Ingezonden persbericht

Society for International Development - Afdeling Nederland

P E R S B E R I C H T

Rotterdam, 4 mei 2002

BZ/OS-TOPMAN BOER OVER TOEKOMST NEDERLANDSE ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

Het microniveau én het macroniveau, nieuwe actoren, en nieuwe partnerships. Op die vlakken liggen volgens Plaatsvervangend Directeur-Generaal Internationale Samenwerking Joan Boer belangrijke uitdagingen voor het Nederlandse ontwikkelingsbeleid. De topambtenaar van het Ministerie van Buitenlandse Zaken spreekt hierover op maandag 13 mei a.s. voor de Nederlandse Afdeling van de Society for International Development (SID). Hij is de vierde spreker in de speciale SID-voorjaarsserie "Globalisering en Armoede: Nederland en de toekomst van de internationale samenwerking na 11 september en 15 mei". Lokatie: Vrije Universiteit, De Boelelaan 1105, Amsterdam; aanvang: 18.00 uur.

SID-voorjaarsserie 2002

Hoe houdbaar is het Nederlandse beleid van internationale en ontwikkelingssamenwerking? Die vraag stelt SID-Nederland in de lopende voorjaarsserie. De vraag is relevant in het licht van fundamentele verschuivingen in de internationale arena, de ingrijpende gevolgen van de globalisering en de actualiteit van "11 september". En natuurlijk met het oog op de aanstaande Kamerverkiezingen. Welke lessen kunnen we trekken uit het beleid sinds de val van de Berlijnse Muur en vooral sinds het aantreden van minister Herfkens? En welke verdere aanpassingen zijn nodig om ontwikkeling en armoedebestrijding in de 21e eeuw te stimuleren?

Volgens SID is de tijd rijp voor de Nederlandse ontwikkelingsgemeenschap om haar bestaansgrond een nieuwe vorm te geven. We hebben immers te maken met nieuwe internationale realiteiten. Globalisering en marktwerking, de nieuwe armoedekaart, veranderende kapitaalstromen, culturele en religieuze verschillen, regionale conflicten en terugtredende staten vragen om een fundamentele aanpassing van de hoofdpatronen van de het vaderlandse OS-beleid die sinds de pacificatie van de jaren zeventig eigenlijk onveranderd zijn gebleven. SID stelt daarom in deze serie vier vragen centraal:

- Waarom? Wat is de eigenlijke motivering van ons engagement voor internationale samenwerking?

- Hoe? Wat is het meest effectieve beleid bij armoedebestrijding, werkgelegenheidsbevordering, conflictpreventie en migratiebeperking?

- Met wie? Welke partnerrelaties en kanalen moeten we in een vernieuwd beleid handhaven?

- Waarmee? Wat zouden op OS-terrein de gevolgen zijn van behoud van kerntaken, privatisering, uitvoering op afstand en uitbesteding?

Minister Eveline Herfkens gaf zelf de aftrap voor de serie. Andere sprekers waren Frans Engering, Nederlands ambassadeur bij de OESO en SID-voorzitter en senator Jos van Gennip.

Vierde lezing 13 mei: OS-Topman Boer blikt vooruit

In zijn lezing "Van lokaal tot internationaal en vice versa" geeft Plv. DGIS Joan Boer vanuit eigen ervaring met de beleidsuitvoering zijn visie op de organisatorische uitdagingen voor het Nederlandse ontwikkelingsbeleid. Daarbij gaat hij in op de uitvoering op zowel micro- als macroniveau (dus dorpsplein én multilaterale onderhandelingstafel), de rol van nieuwe actoren, de noodzaak van nieuwe partnerships, het inspelen op regionaliseringstrends en accepteren van subsidiariteit. IJkpunt voor nieuw beleid is en blijft volgens Boer kwaliteitsverbetering van de hulp op elk niveau.

Joan Boer (1950) is de op een na hoogste ambtenaar op het Ministerie van Buitenlandse Zaken/Ontwikkelingssamenwerking en expert op het terrein van de technische assistentie (TA). Die expertise bouwde hij vooral op binnen het departement waar hij sinds 1979 werkt. Binnen de TA-afdeling hield hij zich onder meer bezig met onderzoek en technologie en met landbouw- en voedselbeleid. Ook was hij Divisiehoofd voor de Andesregio en Directeur Rurale en Urbane Ontwikkeling. Voor zijn indiensttreding bij het Ministerie van BZ/OS werkte Boer als coördinator voor de SNV in Kenya en Rwanda.