Herdenkingsrede door mw. A.J. Brink-Grootoonk, Korpschef Politie Noord-Holland Noord.

Uitgesproken op 4 mei 2002 in de Grote Sint Laurenskerk te Alkmaar.

Embargo tot zaterdag 4 mei, 19.15 uur. Alleen de uitgesproken tekst geldt.

Vrijheid, u maakt het verschil

Vrijheid...... Voor ons is het zo gewoon. Je hoort het overal, je leest het overal. Het wordt aangeprezen op tv en in de kranten. De bank garandeert het: financiële vrijheid! Het reisbureau belooft het: onbegrensde vrijheid! De therapeut leert het: innerlijke vrijheid!

Vanavond gaat het over een andere vrijheid, een vrijheid die we samen delen, de vrijheid voor iedereen. Wij herdenken vanavond de doden en herinneren de oorlog. En wij praten over de vrijheid, waaraan velen hier aanwezig hebben bijgedragen. Een vrijheid waar u, waar jullie, waar wij allemaal, ook vandaag de dag, invloed op hebben.

11 september heeft ons geleerd hoe kwetsbaar die vrijheid is. De vanzelfsprekendheid werd ineens bij vele miljoenen mensen omgezet in angst en onzekerheid. In onze westerse wereld ervaren wij ineens weer wat elders in de wereld dagelijks ervaren wordt: Vrijheid is niet vanzelfsprekend! Vrijheid kan worden afgenomen door ieder mens die kwaad wil. Vrijheid vraagt verantwoordelijkheid van álle mensen.

Ik wil het vanavond hebben over onze eigen rol, over het verschil dat we kunnen maken. Over de held die we allemaal op onze eigen wijze kunnen zijn. Ieder mens kan iets betekenen in die vrijheid, ook u, ook ik.... Keer op keer moeten wij ons dan ook de vraag stellen wat wij kunnen doen om die kostbare vrijheid in stand te houden.

En als je daar echt over gaat nadenken, kom je erachter dat vrijheid niet alleen actueel is in Afghanistan, in Israël of op de Molukken. En het zijn ook niet alleen de Verenigde Naties, de Veiligheidsraden of de presidenten die gaan over de vrijheid. Het begint juist bij dat kleine verschil dat wij hier maken. Het respect dat wij voor elkaar opbrengen, en de ruimte die wij elkaar geven.
Vrijheid geeft je het recht je mening te uiten, maar ook de plicht om naar andermans mening te luisteren. De vrijheid verdwijnt als wij de oren voor elkaar gaan sluiten. Dan wordt het angstig stil en klinkt alleen degene met de grootste mond. Luisteren is ook nodig om samen afspraken te maken. Over wat kan en wat niet kan. Dat is soms lastig want goed luisteren kost moeite. Een voorbeeld vormen de jongeren die hun stem lieten horen na het tragische ongeval in Grootschermer begin februari dit jaar. Drie meisjes, die na een avondje uit naar huis fietsten, werden geschept door een automobilist. Een 16-jarig meisje uit Heerhugowaard vond daarbij de dood. Voor de vrienden en vriendinnen van deze meisjes waren de vervolgacties onbegrijpelijk en zij lieten dit luid en duidelijk horen. Hun stem vond gehoor en er werd geluisterd. En samen wordt er nu gekeken hoe de veiligheid (en daarmee de vrijheid) van jongeren, die op weg zijn naar huis na een avondje uit, kan worden vergroot. Door het uiten van hun mening maakten zij een verschil.

Er is een gedicht van Bram Vermeulen dat gaat over dat verschil. Het verschil dat jezelf kan maken. Over iets dat op het eerste gezicht heel klein lijkt maar dat grote invloed kan hebben. Door te luisteren als iemand je aanspreekt, door zelf initiatief te nemen en niet te wachten tot een ander wat doet.

Het gedicht geeft precies weer welke invloed wij zelf kunnen hebben en al is het ver na de oorlog geschreven, het heeft ook betrekking op de helden van toen.
Ik wil het graag voorlezen:

De Steen

Ik heb een steen verlegd, in een rivier op aarde.
Het water gaat er anders dan voorheen
De Stroom van een rivier houdt je niet tegen,
Het water vindt er altijd een weg omheen.
Misschien eens gevuld door sneeuw en regen,
Neemt de rivier mijn kiezel met zich mee.
Om hem glad en rond gestreken,
Te laten rusten in de zee.

Ik heb een steen verlegd, in een rivier op aarde
Nu weet ik dat ik nooit zal zijn vergeten.
Ik leverde het bewijs van mijn bestaan
Omdat door het verleggen van die ene steen
De stroom nooit meer dezelfde weg zal gaan.

Ik denk dat we blij mogen zijn dat er nog steeds velen onder ons zijn die in de jaren van oorlog een steen verlegd hebben. De moed die zij daarvoor opbrachten heeft grote invloed gehad op de loop van de rivier.

In de stille tocht, die wij straks met z'n allen gaan vormen, komen vele stenen bij elkaar. Stenen die samen een dam kunnen vormen en een stroom kunnen beïnvloeden. Wij zullen er allen lopen met onze eigen gedachten, onze eigen herinneringen en ons eigen verdriet. Maar ook met onze hoop en het vertrouwen in elkaar. En in onze jaszak die kiezelsteen, die wij overal kunnen gaan leggen waar we willen. In de wetenschap dat ieder van ons de stroom kan beïnvloeden.