshops te werken aan een eigen kweek van jong choreografisch talent blijven steken in goede bedoelingen.

Voor de uitvoering van zijn plannen heeft het ballet drie scenario's ontwikkeld op basis van zijn schattingen van mogelijk te verwachten subsidies. De raden waarderen dat het bestuur kiest voor artistieke continuïteit in plaats van terugval (onder meer door een artistiek adjunct-directeur aan te stellen), ook al betekent dit onder meer dat Het Nationale Ballet kiest voor het meest prijzige scenario. Echter, de raden achten de begroting van de scenario's en de interne verrekeningen van Het Nationale Ballet met Het Muziektheater ondoorgrondelijk. Geadviseerd wordt om externe deskundigen in te schakelen opdat de exacte subsidiebehoefte kan worden bepaald.


Noot voor de redactie (

Raad voor Cultuur