Ministerie van Algemene Zaken

Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
Persbericht ministerraad
12 april 2002

KABINETSSTANDPUNT TWEEDE NATUURVERKENNING NATUURPLANBUREAU

Het kabinet is tevreden met de tweede Natuurverkenning van het Natuurplanbureau (NPB). Kwantitatief lijkt het natuurbeleid op hoofdlijnen op de goede weg. Van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS) is 95% begrensd. Van de aan te kopen 267.000 ha is 77.000 ha verworven. In de Natuurverkenning heeft het planbureau doorgerekend hoe de natuur ervoor zal staan bij voortzetting van het huidige natuurbeleid tot aan het jaar 2030. Het NPB-scenario illustreert dat in de komende dertig jaren, met name vanwege de veronderstelde vrijkomende landbouwgronden, naast areaalwinst, natuurkwaliteitswinst van circa 10 à 15 % geboekt kan worden ten opzichte van 2000.

Wel deelt het kabinet de zorg van het NPB dat er kwalitatief nog het een en ander moet gebeuren. Zo vindt het NPB dat er een krachtiger ontsnippering nodig is. Grote natuurgebieden zijn nog niet voldoende met elkaar verbonden. Het kabinet onderschrijft dit en geeft aan dat het huidige natuurbeleid erop gericht is de gebieden juist wel met elkaar te verbinden door robuuste verbindingen. Ook in het Meerjarenplan Ontsnippering, dat eind 2002 zal verschijnen, voorziet in de ontsnippering.

Het kabinet is het eens met een aantal adviezen van het NPB over punten die nog aandacht behoeven. Zo stelt het NPB dat er goede sturing moet zijn vanuit de rijksoverheid om te bereiken dat nationale ambities ook op regionaal en lokaal niveau worden gehaald. Het rijk wil bijvoorbeeld met provinciale, regionale en gemeentelijke overheden afspraken maken hoe er meer groen rond de steden kan worden gerealiseerd. Het NPB constateert een gebrek aan groen rond de steden, omdat te lang onduidelijk blijft of het om gebieden met een bouwbestemming of natuurbestemming gaat.

Het kabinet wil werken aan het verbeteren van de kwaliteit van de EHS, met bijzondere aandacht voor het zoete oppervlakte- en grondwater. Dit betekent dat de grenzen van de EHS wellicht aanpassing behoeven om beter aan te sluiten op de grenzen van watersystemen. Het kabinet realiseert zich dat toename van het natuuroppervlak goed is, maar dat ook voor voldoende kwaliteit van de natuur moet worden gezorgd. Daarvoor moeten de komende jaren goed omschreven doelen worden gesteld. Dit geldt niet alleen voor het natuurbeleid, maar ook voor het milieubeleid, het waterbeleid en het ruimtelijk beleid.

Volgens het kabinet is het belangrijk dat in een volgende regeerperiode ten aanzien van landschap en natuur opnieuw een rijksbreed beleid wordt gevoerd, waarin alle betrokken ministeries aandacht hebben voor een gemeenschappelijk doel: een mooi land om in te wonen, een goede bescherming van planten en dieren en karakteristieke gebieden, en een duurzaam gebruik van essentiële voorraden, zoals water, ruimte en biodiversiteit. Dit is eerder verwoord in de kabinetsnota Natuur voor Mensen, Mensen voor Natuur. Als blijkt dat de realisatie van de doelen onder druk komt te staan, zal het beleid worden geïntensiveerd of zullen andere prioriteiten worden gesteld.

RVD 12.04.2002